Alfa Romeo Racing is een Formule 1-team met een bijzonder afkomst.
Als we denken aan oude Italiaanse automerken met een roemrucht verleden, denken we onwillekeurig aan Ferrari. Maar merken als Maserati en Alfa Romeo zijn al veel langer actief. Sterker nog, Alfa was al actief vóór de Tweede Wereldoorlog. In de jaren ’20 was men actief als fabrieksteam, in de jaren ’30 als leverancier voor klantenteams. Een van die klanten was gek genoeg Enzo Ferrari, die als teambaas fungeerde.
De eerste auto’s van Scuderia Ferrari waren dus van Alfa Romeo. De successen waren wisselend. Voor de oorlog zag het er niet best uit, mede door de dominantie van het team van Mercedes (toen al), maar na de oorlog was het Alfa dat extreem domineerde. Wonderbaarlijk genoeg met bijna dezelfde auto. Dat idee was uit nood geboren. Alfa Romeo was eigendom van de staat en moest het doen met zeer beperkte middelen. Gelukkig waren de Alfa’s relatief betrouwbaar en behoorlijk krachtig.
1950: start van Formule 1
Vanaf 1950 begon het officiële F1-kampioenschap zoals wij dat nu nog steeds kennen. De eerste twee jaren wint er een Alfa Romeo-coureur. Nino Farina (in een 158) is de eerste coureur die het FIA F1-kampioenschap wint, het jaar erop is dat Juan Manuel Fangio (in een Alfa 159). Dat mag een wonder heten, met techniek die bijna 10 jaar oud was. Dat is tegenwoordig ondenkbaar in de F1. Na 1951 keert het merk niet meer terug in de F1. Er is simpelweg niet voldoende geld.
Alfa Romeo als motorleverancier
Alfa Romeo maakt nog wel motoren die men kan gebruiken voor race-doeleinden. Dat is dan ook wat in de jaren ’60 gebeurt. Het gaat in dit geval om kleine viercilinders voor kleine teams. In 1965 is het de Zuid-Afrikaan Peter de Klerk die tijdens een GP op Kyalami furore maakt met de Alfa Special, alhoewel Alfa alleen de motoren levert. In 1970 maakt McLaren Racing gebruik van Alfa Romeo motoren, zonder succes. Er zijn veel uitvalbeurten en in veel gevallen is kwalificeren nog een heel karwei. In 1971 is Alfa Romeo de leverancier voor het March Racing Team, met eveneens weinig succes. In beide gevallen scoort men nul punten.
Dat was echter met de V8, in de sportscars raceklasse doet Alfa Romeo goede zaken met een nieuwe twaalfcilinder. Bernie Ecclestone is op dat moment eigenaar en teambaas van Brabham en haalt Alfa Romeo in 1975 over om die Tipo 115 twaalfcilinder geschikt te maken voor Formule 1-doeleinden. In 1976 verschijnt de Brabham BT45 (een ontwerp van Gordon Murray) met de V12 en het gaat bijna meteen al goed. Er worden geregeld punten gehaald met coureurs als Carlos Pace en Carlos Reutemann.
Succes Alfa Romeo bij Brabham
In 1977 gaat het nog beter, wanneer en Carlos Pace en John Watson diverse malen het podium halen. Pace overleed na drie races, maar zijn vervanger – Hans Joachim Stuck – deed het eveneens uitstekend. Het jaar erna maakt de Murray furore als ontwerper met de BT45 ‘Fan Car’, een auto die actief downforce opwekt middels ground effect. De auto is voorzien van een Alfa Romeo-twaalfcilinder en bijzonder snel. John Watson en nieuw talent Niki Lauda zijn er zeer snel mee. Lauda pakt meerdere podiumplaatsen met de BT46, waaronder tweemaal de winst. Het jaar erop, 1979, verloopt minder succesvol. Er worden wat puntjes gehaald, maar het verbieden van de fan zorgt ervoor dat de auto minder snel is ten opzichte van de concurrentie.
In 1979 keert Alfa Romeo tevens terug in de koningsklasse van de autosport als constructeur, mede geholpen door de successen van Brabham. 1979 is een rampjaar, met slechts enkele GP’s waarin er überhaupt gereden is. In 1980 haalt de Italiaan Bruna Giacomelli enkele punten in de Alfa Romeo 179. In 1981 en 1982 gaat het al ietsje beter. De echte stap voorwaarts voor het team komt pas in 1983, waarin het de inmiddels bejaarde V12 vervangt voor een nieuwe 1.5 turbo V8. Met name de Italiaan Andrea de Cesaris is er erg snel mij. In 1984 houdt Ricardo Patrese de eer hoog. 1985 is een rampenjaar. Alfa Romeo haalt nul punten en stopt na dat jaar.
Alfa Romeo naam op F1-auto’s
De naam Alfa Romeo maakt zijn comeback op Ferrari’s in het turbotijdperk. De auto merknaam is zichtbaar op de Ferrari Formule 1-auto’s. De naam Alfa Romeo keert in 2018 terug. Dan wordt het namelijk de hoofdsponsor van Sauber. De reden is tweeledig. Alfa Romeo wil grotere naamsbekendheid om hun nieuwe Giulia en Stelvio straatauto’s onder de aandacht te brengen. Ondanks dat er tientallen miljoenen mee gemoeid zijn, is het vaak goedkoper en effectiever dan een oeverloze marketingcampagne.
Alfa Romeo Racing is het nieuwe Sauber
Ook Ferrari heeft hierbij een voordeel. Bij de Scuderia willen ze al langer een satelliet-team. Toro Rosso is dan al jaren de kweekvijver voor jong talent in de F1. Ferrari ziet dat ook wel zitten. Sauber kan wel een succesje gebruiken, want het gaat dramatisch de laatste jaren. De Saubers zijn al voorzien van Ferrari-motoren in die tijd. In 2018 zijn er eindelijk ook sportieve successen. Met name het nieuwe talent Charles Leclerc maakt indruk.
Hij vertrekt dat jaar erna meteen nadat hij 39 punten haalt in 2018, meer dan Sauber de afgelopen jaren daarvoor gezamenlijk heeft gehaald. Ondanks de 9 punten van Ericsson, hoeft de Zweed niet meer terug te keren. In 2019 verschijnt Alfa Romeo namelijk met een nieuwe driver line-up. Charles Leclerc vervangt Kimi Räikkönen bij Ferrari, die op zijn beurt naar Alfa Romeo verhuist. Daarbij maakt Antonio Giovinazzi de overstap naar het team van Alfa Romeo. Giovinazzi geldt als een talent voor Ferrari en die willen hem ‘op de kweek’ zetten bij Alfa Romeo Racing.
De weg omhoog gevonden
In 2019 is duidelijk dat Sauber de weg omhoog heeft gevonden, want de Alfa Romeo C38 is behoorlijk snel. Met name Kimi Räikkönen is er erg snel mee. Antonio Giovinazzi is een laatbloeier, maar behaalt wel enkele punten. Zijn beste klassering is tijdens de GP van Brazilië, waar hij als vijfde eindigt. Helaas voor hem doet Kimi dan ook zijn uiterste best met een vierde plaats. Het team sluit af met een achtste plaats in het wereldkampioenschap met 57 punten.
In 2020 verschijnt Alfa Romeo met dezelfde samenstelling qua coureurs. Het door Covid-19 geplaagde jaar is niet denderend. Wederom behalen ze de achtste plaats, zij het nu met slechts 8 punten. Met name de motor is duidelijk minder krachtig dan het voorgaande jaar. In 2021 gaat het niet heel erg veel beter. Er zijn aanzienlijk meer races waarbij Räikkönen en Giovinazzi zich geregeld in de kijker rijden. Het probleem is dat de auto’s de snelheid niet kunnen vasthouden. Hierdoor zijn er tal van puike races van Alfa Romeo Racing zonder dat het in de statistieken te zien is. Omdat Haas Racing dat jaar episch slecht presteert, behaalt Alfa Romeo Racing in 2021 alsnog de negende plaats.
Alfa Romeo Racing in 2022
In 2022 draait alles om. De technische reglementen zijn enorm aangepast. Dit moet ervoor zorgen dat de auto’s dichter op elkaar kunnen racen. Ook lopen de motoren nu op E10 (in plaats van E5). Qua coureurs doet Alfa Romeo het compleet anders, maar toch hetzelfde. Men kiest namelijk wederom voor nieuw talent en een ervaren Finse coureur. Zhou Guanyu is de eerste Chinese Formule 1-coureur en geldt als een redelijk groot talent. Dat er ook wat Chinese sponsoren klaarstaan, zal bij Alfa Romeo geen pijn doen. Daarbij presteerde Guanyu uitstekend in de klasses voor de F1.
De andere coureur is Valtteri Bottas. Na vijf jaar trouwe dienst bij Mercedes – waarbij hij met de eenjarige contracten nooit echt vertrouwen genoot – moest hij een ander zitje zoeken. Terwijl Mercedes dat jaar een flinke vrije val maakte, ging het Alfa Romeo juist voor de wind. Hierdoor zien Hamilton en Bottas elkaar geregeld in de kwalificatie en op de startgrid, ondanks dat ze in verschillende auto’s rijden.
Eind 2022 wordt bekend dat Audi – die al geruime tijd aan het azen was op een entree in de Formule 1 – met Sauber in zee gaat. Vanaf 2026 wordt Sauber het fabrieksteam van Audi. Dat betekent dus dat er een einde komt aan de samenwerking tussen Alfa Romeo en Sauber.