We werpen een blik op de snelle Citroëns van weleer. Zwarte kentekenplaten, veel knoflook en gele koplampen, plus een beetje power.
Onlangs hadden we op de redactie weer eens een lang gesprek over – hoe kan het ook anders – de leukere auto’s van deze planeet. Om iets specifieker te zijn, de leukere Citroëns. Eigenlijk is Citroën een supersportief merk. Met name in de rallysport is het een van de meest succesvolle merken aller tijden. Wist je bijvoorbeeld dat Citroën 4 keer VAKER het WRC heeft gewonnen dan Audi? Of dat er drie keer vaker een rijderstitel in het WRC is binnengehaald in een Citroën dan in een Subaru? Het simpele feit is dat ze het bij Citroën helaas wat minder goed weten om te zetten in een sportief imago dan bovengenoemde merken.
Ook als het op straatauto’s aankomt, is Citroën niet altijd even sportief geweest. Het is sowieso een bijzonder merk. Het begon juist als een heel prestigieus merk met grote limousines die hun tijd ver vooruit waren met de Traction Avant en DS, bijvoorbeeld. Natuurlijk, de 2CV was een eenvoudige en betaalbare auto, maar voor lange tijd zat daar niets tussenin. En juist in dat gebied zitten de leuke sportieve versies. Daarom pakken we kronieken erbij en gaan we op zoek naar de tofste snelle Citroëns van weleer!
BX Sport
1985 – 1987
Het is wel grappig dat er juist van de Citroën BX zoveel verschillende sportieve uitvoeringen zijn gemaakt. Sterker nog, we konden het lijstje volproppen met snelle Citroëns door alleen BX-en te benoemen. Het was namelijk juist de auto voor mensen die een bijzondere auto voor een normale prijs wilden waarbij COMFORT met hoofdletters was geschreven. Het maakt niet uit hoeveel opties jij op je Duitse middenklasser hebt aangevinkt, het weldadige comfort van hydropneumatische vering staat daar ver boven. Maar met die vering was ook een sportief rijdende auto mogelijk. De Citroen BX Sport was de eerste. Om de 1.6 motor meer pit te geven, mocht een externe tuner (Danielson) er mee aan de slag. Met 125 pk was het zeker een krachtig motortje. Ook het koetswerk was vele malen dikker. Het was verbazend hoe goed de sportieve behandeling eigenlijk paste bij de auto.
BX 16v
1989 – 1993
We hadden met de Citroen BX Sport het begin van de snelle BX’en en met deze BX` 16v het andere uiterste. Het was een van de eerste Franse auto’s die voorzien was van zestien kleppen. Tegenwoordig is dat gemeengoed, maar eind jaren ’80 was dat nog echt bijzonder. De motor was de bekende 1.9 XU, maar dan met de kop van de 205 T16 en dus vier kleppen per cilinder. Ook bijzonder was dat de 16v standaard ABS had.
ZX Volcane
1991 – 1994
Ja, er was later een ZX 16v. Maar eerst was daar de ZX Volcane. De Citroën ZX was de snelle variant waarmee Citroën het eerst probeerde. De vroege exemplaren zonder kat zijn het leukst. Die hebben de 1.9 liter viercilinder (ja, uit de 205) met 130 pk, de katalysator beperkte het vermogen met 10 pk. Wat vooral knap was, was hoe de Fransen er een leuke auto van maakte. Wat een setje grotere wielen, bodykit, spoiler en mistlampen wel niet kunnen doen. De ZX Volcane was een klein beetje een teleurstelling, alhoewel de Golf GTI met 2.0 achtklepper nog veel saaier was.
Citroen Visa
Er zijn meerdere snelle Citroëns geweest op basis van de Visa, uiteraard nemen we die even graag met je door!
Visa GT
De eerste snelle Citroén Visa was de ‘GT’. Dit was een sportief aangeklede Visa met pittige 1.4 motor, maar niet echt iets waar @wouter voor zijn bed uit zou komen. Ook niet de extra hete GT Tonic. Die kreeg de bodykit van de Chrono (komt later nog voorbij hoor).
Visa Tropheé
1983
Het werd heel erg leuk met de Visa Tropheé. Dat was een homologatiespecial. Met 100 pk (op iets meer dan 700 kg) had je de grootst mogelijke lol.
Visa Chrono
1982 – 1983
Misschien wel de meest bekende. Net als de Trophée was deze versie gemaakt met motorsport in het achterhoofd. Onder de kap lag de overbekende 1.4 viercilinder, maar dan met twee Solex carburateurs. Het maximale vermogen van 93 pk was destijds behoorlijk pittig voor zo’n klein blokje. Althans, als je een van de 2.160 Franse exemplaren had. Alle buitenlanders (voor de Fransen althans) hadden Weber-carburateurs en ‘slechts’ 80 pk. Wel hadden ze allebei de dikke bodykit en guitige verstralers.
Visa Mille Pistes
1983 – 1984
Het is niet te bevatten dat je een rally-spec Citroën kon krijgen vroeger, maar met de Visa Mille Pistes was dat het geval. Er zijn er 200 gebouwd ter homologatie. Wederom de overbekende XU-motor met 1.360 cc, maar dan met enorme dubbele Webers erop om 112 pk te leveren. Latere ‘Evolution’-modellen werden niet door Citroën gebouwd, maar door Denis Mathiot en hadden maar liefst 140 pk! Vergeet niet dat het wagentje slecht 750 kg woog.
Visa GTI
1984 – 1986
De Golf GTI deed het aardig en Peugeot had natuurlijk zijn 205 GTI. De Visa GTI was een soort van antwoord op die twee. Met een 1.6 met maximaal 115 pk was het niet eens een onaardige hot hatch. Het was helaas niet een succes, omdat de Visa al behoorlijk op leeftijd aan het raken was. Daarbij sprak de 205 GTI een veel groter publiek aan.
DS3 Racing
2010 – 2014
De laatste der Mohikanen. Wie had kunnen bevroeden dat het zo snel was afgelopen met de snelle Citroëns? Met de DS3 Racing pakte Citroën het serieuzer dan ooit aan. In dit geval moest de DS3 een soort straatversie zijn van de rallyversie. In hoeverre aan die claim voldaan kon worden, laten we eventjes in het midden, maar het is wel een van de snelste Citroëns ooit gebouwd. De 1.6 zestienklepper met turbo leverde maar liefst 210 pk. Hiermee kon je in 6,5 seconden accelereren naar de 100 km/u. De Citroën DS3 zag er al uitstekend uit, maar de Racing deed er een paar schepjes bovenop. Een dikke bodykit, grote 18 inch velgen en gewaagde kleurstellingen met stickers. Het interieur was voorzien van hele toffe kuipstoelen die echt geweldig zitten.
Citroen SM
1970 – 1975
We kunnen niet snelle Citroëns benoemen en dan de SM vergeten. Het is een beetje een uitzondering hoor, want het is vooral een bijzondere en snelle Citroën, doch niet een heel erg sportieve. Het is een Citroën met de motor van een Maserati. Ergens klopt alles aan deze auto, zonder dat er ook maar iets logisch aan is. Zowel de techniek als het design. Robert Opron heeft zichzelf overtroffen met deze auto. Het knappe is dat de SM zeer onderscheidend is, maar niet schreeuwerig. Wel opvallend en aanwezig, maar niet op een vervelende manier. Je blijft er ook naar kijken. Ondanks dat de auto natuurlijk erg comfortabel was, waren dit hele snelle auto’s in hun tijd. Je kon met gemak 200 km/u of meer halen. Nog altijd een bijzondere auto die je eigenlijk in elke collectie moet opnemen.
Saxo VTS
1996 – 1999
Misschien wel de meest succesvolle onder de snelle Citroëns. Hier had Citroën echt wel de jackpot te pakken. Voor lange tijd was dat namelijk DE sportieve hot hatch in Europa. Je kon de sportieve Saxo in enkele stapjes krijgen en de VTS 1.6 16v was natuurlijk veruit de leukste. Deze motoren waren goed voor 120 pk, wat meer dan voldoende was om de 935 kg VTS vooruit te stuwen. De bakverhoudingen waren lekker kort, dus je kon telkens in het goede toerengebied zitten.
Maar het waren niet alleen of zozeer de prestaties, de wegligging is namelijk ook bovengemiddeld bovengemiddeld vermakelijk. Deze auto’s zetten de kont nog een beetje om bij gas los. Serieus: een E36 van deze periode heeft meer onderstuur dan deze voorwielaandrijver. Tel daarbij op dat je een leuke bodykit kreeg MET spatbordverbreders en het feest is compleet. De auto bleek ook een uitstekende basis te zijn voor circuitraces (Saxo Cup) én voor een rallyauto.
C2 VTS
2003 – 2004
De Citroën C2 had de ondankbare taak de Saxo op te volgen. Je zou het kunnen zien als de driedeurs-versie van de C3 (die iets hoger, praktischer en comfortabeler was). Citroën zag hoeveel modificaties Saxo VTS-eigenaren op hun auto zetten en speelde daarop in. Daarom had de C2 VTR al dikkere bumpers, grotere wielen en kon kiezen uit meer opties en accessoires om ‘m sportief aan te kleden. De VTR was alleen leverbaar met de 110 pk motor en een sequentieel te bedienen transmissie, maar gelukkig kwam er later een VTS met meer vermogen (125 pk) én een handbak. Het topmodel was de Citroën C2 GT.
Xsara VTS
1997 – 2000
De vergeten hot hatch van Citroën. Dermate vergeten dat ze bij Polyphony Digital de Xsara VTR 1.6 in Gran Turismo 4 hadden verkozen boven deze versie. Onderhuids is het eigenlijk een Peugeot 306 GTI-6, met dezelfde 167 pk sterke motor, maar dan zonder de zesbak. Dat was wel jammer. Dankzij het sportieve onderstel (on-Frans hard) en de meesturende achteras was het absoluut een vermakelijke auto om te rijden. Tegenwoordig is het lastig om een goed exemplaar te vinden.
C4 VTS by Loeb
2004 – 2006
Het is haast niet voor te stellen, maar deze auto is bijna de RB19 van de rallywereld. Of de moderne Lancia Delta HF Integrale uit Frankrijk. Maar waar Lancia uitstekend dikke rallymobielen voor de openbare weg wist te bouwen, deed Citroen dat, eh, niet. Er was een C4 VTS, enkel en alleen te verkrijgen als funky driedeurs hatchback. De motor was de EW10 J4S, die we ook kennen uit de Peugeot 206 RC en 307 Féline.
Het was niet eens zo’n heel erg verkeerde auto, maar de Golf V GTI verzette de bakens als het ging om het concept van een hot hatch en de Renault Megane R.S. deed daar een schepje bovenop. De C4 VTS was goedkoper dan beide, dat dan weer wel. De hoogtoerige motor leverde slechts 177 pk en dat was in deze periode niet meer dan voldoende. Latere exemplaren hadden een 1.6 THP met 150 pk.
BX 4TC
1984
Deze is voor @jaapiyo, want zoals je kan zien heet deze snelle Citroën een klein beetje veel frontoverhang. De normale BX heeft de motor overdwars voorin liggen, maar deze 4TC heeft de motor in lengte. Het was een ratjetoe van onderdelen: een Simca-motor, hydropneumatische vering (jawel!), de transmissie van een Citroën SM en de achteras van een Peugeot 505. He was voor Citroën de basis om aan te werken voor Group B rally, want perfect was de auto zeker niet. Het probleem was dat de carrière er na 3 rally’s op zat, want toen werd Group B opgeheven. Dus had Citroën ineens een auto waar ze niets mee konden. Van de 200 straatauto’s zijn er naar verluidt 62 gebouwd en Citroën heeft geprobeerd ze zoveel mogelijk terug te kopen om te vernietigen. Enkele exemplaren bleven in handen van hun eigenaar.
Johanneke zegt
Ooh zo’n SM. Iedere keer als ik ergens ben waar zo’n ding staat blijf je er bij staan. Heb die ouwe van Johan Cruijff ook al meerdere malen gezien, en telkens ga je weer kijken. Wat een wagen.
Sowieso is Citroën qua historie 1 van de meest bijzondere en vooruitstrevende merken ooit. Nu is er naar mijn mening niets meer van over, en zijn het zelfs auto’s waar ik met een boog om heen loop. Maar vroegah, al die wagens met hun vering uiteraard, en daarvoor, de Traction Avant. Misschien wel de allereerste moderne auto met voorwielaandrijving en een zelfdragend chassis. Oh, de best presterende auto tot deze dag in de moose test is een Xantia. Niks sportwagens, een Xantia!
Een buurman verderop rijdt een C6. De laatste geweldige Citroën. Erg goed voor het straatbeeld als je het mij vraagt.
Jeroen zegt
Oh buurman, wat doet u nu?
harrie zegt
Ja @willeme, hoe kan je nou over dit onderwerp schrijven zonder dit legendarische cinematische hoogstandje te benoemen.
.
‘Injectie???’
Loek zegt
@Jeroen: en hoe willen de jongens dat betalen?
– Polaroid
jayhovah zegt
Dit ja! Ik mis de ode aan de prachtige rode BX Sport van Johnny Flodder!
Pallas zegt
Nee, de Buurman-wat-doet-u-nu auto is een CX
harrie zegt
Ja maar Johnny kocht vervolgens een BX Sport met de Polaroids.
jayhovah zegt
Neuteboom reed een CX (waarbij Kees de motorkap van heel dichtbij mocht zien) maar Johnny reed (zoals Harry al zei) een rode BX Sport dankzij zijn door Polaroid gesponsorde onderhandelingstechniek
MaartenD zegt
Vroeger maakten ze nog bijzondere en vooruitstrevende modellen, nu is het vooral een stoffig en suf merk…
Hoef zegt
Waar zijn de CX 25 GTI Turbo en Turbo2 toch in dit lijstje? Over bijzondere auto’s gesproken….
bassie81 zegt
Waar is de AX GTI?.
Daar is zelfs nog een redelijk succesvolle raceklasse mee geweest op Zandvoort
Lekkere kart voor op de openbare weg ;)
tjorque zegt
Ze hadden van de cactus een gti moeten bouwen.
Dat was de laatste citroenesque citroen uit de recente geschiedenis.
Vroeger was ik een liefhebber.
Maar nu zijn ze te mainstream om er nog na Tom te kijken.
Als ze terug grote betaalbare sloepen zoals de CX en de BX breaks zouden bouwen, dan zou ik terug geïnteresseerd kunnen worden.
randy zegt
In zuid Amerika is de c4 cactus met de 165pk en 250+Nm 4 cilinder thp geleverd.
Dat is lekker op 1000kg. Laat staan als ie nog ff gechipt word.
Janus zegt
Waar zijn de CX’en?
sabrerator zegt
Nog beter, de AX Sport.
Zelfde recept als de Rally-versies van Peugeot.
Motor van net geen 1300cc, dikke webers en alles wat er nog uit kon, eruit gestript.
alfa147ti zegt
Was een prachtige merk, ben bang dat het met Alfa ook die kant op gaat, zonde dat er alleen maar naar geld verdienen wordt gekeken en niet meer naar de klant wordt geluisterd, maar ja nieuwe tijden hè, zelf bij auto dealers schaalvergroting klant heeft tegenwoordig een nummer en geen naam meer, soms was het vroeger niet zo slecht.
Pallas zegt
Ik mijn CX 25 GTi Turbo in de lijstje, foei autoblog!
superfred zegt
Ah, de ZX 16v. Ik had er een. Een groene facelift. Opgevolgd door een blauwe Xsara Coupé VTS. Die was nog leuker… Helaas was er daarna niks meer wat me bij het merk kon houden, en ben ik bekeerd tot de Alfa Romeo religie. Maar God wat waren die twee leuk.
KEV9 zegt
Koop maar https://www.autoscout24.nl/aanbod/citroen-bx-1-9-gti-a-benzine-wit-9266a093-dd72-458b-99ee-d9b86576a792?utm_source=web-native-share&utm_campaign=share
potver7 zegt
@willeme: het verhaal over de BX 4TC klopt niet helemaal. Ik kan me uit die tijd herinneren dat ze gewoon ergens een terrein vol van deze auto’s hadden staan, die uiteindelijk onverkocht bleven (wegens stoppen van Groep B) en dus gewoon vernietigd werden. Daar was indertijd best wat constenatie over.
Er zijn dus wel degelijk 200 stuks gebouwd, er zijn er alleen maar 62 van verkocht – die bovendien dusdanig veel kwaliteitsproblemen hadden dat Citroën die allemaal heeft proberen terug te kopen.
Zie ook een artikel op Autoblog over deze auto: https://www.autoblog.nl/nieuws/dit-is-de-gaafste-in-serie-gebouwde-citroen-ooit-86496
pitapita zegt
De CX GTI Turbo is al genoemd, maar vergeet ook de CX 25 TRD Turbo 2 niet. 120pk uit een Diesel. 40 jaar geleden.
audirs3 zegt
Leuk artikel. Mijn moeder reed vroeger een rode BX 4WD GTI, heel zeldzaam, maar paar honderd van gebouwd. Met een sperdifferentieel, en de hydropneumatische vering, wel handig om hoog op de pootjes te zetten en door een veldje vol dikke poedersneeuw mee te rijden :)
Rob zegt
Achjee, de Saxo VTS. Een maat van mij had er eentje, een gouden. Lag inderdaad als een blok op de weg. Leuk wagentje. Zie nu nog maar eens een net exemplaar te vinden. Ze zijn massaal uitgeleefd en afgetrapt. En het is niet zo’n icoon als de 205gti of recentelijker de 106 rally, dus men doet er ook niet echt de moeite voor om ze op te knappen.
Overigens ook helemaal geen schande dat ze massaal naar de schroot geholpen zijn; dat is immers het doel van dit soort karretjes. En eigenlijk ben ik wel blij dat de Saxo niet zo’n heldenstatus heeft. Want ik zie nu dat er 205jes GTI te koop staan voor 15, 20 duizend euro of zelfs meer…. Daar is niks leuks meer aan.
mustang750supersnake zegt
jammer dat het merk zo hun reputatie vergooid heeft met ‘strakke’ auto’s …die vering was samen met unieke styling hét mooie aan een citroen…en juist dát hebben ze weggegooid….😢
JelmerS zegt
Tsjonge jonge wat is die Visa hondslelijk, toch heb ik ergens wel een zwak voor. Maar als dan een knappe SM voorbij komt.. wat is dat toch een prachtige wagen.
Het blijft nu binnen Stellantis een behoorlijke uitdaging om met de som der delen van het algemene platform tot iets unieks te komen. Idem voor het ooit vooruitstrevende Lancia..
hogelandman zegt
Als zowel de AX GTi als de CX GTi mist, heeft de schrijver van dienst gefaald.
dennis_timmer zegt
De BX sport had geen 1.6 maar een 1.9 motor met dubbele carburateurs en 126pk. Dan was er de Bx GT nog die er een stapje onder stond met 105pk maar door het lage gewicht wel 190kmh snel waren.
De Cx GTI Turbo 2 wordt vergeten in dit lijstje. Niet super sportief maar zeker voor die tijd bovengemiddeld snel met 170pk.
De Ax GT(I) en Sport vergeten…. Schande! Zeer vermakelijke auto’s!
De XM V6 24 was met z’n 200pk en best nerveuze V6 ook echt wel sportief te rijden.
De Xantia Activa was ook vrij sportief te rijden.
GielMK1 zegt
Willeme,
Het lijkt erop alsof je de koning van de elandtest vergeet.
De Citroën Xantia Activa V6 heeft nog steeds het record van de hoogste snelheid door de elandtest van het Zweedse blad Teknikens Värld.
Citroën Xantia Activa V6 doet het met 85km/h dankzij z’n hydractieve vering en actieve stabilisator ‘stangen’
(3 km sneller dan de nummer 2 van de lijst, de Porsche 997 GT3 RS met 82 km/h)
mc96 zegt
Hartstikke leuk zo’n artikel over snelle Citroëns. Echt weer een kadootje in het weekend. Bedankt Willeme! In die tijd had ik net mij rijbewijs gehaald en mocht ik er af en toe mee rijden. Ik heb er nog mooie herinneringen aan. 126 pk op 1000 kg ging in die tijd best voorruit! De motor in de BX Sport was nog een echt klassiek getunde motor. Dubbene carburateurs er op, een nokkenas met een scherper profiel en andere kleppen en zuigers. Als je het gas los liet, hoorde je de onverbrande benzine in de uitlaat ploffen. De Sport werd door Danielson in een hal naast de Citroën fabriek gemaakt (op basis van de Citroën BX GT). Fun fact: De BX 16v is in Nederland zelfs nog ingezet in tourwagen races ( prive project van medewerker Citroen NL).
zjos zegt
Krijg spontaan weer heimwee naar mijn oude BX 19 GTI 16V. Lang geleden menig rondje mee op de Nürburgring mee gereden. Was voor die tijd een geweldige (onderschatte) auto.
sabrerator zegt
Goeie ouwe tijd…
De jonge Sabrerator is na zijn MTS Autotechniek in Apeldoorn bij de Apeldoornse Citroëndealer gaan werken als verkoper. De nieuwe BX’en nog van de trailer zien komen, introductie van de Xantia nog meegemaakt.
We hadden ook een ZX Volcane 1.9, die kregen alle dealers verplicht in de mik geschoven. De onze was de ZX-45-DG, alle eerste demo-ZX’en hadden een kenteken wat met ZX begon. Geregeld met de RDW door Citroën Nederland.
Die Volcane was heerlijk. En ik was jong, 21, 22 zoiets. Er heeft nog wel eens een rubberspoor rond een rotonde gelegen. En de 200 haalde die ook wel.
Dashboard vol metertjes, stoelen waarbij je zelfs de zijkanten in de breedte kon verstellen en jezelf lekker klem kon zetten en een wat “los” kontje. Feest!
Stond er laatst een te koop, ook een eerste demo. Erg verleidelijk. Helaas is de oprit vol.
hogelandman zegt
Weer een, kritische, reactie van mij verwijderd. Kinderachtig en tekenend. Maar jullie je zin hoor. Van mij geen reacties meer.
1000bochten zegt
Leuke lijst! Ik heb nog steeds een Saxo VTS 16V voor op het circuit. Uiterst vermakelijke auto’s! Heb er meerdere gehad en kan ze echt aanraden. BX Sport heb ik ook gehad. Was overigens een 1.9 en geen 1.6. Verder een ZX 16V gehad. Ook leuk. Die snelle Citroëns zijn vrijwel zonder uitzondering leuke auto’s!
randy zegt
Wederom een prachtig stukje leesvoer!
En helemaal mijn ding, vlotte Franse baguettes.
Als ex eigenaar van een Citroën Zx 2.0 16V, Xsara VTS (hdi) en een opgevoerde Saxo VTS 1.6 16v Biton kan ik hier lekker over meepraten.
Jammer de de zx 16v niet echt aan bod kwam. Het variabele inlaatspruitstuk van deze auto was e ht een kunststukje.
Hoort de DS4 thp200 hier ook niet in het lijstje? Ook al zo’n onderschatte auto.
timt zegt
De Xantia V6 Activa had ook wel in het lijstje kunnen staan. Ik heb er 1 gehad en ondanks de zware motor, zware auto en “slechts 200pk” waren er toch weinig mensen die me bij hielden dankzij dat absurd goede onderstel.
chrisc zegt
Ik wou net zeggen! Geniale auto, het was mijn eerste auto en heb er aardig wat mee beleefd haha