Naar aanleiding van de onthulling van de McLaren W1 blikken we terug op rijden met de Senna.
In McLarens persbericht over de splinternieuwe W1 komt het woord circuit maar liefst 52 keer voor. Bovendien zegt McLaren dat de nieuwe hypercar maar liefst drie seconden sneller is dan de vorige hypercar met circuitaspiraties, de Senna. En dat roept de vraag op: hoe rijdt zo’n Senna eigenlijk op het circuit?
Het aantal Nederlanders dat aanwezig was bij de persintroductie van de McLaren Senna was vrij beperkt: ik was de enige. Voor de W1 noemt McLaren Nardo als referentiecircuit, maar met de Senna waren we op een ander circuit. Niet zonder reden, want we waren op het Autódromo Fernana Pires da Silva, beter bekend als Estoril — het circuit waar Ayrton Senna in 1985 voor het eerst een F1-race op zijn naam schreef.
De persconferentie in het hotel blijkt vooral een veiligheidsbriefing. ‘Je hoeft geen ronderecords neer te zetten, je hoeft niet sneller te zijn dan je collega’s, je hoeft niet te bewijzen dat je net zo snel bent als Senna’: het geijkte riedeltje. Wat anders is, is dat de toenmalige CEO van McLaren, Mike Flewitt, nog tijdens deze briefing in mijn oor fluistert: ‘Alles goed en wel, maar als je bocht 5 niet volgas neemt, zorg ik er eigenhandig voor dat je nooit meer wordt uitgenodigd.’
Ter voorbereiding kijken we uiteraard video’s van de meester zelf. Sinds hij hier reed, is het circuit relatief weinig veranderd. Waar Zandvoort compleet anders is dan in de jaren tachtig, zijn hier maar een paar kleine wijzigingen doorgevoerd. Toen waren er twaalf bochten, nu dertien. De lengte was toen 4.360 meter, nu 4.182. Hoe het niet moet, zien we trouwens ook in zo’n filmpje: in 1989 probeerde de al gediskwalificeerde Nigel Mansell Senna in te halen, maar raakte hem daarbij op het rechterachterwiel, waarna beide auto’s uit de bocht vlogen — een berucht incident in de Formule 1.
Meest compromisloze McLaren
Na de video’s kunnen we ons ook live voorbereiden. We krijgen maar een beperkt aantal rondes met de Senna, dus we kunnen eerst aan het circuit wennen met de 720S. Slechts een jaar eerder was dat nog het beste en nieuwste dat het merk te bieden had en hij schopte het in 2017 bovendien tot Evo Car of the Year. McLaren-testrijder Gareth Howell vertelde me direct dat er een verschil van dag en nacht bestaat tussen de 720S en de Senna. ‘De opdracht was om een auto te ontwikkelen die zo goed mogelijk is voor het circuit, maar die wel op de openbare weg mag rijden. In zekere zin heb je het dan makkelijker dan bij een auto als de 720S, want daar zoek je naar het best mogelijke compromis. Dat is een auto die zowel op de weg als op het circuit moet excelleren. Datzelfde geldt voor de Speedtail, die we deels gelijktijdig met de Senna ontwikkelden. Die auto moest een hypercar worden op het niveau van de Senna, maar waar de Senna vooral op het circuit gericht is, is de Speedtail voornamelijk op de openbare weg gefocust. Maar waar iedereen het accepteert als de Senna niet de ideale auto voor de straat is, zullen we afgefakkeld worden als de Speedtail op het circuit niets klaarmaakt. Dat maakt de Senna de meest compromisloze McLaren tot nu toe.’
Lichtste McLaren
Het bijzondere aan de Senna is dat hij slechts 1.198 kilogram weegt, wat hem op dat moment de op een na lichtste McLaren ooit maakte: alleen de F1 was lichter. Inmiddels heeft McLaren een auto gemaakt die lichter is dan de Senna, want de Elva duikt er nog vijftig kilo onder — maar die hoeft dan ook geen voorruit en dak mee te slepen. Met 1.148 kilogram is de Elva overigens nog steeds acht kilo zwaarder dan de F1.
In vergelijking met de zwaardere 720S heeft de Senna nog eens 80 pk extra, waarmee het totaal op een gezonde 800 pk komt. Daarmee kom je goed vooruit, maar wat me vooral bijgebleven is van die middag met de Senna is de ongelooflijke remkracht. De Senna bereikt een downforce tot wel 800 kilogram, waardoor je met een ongelooflijke snelheid door bochten kunt, maar dus ook remt op een manier die onvergelijkbaar is met al het andere waarin ik tot nu toe heb gereden. De Senna kan in 200 meter afremmen van 300 kilometer per uur tot stilstand.
Concreet betekent het dat ik op Estoril met de Senna flink sneller het rechte stuk op kom dan ik een uurtje eerder met de 720S deed. De Parabolica, de laatste bocht voor het rechte stuk, kan ik immers een stuk sneller nemen. Bovendien hoef ik met de Senna pas veel later te remmen. Op het rechte stuk zie ik nét geen 300 kilometer per uur op de teller verschijnen — misschien wel omdat ik volledig op de bocht ben gefocust. Uiteraard rem ik de eerste ronde veel te vroeg, waardoor ik ergerniswekkend langzaam op de bocht af sukkel, die ik ook nog eens veel langzamer neem dan mogelijk is. De volgende ronden probeer ik later en later te remmen, maar het vraagt ballen van staal om gas te blijven geven geven terwijl je voor je gevoel je arm maar hoeft uit te strekken om de bocht aan te kunnen raken.
Volgas
De ronden die volgen, laat ik de bocht na het rechte stuk voor wat hij is en concentreer ik me op bocht 5, die ik minstens één keer volgas wil nemen. Net als de 720S heeft hij een fantastisch stuurgevoel, omdat McLaren zo’n beetje als laatste merk in de industrie nog vasthoudt aan hydraulische stuurbekrachtiging, omdat die nou eenmaal prettiger aanvoelt dan een elektronisch systeem. Met de 720S remde ik nog voor bocht 5, maar inmiddels ken ik het circuit beter én de Senna voelt veel stabieler aan. En kijk, na een paar rondjes lukt het eigenlijk vrij eenvoudig om bocht 5 volgas te nemen. De man die me vertelde dat ik die bocht volgas moest nemen, Mike Flewitt, werkt inmiddels niet meer bij McLaren, maar ik reken erop dat dit ervoor zorgt dat ze me voor eeuwig uit blijven nodigen.
De W1 heeft een belangrijke overeenkomst met de Senna: je wordt niet direct getroffen door zijn natuurlijke schoonheid. Op veel andere vlakken overtreft de W1 de Senna echter. De W1 overtreft de 800 kilogram downforce van de Senna bijvoorbeeld ruimschoots, want hij is zelfs in staat om 1.000 kilogram neerwaartse druk te genereren. Ook de 800 pk van de Senna wordt ruimschoots overtroffen, want de 928 pk sterke V8 en de 347 pk sterke elektromotor zorgen voor een systeemvermogen van 1.275 pk. Helaas overtreft hij ook het gewicht, want de W1 heeft een drooggewicht van 1.399 kilogram. Toch ben ik er razend benieuwd naar en dat heeft maar één reden: mijn rit met de McLaren Senna. Ook ruim zes jaar na zijn introductie is het nog steeds de meest indrukwekkende auto waar ik ooit mee reed.
TomM zegt
Mooi stuk over een indrukwekkende auto!
ouwedibbes83 zegt
Dank Perry voor het delen van deze bijzondere ervaring, interessant om ook eens de vergelijking met zijn reguliere broertje te lezen.
singer zegt
Off topic maar weet iemand waar WillemE naar toe is gegaan? Heb ik een artikel gemist waarom hij niks meer op autoblog plaatst? Of is hij enkel met vakantie?
On topic: machtig apparaat en het design heeft mij altijd wel aangesproken omdat het echt form follows function is
alino zegt
https://www.autoblog.nl/nieuws/autoblog-garage-eindverslag-bmw-en-mini-6920237
Heeft afscheid genomen van Autoblog
singer zegt
Dat is jammer, dank voor de link!
ferrari94tr zegt
Hij schrijft nu voor Top Gear.
harrie zegt
Welnee dat ding zit alsnog vol met gestylde elementjes, hier zitten ook gewoon duizende esthetische design uren in.
McLaren roept heel hard ‘form follows function’ omdat ze hem zelf blijbaar zelf ook niet geslaagd vinden.
Op LeMans rijden Hypercars, LMP2 en LMGT wagens rond die én functioneler én fraaier zijn.