De ware Porsche voor het volk?
Sommige auto’s hebben naam en faam opgebouwd, of ze nu willen of niet. Soms niet eens zozeer door de intrinsieke kwaliteiten van de auto zelf, maar door wat de klanten er mee deden. Dan hebben we het niet per se over de eerste klanten, de mensen die zo’n auto daadwerkelijk nieuw kochten. De mensen waarvoor de fabrikant de auto daadwerkelijk ging produceren in de eerste plaats.
Het zijn altijd auto’s met enkele kenmerkende eigenschappen, waarvan de twee belangrijkste ‘sportief’ en ‘betaalbaar’ zijn. De Opel Manta is zo’n auto waarvan het imago verder reikt dan diens roestpreventie. Helaas was de naam niet altijd even goed. De ‘Baur-Porsche’ (boeren-Porsche) noemden de Oosterburen de Manta gekscherend. Ook de Mantamoppen zijn zo legio dat je er een ouderwetse papieren pagina in de krant kan vullen, of misschien wel twee. Een van de leukste was toch wel waarom Opel ook een Manta had van slechts één meter breed: opdat de bestuurder BEIDE armen uit het raam steken.
Opel was sowieso aan het veranderen rond die tijd. Alle modellen met achterwielaandrijving gingen eruit en voorwielaandrijving werd de nieuwe norm. Maar Opel wilde meer. In de loop der jaren had het merk een behoorlijk spruitjes-imago opgebouwd en daar baalde het van. Dat was eigenlijk nergens voor nodig, want er zijn zat merken die niet eens durfden dromen van zo’n imago. Het ging namelijk gepaard met uitstekende verkoopcijfers. Toch moest het roer om, vond Opel.
Daarvoor was er een uithangbord nodig. Een imagebuilder. Een auto waarvan de vreemd-merk rijder zou zeggen: “Ja, die Opel, die lust ik wel.”. Uiteraard moest dat een coupé worden. Niet alleen vanwege het feit dat de Manta óók een coupé was, maar vanwege de toenemende populariteit van compacte en betaalbare coupé. Met name de Japanners waren er zeer succesvol mee, sommige Japanse merken hadden niet één maar meerdere modellen in dit segment in de aanbieding.
Daar wilden de Duitsers graag een graantje van meepikken, al helemaal omdat de verkopen van Japanse Coupé’s eind jaren ’80 erg goed waren. Nu was Volkswagen met de Corrado en Audi met de Coupe vertegenwoordigd in dit segment, maar ze zaten te veel aan de bovenkant ervan qua prijs. Hoe goed die auto’s ook waren, met de bedragen die Jan Modaal er voor neer moest leggen prezen ze zichzelf uit de markt.
Om de auto betaalbaar te houden, moest Opels nieuwe coupé gebouwd worden op het GM2900 platform. Dit is een relatief simpel doch capabel platform dat Opel ook gebruikte voor de Vectra en waar Saab een nieuwe 900 op mocht gaan ontwikkelen. Aan de tekentafel stonden Wayne Cherry en Erhard Schnell. Schnell was tevens de ontwerper van de Opel GT en wist dus hoe je op basale techniek iets bijzonders kon ontwerpen.
Het eindresultaat was fantastisch. Opel introduceerde de coupé op de IAA in 1989. De auto heette geen Manta meer, maar kreeg een compleet nieuwe naam: Calibra. Erhard Schnell had een meesterwerk afgeleverd. Het was qua design niet zo maar een Vectra in coupé-uitdossing. De Calibra had een uniek front, met naar eigen zeggen de platste koplampen in de autobusiness. Erhard Schnell stond erop dat de deuren stijlloos waren, zodat je een sportievere beleving had bij het in en uitstappen.
Ook zorgde het voor een bijzonder fraai zijprofiel. De Calibra zag er niet alleen heel erg clean en glad uit, de auto was het ook daadwerkelijk. De Calibra was laag en extreem aerodynamisch vormgegeven. Eind jaren ’80 was aerodynamica helemaal in. In standaard uitvoering was de luchtweerstandscoëfficiënt 0.26, een record. Sterker nog, in de periode dat de Calibra in productie was, kwam er geen andere auto op de markt die een gunstigere score wist te behalen.
Je moest voor de laagste Cw-waarde wel de standaard Calibra hebben, de instapper van de range. Deze had slechts 115 pk en 14” velgen. 14” was in die periode een heel gangbare maat voor een middenklasse auto. Die 115 pk werd geëxtraheerd uit een 2.0 achtkleps benzinemotor die ook dienst deed in de Vectra. Met 170 Nm bij slechts 2.600 toeren was het best een smeuïge motor, waarmee je in Nederland prima bediend was. Van 0-100 km/u sprinten deed je in precies 10 seconden, de topsnelheid was 205 km/u.
Weinig andere ‘instappers’ in deze prijsklasse wisten die 200 te halen. De Calibra 2.0i was standaard uitgerust met een handgeschakelde vijfbak van Getrag. Een optionele automaat (van Aisin) was ook mogelijk. Iets later werd de 2.0i ook leverbaar met vierwielaandrijving. Inderdaad, hetzelfde systeem als in de Vectra. Zowel de Calibra 2.0i automaat en 2.0i 4×4 waren iets langzamer dan de handgeschakelde variant met voorwielaandrijving.
Wilde je een snellere Calibra, dan moest je gaan voor de 16v. Deze had een bijzonder potige zestienklepper onder de kap, met 150 pk en 196 Nm. Het karakter van de zestienklepper was wel compleet anders. Bij lagere toeren gebeurde er niet zoveel. Het maximum koppel kwam pas vrij bij 4.800 toeren en voor het vermogen moest je 1.200 toeren verder. De Calibra 16v was aanzienlijk sneller dan de 8v. In 8,5 seconden reed je al 100 km/u en volgas behoorde 223 km/u tot de mogelijkheden.
Ondertussen was de Calibra een enorme hit gebleken. Ze vlogen als de spreekwoordelijke warme broodjes over de toonbank. De dealers bleven ze maar bestellen. Natuurlijk had Opel gehoopt op een stormachtige marktintroductie, maar er was simpelweg niet voldoende productiecapaciteit. General Motors klopte aan bij Valmet Automotive om wat van de productie te stallen. Er werd een productielijn ingedeeld, zodat ook daar Calibra’s van de band konden lopen.
Maar er waren meer plannen met Valmet. De Calibra was dermate succesvol en bijzonder, dat men heeft overwogen om de Calibra in de Verenigde Staten te verkopen als Saab. Op die manier kon Saab zijn modelgamma iets uitbreiden, iets waar met name Amerikaanse dealers om vroegen. Helaas ging het hele feest niet door. Om de Calibra te laten voldoen aan alle Amerikaanse emissie- en veiligheidseisen, moest er teveel gebeuren.
De baten zouden niet opwegen tegen de lasten. Dat gold ook voor een ander project van Valmet: de Opel Calibra Cabriolet. Op basis van de Calibra werd een vierzits cabriolet ontworpen. Er werden zelfs twee prototypes gebouwd. Het plan ging niet door vanwege twee redenen. De carrosserie was bij lange na niet stijf genoeg en de prijs zou te hoog worden, waardoor het commercieel geen interessant idee was.
De snelste Calibra moest toen nog komen. Het was 1992 en men kon zich zorgen gaan maken op de Autobahn. De Calibra Turbo 4×4 werd namelijk onthuld. Deze was voorzien van de C20LET-motor, wederom een 2.0 viercilinder zestienklepper, maar ditmaal voorzien van een KKK-16 turbocompressor. Dat niet alleen, de zuigers waren van de Duitse firma Mahle en de ECU was een Motronic M2.7 van Bosch. Deze wijzigingen zorgden voor een flinke stijging van zowel vermogen als koppel.
Het maximum vermogen was precies 150 kW, oftewel 204 pk. Trekkracht was ook ruim voor handen met 280 Newtonmeters, die al bij 2.400 toeren aanwezig waren. Vergeet niet dat de Calibra een relatief lichte auto is naar hedendaagse maatstaven. De Calibra Turbo woog namelijk niet meer dan 1.380 kilogram. Dat is inclusief alle luxe, de vierwielaandrijving en een Getrag zesbak. De Calibra Turbo 4×4 kwam dan ook erg vlot van zijn plek. Naar 100 sprinten was in 6,8 seconden alweer achter de rug.
Maar het huzarenstukje van de Calibra Turbo was de lucht doorklieven op hoge snelheid. Waar veel auto’s in die periode tegen een onzichtbare ‘muur’ opreden, accelereerde de Calibra door naar 245 km/u. Ondanks dat de Calibra Turbo meer luchtweerstand had dan het basismodel dankzij bredere banden en grotere luchtopeningen, was de Cw-waarde van 0.29 nog altijd erg laag.
De Turbo was op papier weliswaar een enorm indrukwekkende auto en op asfalt zeer snel, maar sensaties en echte betrokkenheid bij het autorijden ontbraken. De specificaties leken te verspreken dat het een Escort RS Cosworth of Celica GT-Four concurrent was. Maar dat was een misvatting. De Calibra was geen homologatiespecial en ook geen rallyauto met kentekenplaten. Het was gewoon een Calibra die altijd en overal bloedsnel was. Dus die Calibra turbo is een beetje een onbegrepen auto.
In 1994 kwam er een beter alternatief, namelijk de Calibra V6. Met deze motor leek alles beter op zijn plek te vallen. Het slagvolume van 2.498 cc was nu verantwoordelijk voor het vermogen (170 pk) en koppel (227 Nm). Met name de krachtsontplooiing van de V6 was prettiger. De vermogensopbouw was heel lineair. Hetzelfde gold voor de trekkracht. Er was nu altijd voldoende, terwijl bij de 16v en Turbo modellen altijd een gevalletje van te weinig of -na extra gas geven- te veel was.
De V6 was relaxed en lag prettiger in het gehoor. Maar het belangrijkst is nog dat de V6 het karakter van de Calibra het beste complementeerde. De prestaties waren minder aansprekend dan die van de turbo, maar een topsnelheid van 238 km/u was in 1994 nog altijd zeer indrukwekkend. Ook bij de V6 kon je kiezen tussen een handbak en een automaat.
In 1994 werd de Calibra ook voorzien van een facelift. Deze was minimaal, want juist het exterieurdesign was voor veel mensen een reden om er eentje te gaan kopen. Eigenlijk was het meer een modelupdate. Het grootste verschil was het logo, dat van de motorkap naar de grille verhuisde. In technisch opzicht was het grootste nieuws dat de ‘16v’ vervangen werd door een minder heftige Ecotec tweeliter benzinemotor. Met 136 pk was deze niet bijzonder krachtig, maar in dagelijks gebruik was het wel een prettigere motor, ondanks de mindere prestaties.
Zo snel als de verkopen van de Calibra stegen, zo hard ging het ook weer naar beneden. In 1995 kon de productie bij Valmet alweer gestaakt worden. Dat lag niet zozeer aan de Calibra, als wel aan het segment waarin de auto opereerde. Men had opeens minder behoefte aan relatief goedkope, sportieve coupé’s. De markt ging toen meer naar duurdere coupe’s (406 Coupe, Volvo C70, Audi TT) en betaalbare sportwagens (MG F, MX-5, Z3). Er kwamen nog wel wat speciale uitvoeringen zoals de DTM Edition, de Keke Rosberg Edition en de Last Edition. Allemaal Calibra’s met zeer veel uitrusting en ‘enorme’ 16” BBS velgen. In technisch opzicht zijn de echte DTM Calibra’s trouwens dermate afwijkend dat die binnenkort apart behandeld worden.
In 1997 ging de Calibra uit productie. Na een productierun van zeven jaar was het einde daar. De Calibra kreeg geen directe opvolger. Er was in de tussentijd wel een kleinere coupé bijgekomen in de vorm van de Tigra, maar die was gebaseerd op de Corsa en dus echt twee klasses lager ingeschaald. De auto die nog het best gezien kan worden als de opvolger van de Calibra is de Astra Coupé. Ondanks de Bertone-badge die op de zijkant prijkte, was dat een aanzienlijk minder bijzondere auto dan de Calibra. Ook omdat het recht van voren en recht van achteren gewoon een driedeurs Astra leek.
De Calibra kwam vervolgens op de tweedehands markt terecht en het imago veranderde op drastische wijze. Van strakke en coole coupé, werd het nu het favoriete hobbyproject van (thuis)tuners. Waarschijnlijk kon de Duitse Rieger tuninggids veertig bladzijden extra drukken puur dankzij het bestaan van de Calibra. De sportieve looks spraken veel jongeren aan en er waren er zo veel van, dat eentje ombouwen geen zonde is. Nog een voordeel was de lage prijs, uiteraard.
Net als de Toyota Supra bijvoorbeeld kreeg de Calibra zo een ‘tweede carriere’. De Supra kreeg een rol als potentiële Ferrari-killer, maar de Opel Calibra werd de ultieme petjes-auto. Want ondanks de vele, vele toevoegingen aan de carrosserie, werd de Calibra er juist langzamer door. Eigenlijk heel ironisch. Het was in elk geval geen saaie auto en nog steeds zijn er redelijk wat exemplaren te vinden. Mocht je op zoek gaan naar een Turbo of V6: je bent niet meer de enige.
Nu kunnen we heel erg eenvoudig de Opel Calibra weg zetten in een hoekje. Het is en blijft een Opel. Ja, gelukkig wel. Dat betekende namelijk dat de auto betaalbaar was. In vergelijking met zijn concurrenten kreeg je bij Opel méér voor minder geld. Daarbij is het ontwerp nog altijd een klein meesterwerkje. De meest aerodynamische auto van zijn tijd met de platste koplampen. De simpele lijnvoering was dus niet alleen bijzonder fraai, maar ook erg effectief.
Het feit dat het een Opel was, maakte de Calibra juist zo briljant. Het reed als een gemodificeerde Opel Vectra, omdat dat ook zo was. Maar de Saab 900 (9-3) rijden ook als een Vectra en daar hebben we geen problemen mee. Sterker nog, de cabriolet-versie die nog altijd in trek is in bepaalde wijken in Blaricum, rijdt belabberd in vergelijking met de Calibra.
Bij de Calibra moet je ook onthouden waarvoor deze is ontworpen. De auto moest praktisch en ruim zijn, iets wat voor een auto in deze klasse wonderbaarlijk goed lukte. De Calibra moest daarbij betaalbaar zijn, ook de duurdere varianten. Met het uiterlijk moest Opel een moderner imago krijgen. Dat lukte heel erg goed. De Calibra was een verkoopsucces, zeker als het ging om het aantrekken van vreemd-merk-rijders. Dat de Calibra niet de snaarstrak sturende rally-special is geworden die iedereen nu zoekt, dat zij zo.
Het is geen reden om ‘m te laten staan. De auto heeft een paar troeven achter de hand. Zeker als je nu nog op zoek gaat naar een basis-Calibra vallen de prijzen nog steeds mee. Een luxe V6 als cruiser of Turbo 4×4 zijn natuurlijk wel de leukere opties. Voor hun ‘partypiece’ is er goed nieuws. De Autobahn behoudt nog eventjes stukken ongelimiteerde stukken. Met een goed onderhouden en originele Calibra haal je nog eenvoudig enorm hoge snelheden, waarmee je een groot gedeelte van de downsize-brigade naar de rechterbaan verwijst.
VW golf R zegt
Heb zelf 5 jaar lang een 4×4 turbo gereden met wat aanpassingen zat hij op zo’n 300 pk. Was 1 van de leukste belevingen die ik gehad heb. Was toch een wolf in schaapskleren en menig Subaru Impreza toen der tijd zoek gereden. Toch nog wel eens spijt dat ik deze toen heb verkocht
tvr1974 zegt
@smitjestekkie: de subaru’s die je zoek reed waren denk ik 1.6jes.. met een spoiler zagen ze er spannender uit dan ze waren.. had zelf een WRX (met chip en andere uitlaat) en later een STI. Die 1e zat in ca 5.7-6.0 op de 100 met ca 265pk en de 2e ging daar met ca 350pk dik onder(ca 4.8-5.0 afhankelijk van banden en omstandigheden)… Groot voordeel TOV de calibra t ging de bocht om. Nb heb t calibra model altijd gewaardeerd maar qua rijden kwam t gewoon niet in de buurt van de Subaru’s , mistusbishi’s of Celica Gt-4 Carlos saints editions..
wheresmycossie zegt
@tvr1974: ik heb met mijn Cosworth a 370pk heel wat Subaru’s t leven zuur gemaakt? maar die roffel blijft onovertroffen! Calibra’s waren gerse auto’s maar haalden het niet bij de Subaru’s, Cossies en VR6’jes
Volvo_440_turbo zegt
@tvr1974: Was het jij toevallig niet met je WRX STI jaren geleden in de Ardennen die ik vooruit moest duwen met mijn Volvo 480 turbo met grotere turbo en injectoren?
koffiekopje zegt
@tvr1974: grote babbels, maar een Calibra met 300 pk is in een rechte lijn een geduchte tegenstander.
Zeker als het tempo wat hoger wordt heeft de Calibra een in het artikel beschreven troef die dan ook bij acceleratie gaat helpen: Weinig luchtweerstand.
Ik heb in Duitsland weleens achter zo’n turbo gezeten met de 300C SRT-8 van een vriend, we konden blijven plakken maar als ie opschoof konden we er niet voorbij boven de 200. Die Calibra was overigens geen standaard auto, want zelfs boven de 250 zat er nog wel gang in.
VW golf R zegt
@tvr1974: mijn Calibra had toen wel een hogere top snelheid dan die subaru. Die subaru kwam niet veel verder dan de 240 terwijl mijn Calibra nog doorging tot 280 op de teller
woertquattro zegt
@smitjestekkie: in die tijd waren er nog vrij weinig impreza’s 555 op de weg . Die er wel waren zijn vaak standaard . Calibra turbo was zeer snelle auto , vooral op snelweg liet ie de Imprezas ver achter zich.
156sw zegt
Anti Opel mag ik zijn, zo’n Calibra heeft toch wel wat. Je ziet ze ook eigenlijk nooit, best jammer.
Robert zegt
@156sw: dat je ze weinig meer ziet is vooral de keerzijde van het succes bij het petjesvolk. Die investeerde liever in een nieuwe boombox of spoilerset dan in roestpreventie en periodiek onderhoud. Maar dit geldt ook voor vrijwel elk ander model in dit genre.
vaakbenjetebang zegt
Een weekje of wat geleden zag ik er nog eens eentje rijden. Een 8v, ‘bog stock’, rood (ja, nog echt rood), met een oudere heer achter het stuur. Het zou me niet verbazen als dat nog de originele eigenaar was. Gek genoeg vond ik het een auto die behoorlijk mooi oud aan het worden is, destijds vond ik het drie keer niks.
rufctr01 zegt
Ik vond het destijds een hele gave Coupé om te zien!
snorrie zegt
Ooit eens op de motor een heel stuk op de A7 achter zo’n turbo gezeten waarbij hij plankgas leek te rijden. Ik was er best van onder de indruk.
ruben_vandenberg zegt
Altijd al mooi opel gevonden, in oem uitvoering.
appiejappie zegt
In een ver verleden liep ik stage bij Zwart Wormerveer, en de baas had zich zelf getrakteerd op een donkerblauwe Calibra 2.5V6 4×4 met, zo zei ie, ABS, ASR en 4×4 dus mij kan niets meer gebeuren. Na een weekend met winterse neerslag werd de gekreukte Calibra naar binnen gebracht op de sleepwagen, en sprak Zwart de memorabele woorden:”Wie lacht krijgt de zak”.????
ouwedibbes83 zegt
@appiejappie: Haha, dit verhaal komt me bekend voor!
appiejappie zegt
@ouwedibbes83: verhalen genoeg daar, AutoWeek showroom test die faalde, Crawford deur die er werd uitgereden en ik die van een AZ bobo de rechter achterdeur uit zijn nieuwe Senator reed hehe.
lekkerlinksrijden zegt
@appiejappie: slechte verliezer dus
appiejappie zegt
@lekkerlinksrijden: nee kerel met hart op de goede plek
p3r0x zegt
@appiejappie: V6 was er niet als 4X4…
appiejappie zegt
@p3r0x: was iig een fullloaded Calibra en 1992?
grasvreter zegt
Ik denk dat ik al jaren geen calibra meer heb gezien. Jammer, het zijn mooie wagens. Over het te veel of te weinig power van de oude 16 kleppers kan ik meepraten. Ik en mijn pa hebben een mitsubishi galant 1.8 16v uit 1993 die we wat aan het opknappen zijn, en we willen er ooit een turbo op schroeven. In ieder geval, het ding zit in 10 seconden op de 100, maar er gebeurt pas echt wat na de 4500 toeren. Daaronder is er weinig aan.
emping zegt
@grasvreter: ik ben bezig met een 92’ Galant GTi 2.0 16v en die wil ik op de 5 seconde hebben.
wopfe zegt
Leuk artikel!
rob5nismo zegt
Heerlijk artikel over een duits icoon
Kvgorp zegt
Paarse DTM edition gehad met andere 17” militie spaaks velgen. Met de 2.0 ecopech motor. Prachtige auto. Ik stond alleen wel vaak met de politie ketsen en met de garage.
Kvgorp zegt
@kvgorp: multi spaak
stalensnuitje zegt
@kvgorp: en kletsen ipv ketsen hoop ik… ?
tenaci zegt
@stalensnuitje: ? overtredinkje begaan en dan in natura de boete betalen…
spidermann zegt
Ik vond het destijds een mooie auto, een collega van mij koos hem als leasebak. Ik ging voor een nieuwe Alfa 75 1.8 Epoca als uitloopmodel en ik vond de nieuwe 155 maar een gerebadgede (schrijf je dat zo?) FIAT.
nietcreatief zegt
@spidermann: Van wat ik begrepen heb is de 155 in de basis ook een Fiat Tipo met Alfa motoren, dus je gevoel klopt wel aardig.
Een beetje zoals de MiTo een Punto is in de basis.
spidermann zegt
Daarnaast heb ik goede herinneringen aan een 2 deurs Opel Ascona (B) 2.0 SR/E met bilstein veren en zwarte motorkap.
Heerlijke auto destijds, moet rond 1983 zijn geweest.
E34M5Touring zegt
De broer van 1 van m’n beste maten kreeg een vd allerlaatste V6 modellen die in NL op kenteken is gezet. Was eerst van zn ma. Echt een knappe bak, full options en helemaal origineel gelaten. Helaas een dorpelgrind mee gedaan waarna hij economisch total loss was. Goeie sound had dat ding.
mark383 zegt
Leuk artikel weer, dankjewel!
bottles zegt
1 van die cabrio’s staat volgens mij te koop op Marktplaats momenteel ?
dave130r zegt
Top artikel, altijd een zwak gehad voor de Calibra nadat ik ooit in een turbo heb mogen meerijden. Kijk uit naar jullie DTM artikel!
baklava zegt
Alle Tokkies op mijn school wilde een calibra hebben. Ik zie ze nooit meer rijden trouwens.
techniekmeneer zegt
Jammer dat die cabrio nooit in productie is gegaan zeg! Met het dak en zijruiten naar beneden zal het een plaatje geweest zijn.
tjorque zegt
Ha de Calibra! Heb ik nog foldertjes van gehad. Zelf hadden we een rode kadett stationwagon. En ik droomde van de sportieve Opels. (Later hadden we een Mitsubishi L300 en ik droomde van de 3000 GT)
In die tijd reed werd een klasgenoot ‘s ochtends altijd afgezet in een zilveren Calibra. Eentje met snobistische maniertjes, ik geloofde toen ook dat hij rijk was want naar school gebracht worden met zo’n sportkar… dan ben je een hele jongen.
Wist ik toen veel, ik was 10 of 11 ?
Ik vond het iig een dikke auto.
T5Power zegt
Ik heb ooknog heel wat Calibra folders oa de Keke Rosberg editie wie kent hem niet :-) En ik herinner me nog goed dat ik met een vriendje haast niet dicht(er)bij een rode Calibra durfde te komen, bang om wat de verkopers wel niet zouden denken. Wat een tijden. @tjorque:
T5Power zegt
Heel veel later zag ik eens een Calibra met krokante wielkasten. Tegen die tijd was de charme wel van het model af. @t5power:
geelbarrel zegt
Als studentje verdiende ik mn collegegeld bij elkaar door destijds bij een Opel dealer te werken als monteur in vakanties en zaterdag. Nog steeds herinner ik de vibes die door het bedrijf gingen bij de introductie, fantastisch. Je voelde je n aap met 7 l#llen als je een proefrit moest doen met een 16v. Nog steeds bewondering voor het uiterlijk. Maar verder: wat een l#l is voor een hoer, is een Opel voor een boer…
tmenges zegt
Dit vind ik dus de leukste verhalen, geen overdreven supercars oid maar gewoon het verhaal van een sportieve auto van een normaal merk.
choecoe zegt
Prachtige auto, mijn tante had zo eentje als leaseauto en het leek wel alsof ik als 5 jarige in een Ferrari zat. Een beetje off-topic maar kan iemand mij uitleggen waarom die 8 klepper blokken hun koppel zoveel vroeger kunnen bereiken dan 16 kleppers, viel mij namelijk ook al op bij de 2.0 8v van Volkswagen.
geelbarrel zegt
@choecoe: dat was toen, met introductie van nokkenas verrdraaiing is dat veranderd. Zo werkt bij een 16v een “tammere” nokkenas al hetzelfde als een “heftige” op een 8v. ( 265 vs 286 graden)
griffendahl zegt
@choecoe: Simpel gezegd kregen die oude 8v’s ademnood op toeren en de 16v’s te veel lucht onderin de toeren. Zelfde bij Peugeots destijds met de 1.9 8v en 1.9 16v. Daarom ook vindingen als Vtec, dat probeerde de voordelen van een 8v en een 16v te combineren.
stalensnuitje zegt
Leuk artikel weer, lekker inhoudelijk! Eén kleinigheidje: en Duitse boer is een Bauer, een Duitse koetsbouwer die 4-deurs BMWs omtovert tot Cabrio’s is Baur ?
allesmetturbo zegt
Lekker artikel!
Toch wel een guilty pleasure, zo een calibra 4×4 turbo
danone zegt
Kan iemand aangeven (waarschijnlijk WillemE ) welke versie van de Calibra dat is op de op één na laatste foto? Volgens mij zie ik een DTM logo aan de zijkant, maar die voorbumper lijkt wat anders te zijn, wat moderner. Mooie versie in elk geval!
willeme zegt
@danone: Jazeker! Dat is een speciale editie uit 1996, na aanleiding van winst in het DTM. We gaan de DTM Calibra’s nog even apart behandelen. Maar ik verklap je alvast dat het een Cliff Motorsport Edition is waarvan er 1.000 exemplaren van zijn gebouwd ;-).
troljedemoeder zegt
Leuk artikel. Vermakelijk ook hoe het volwassen mannen aanzet tot penismeting en verpissen. Prestaties uit het verleden zijn echter geen garantie voor de toekomst. :)
twentyeight zegt
Kan mij heugen dat alle Feyenoord spelers vroeger in een Calibra reden (mede door het sponsorcontract uiteraard). Heb ze eigenlijk na de jaren 90 niet veel meer zien rijden…
nietcreatief zegt
Eigenlijk snap ik niet waarom tegenwoordig een lage cw waarde en een klein frontaal oppervlak onbelangrijk lijken te zijn.
Minder luchtweerstand= minder verbruik.
saxoke zegt
@nietcreatief: voetgangersveiligheid. Mooie spitse neuzen zijn verleden tijd
jerudo zegt
Jaren geleden zag ik vaak een rode Calibra cabrio geparkeerd staan voor de Opel garage. Het leek wel eerder een zelfbouw project, de kap was met drukknoppen en zag er al bij al nogal amateuristisch uit. Heb die cabrio wel nooit open zien rijden.
carmasterr zegt
Ik heb ook een Calibra gehad. Was door de vorige eigenaar compleet gerestaureerd en overgespoten in een groen/blauw/paarse flip flop kleur. Lang stil gestaan tot meneer hem inruilde op een BMW 645.
Er lag een 20XE in uit 1987, de eerste generatie zestienkleppers uit de Kadett met de gewilde Coscast kop en 156 pk. Op de teller liep ie er 235 mee. En de toerenteller liep ie eruit, want het was origineel een 8V. Heerlijke auto, helaas weg moeten doen om financiele redenen.
Een paar maanden later stond ie weer op Marktplaats, zonder motor..
emping zegt
Ik had vroeger ook een Rieger catalogus.