Een Rolls-Royce Phantom opnemen in je vloot is nu voordeliger dan ooit. Feitelijk krijg je er een paar duizend Ekkermannen aan waarde gratis bij als je dit exemplaar koopt.
De Rolls-Royce Phantom van de zevende generatie was een letterlijk en figuurlijk enorme mijlpaal voor BMW Rolls-Royce. Het was namelijk het einde van een roerige tijd voor het merk, waarbij Duitsers vochten om de familiejuwelen van de Britse auto industrie. Eigenlijk wilde VAG Rolls-Royce én Bentley in handen krijgen. Maar BMW speelde het spel slim en eindigde uiteindelijk met de rechten voor het merk Rolls-Royce in de Beierse klauwen. Dat wil zeggen, de auto-tak. Want Rolls-Royce PLC, de maker van motoren voor vliegtuigen en boten en dergelijke, hoort niet bij BMW.
Een tijdje bood BMW de Rolls-Royce Silver Seraph aan en Bentley de Arnage. In feite dezelfde auto, met andere accenten. Zo had de Silver Seraph BMW’s M73 V12 onder de kap en de Arnage aanvankelijk BMW’s N62 V8. Bentley’s waren op dat moment al lange tijd omgekatte Rollers geweest. Het was dus belangrijk voor VAG en Bentley om een eigen identiteit neer te zetten. Maar hetzelfde gold eigenlijk voor BMW en Rolls-Royce.
Er was geen betere auto om het merk weer ‘neer te zetten’ dan met een nieuwe Phantom. Er waren al zes generaties eerdere Phantoms geweest. Allemaal gigantische, statige auto’s die symbool stonden voor de Britse aristocratie. De laatste Phantom stamde echter uit 1968, was toen al niet heel modern meer en ging -veel te laat- in 1990 met pensioen. Dat was dus al een tijd geleden in 2003, toen BMW de Silver Seraph naar de eeuwige jachtvelden stuurde.
De nieuwe Phantom was een unit. Groot, breed, hoog, echt iets anders dan al het andere op de markt. Precies wat de Phantom altijd al moest zijn. Onder de kap huisde uiteraard weer BMW techniek. Wel met een Brits sausje: de atmosferische V12 had een inhoud van 6,75 liter. Historisch verantwoord voor het merk.
Binnen lijkt het alsof een stel bomen gevochten heeft met een stel losgeslagen stieren: een explosie van leder en hout spat je tegemoet. BMW verstopte vakkundig de iDrive moderniteit. Als je het niet gebruikt word je dus ook niet afgeleid door een bourgeoise scherm. Jeremy Clarkson verwoordde het mooi. Rolls-Royce verkondigt altijd de beste auto ter wereld te maken, aldus de krullenbol. Maar voor het eerst sinds lange tijd, was het nu ook weer echt de waarheid.
Uiteraard is het echter niet bepaald goedkoop om zo’n Phantom rijdend te houden. Uurtjes in de werkplaats zijn duur, net als onderdelen. Helaas is dat toch een praktijk die de fabrikanten er nogal eens op nahouden bij preeeeeeemijum producten. Ze weten dat de klanten een dikgevulde portemonnee hebben en dat zij de enige zijn die onderdelen aanbieden. Zo betaal je voor een zekering van een airbag-module van 20 Euro, misschien wel 2.000 Euro.
Het is ook een van de redenen dat dit soort auto’s vaker wel dan niet, enorm afschrijven. Voor de eerste eigenaar met een oliebron in de achtertuin, zijn de kosten nog wel te doen. Voor de tweede en zeker derde eigenaar, wordt het vaak pijnlijker. Bovendien kan je waarschijnlijk ook geen chauffeur in dienst nemen. En ja, is het dan ‘leuk genoeg’ om er volledig op leeg te lopen? Niet veel mensen vinden dat, dus is de vraag beperkt en zijn de prijzen (relatief) laag.
Zo kan je deze Phantom nu kopen voor 70.000 Dollar. Qua spec is er niks mis mee. Zilver, licht leder, goed hout, prima. Hij heeft er 86.000 mijl opzitten dus dat is niet weinig maar zo’n bonkige V12 moet nog wel even door kunnen. Meest opvallende is echter de onderhoudsrekening van vorig jaar. Er is namelijk bijna 79.000 Dollar afgetikt. Waarvan ruim 42.000 (ex VAT) voor uurloon. Lekker man.
Puur aan kosten van onderhoud is deze auto dus meer waard dan de vraagprijs vandaag de dag. Zo werkt het natuurlijk niet, maar goed. Koop dan?
pomoek zegt
Voor een handige harry is dit misschien nog wel te betalen. en als die handige harry thuis een garage heeft met een brug.
Het interieur doet wel enorm gedateerd aan inmiddels. De spleten tussen de panelen zijn flink te noemen. En het houten paneel van het dashboardkastje is 5mm lager uitgelijnd dan het middenconsole. Waarschijnlijk omdat het naar beneden moet scharnieren en er dus wat extra ruimte daarboven vrij moest worden gehouden. Dat zou me normaal niet storen. In een 240 is 5mm zo’n beetje minimaal. Maar als het me 70k zou hebben gekost zou ik me er kapot aan ergeren. Net als het tafeltje van de passagier links achter dat niet meer helemaal naar boven klapt.
en dan zo’n toolkit die niet helemaal compleet is…ik hou op.
gdjnl zegt
Helemaal eens. Daarnaast: dit type schrijft de komende jaren nog wel eventjes verder af denk ik.
Bert zegt
Economisch totaal verlies.
Otua zegt
$288 per uur aan arbeid… Dat slaat echt helemaal nergens op, voor een derde daarvan kun je vrijwel elke universitair opgeleide professional aan het werk zetten
William zegt
In Nederland associeer ik zo’n auto vooral met toeterende bruiloft optochten van criminelen, maar in sommige rijke plekken op de wereld is het toch wel een leuk ding.
RR gaat over aan aantal jaren volledig elektrische dus wie weet schrijft hij niet verder af.