Luxe Opels dekt de lading uitstekend voor deze speciale Bitters. Maar sommige Bitters zijn exoten. We nemen de gaafste met je door!
Van het weekend hadden we het er eventjes over: de Duitse premium auto’s raken uit de gratie. Niet op het gebied van verkoopcijfers, maar klanttevredenheid. Bij Duitse premiummerken denken we al snel aan Audi, BMW en Mercedes. Maar er waren er meer. Zo bracht Ford Europa Duitse Fords onder de naam Merkur aan de man. Daarbij waren er ook luxe Opels van Bitter. Zeker aan het begin was Bitter een fabrikant van exotische auto’s. Later werden ze minder exotisch, maar wel zeldzamer.
Mocht je Bitter niet kennen, dan is dat niet vreemd. Bitter is het geesteskind van Erich Bitter. Hij richte in 1971 het bedrijf Erich Bitter Automobil GmbH op. Zijn idee was even briljant als eenvoudig: maak premium auto’s met Opel (en GM-) techniek. Denk aan chique koetswerken, met Duitse afwerking en GM-techniek. Dat klinkt als een perfect huwelijk nietwaar? We nemen 12 luxe Opels, eh, Bitters met je door op deze schitterende maandagavond!
Bitter CD
1973
De eerste was misschien wel de mooiste. De Bitter CD kwam in 1973 op de markt. De auto had bijna Italiaanse lijnen. Die waren afkomstig van Charles M. Jordan, destijds de designgoeroe van Opel. Ook Erhard Schnell (de man achter de Opel GT) mocht meehelpen. Hij deed de achterzijde. Destijds was het zijn idee om de Opel GT te voorzien van een glazen achterklep.
Dat mocht destijds niet (de Opel GT moest ook betaalbaar blijven), maar bij de Bitter CD kon hij zijn geluk niet op. De techniek kwam van GM, in dit geval de Opel Diplomat. In het vooronder ligt een V8 met een inhoud van 5.3 liter. Er zijn er uiteindelijk 395 stuks van gebouwd bij Baur (je weet wel, van de BMW cabrio’s). Bitter was een groter succes dan die 395 exemplaren suggereren. Sowieso: bijna vierhonderd stuks van een onbekend merk verkopen is geen sinecure. Ook in Nederland kom je ze weleens tegen.
Bitter Blazer
1976
Deze auto was nogal zijn tijd vooruit. In Europa waren er namelijk nog niet veel luxe terreinwagens op de markt. De G-klasse moest nog worden geïntroduceerd en de Range Rover was bijzonder prijzig. Het idee van Bitter was om de Blazer om te bouwen te Bitter en zo als luxe SUV te verkopen, nog voordat het type auto echt populair werd.
In basis was de auto natuurlijk gewoon een Chevrolet Blazer. Dus een vrij rudimentaire auto met chroom, zeer fraai leer en houtinleg. In technisch opzicht was het een minder handig idee: de 6.5 liter V8 was bijzonder dorstig en met 175 pk niet eens zo heel erg sterk, dankzij de drietraps-automaat duurde het ook nog eens voordat je op de 100 km/u zat. Daarom zou het bij 1 exemplaar blijven.
Bitter SC
1979
Aanvankelijk was de Bitter CD niet het succes dat men had gehoopt. Dat komt mede door de oliecrisis die in 1973 zorgde dat de auto een valse start maakte. Alle orders die daarvoor waren ontvangen, werden ingetrokken. De Bitter SC die in 1979 het levenslicht zag, was bij de introductie populairder. Weer was de basis een Opel, in dit geval de Senator. De auto was overduidelijk geïnspireerd op de Ferrari 400-serie. Nu is dat geen schande, dat is net zoiets als zeuren dat je vriendin te veel lijkt op Keira Knightley. Ofzo. Qua motoren was er keuze uit een 3.0 zes-in-lijn (die maakte Opel nog destijds) of een uitgeboorde, door Mantzel opgevoerde 3.9 zescilinder.
Je kon zelfs kiezen uit een versie met vierwielaandrijving! Men nam Bitter dermate serieus dat men erover na ging denken om het merk als luxe Opel te gaan voeren, ook in de VS. Zo kon Bitter het opnemen tegen de gevestigde orde als Mercedes-Benz en BMW aldaar. Dat lukte niet helemaal, maar de Bitter SC was bloedmooi en verrassend betaalbaar in onderhoud! Verreweg de meeste exemplaren zijn een coupé (461), maar er zijn ook 22 cabrio’s gebouwd en zelfs 5 sedans.
Bitter Rallye GT
1984
En weer was Erich Bitter een visionair. In de jaren ’80 was er een ernstig gebrek aan leuke en betaalbare sportwagens. Alleen de ernstig verouderde Alfa Romeo Spider stond nog in de showrooms, maar alle leuke Britse sportwagens waren al (lang) uit productie. In samenwerking met Eberhard Schulz van Isdera (ja, die van de Mercedes sportwagens) werd de Bitter Rallye GT ontwikkeld.
Bitter kon ook wel een succesje gebruiken. Helaas wisten de heren niet hoe ze de auto voordelig konden produceren. De Bitter was prijziger dan de Opel Manta waar hij op was gebaseerd, bijna op Porsche 924-niveau. Toen bleek dat Opel de Manta uit productie ging nemen en vervangen door een voorwielaangedreven Calibra, stopte men met het plan. Er is één exemplaar gebouwd, voorzien van een 2.0 viercilinder met zo’n 110 pk.
Bitter Type 3
1991
Opel ging meer en meer naar voorwielaangedreven modellen. Omdat Bitter voornamelijk premium auto’s wilde bouwen, moesten ze het hogerop zoeken. De Manta-opvolger zou voorwielaandrijving krijgen, maar de net geïntroduceerde luxe Opel Omega had nog origineel achterwielaandrijving. Op basis van dat platform maakt Bitter gebruik om de Type 3 te ontwikkelen. Het idee was om er net als de SD een familie van auto’s te maken: cabrio, coupé en sedan.
Het Omega-dashboard zou bekleed worden met leer en hout om de Opel-genen minder zichtbaar te maken. In technisch opzicht veel Omega zescilinders: een 3.0, 3.9 Mantzel en een 4.0 Irmscher. Uiteindelijk kwam het project niet van de grond, ondanks serieuze interesse van Isuzu. In 1991 toonde men een gefacelifte versie. Deze had niet echt een Mondial-esque neus, maar meer een 348-esque voorzijde. Het was duidelijk waar Bitter de inspiratie vandaan haalde.
Bitter Tasco
1991
Ach ja, als het niet lukt met relatief betaalbare auto’s, waarom geen supercars? Dat leek een beetje de gedachte achter de Bitter Tasco. Op zich was het niet zo heel erg vreemd. Om de Bitter Type 3 in productie te kunnen nemen, had Bitter een partner nodig. Die hadden ze gevonden in het Japanse FEDCO. Dat bedrijf was weer bezig met Spice Engineering, dat op zijn beurt weer samenwerkte met MGA Developments, een coachbuilder uit Engeland. Het was een typisch prototype, maar het idee was om een supercar voor elke dag te ontwikkelen. Eentje die normaal rijdbaar was en voorzien van alle mogelijke luxe. De motor was de achtliter tiencilinder uit de Viper. Het zou bij één concept blijven.
Bitter Berlina
1996
Het idee om een grote sedan te maken heeft Bitter nooit losgelaten. Op basis van de Type 3 moest er een limousine komen, de Berlina. Die is daadwerkelijk gebouwd, maar werd nooit in productie genomen. Het Type 3-project sneuvelde al goed en wel voor men kon starten. De Bitter Berlina was gebaseerd op de Opel Omega, maar dan met een flink verlengde wielbasis. In feite was het gewoon een doorontwikkeling van het idee van de Type 3 Limousine. De motor was een vierentwintig-kleps V6 turbo met 250 pk. Ook nu waren er allerlei hordes die genomen moesten worden om de auto in productie te krijgen. Iets dat uiteindelijk niet lukte. Bitter probeerde zelfs het bedrijf op de beurs (NYSE) te krijgen, wat jammerlijk faalde.
Bitter CD-II
2002
Met de CD-II ging Erich Bitter weer terug naar de basis. De eerste Bitter (de CD dus) was een grote coupé met V8, fraai koetswerk en luxe interieur. De CD-II is een grote, luxe coupé met een enorme V8 (5.7 liter) en weldadig interieur. Aan dat laatste moesten ze nog flink sleutelen, want het plastiekerige dashboard van de Monaro was niet bijzonder hoogwaardig. De eerste prototypes waren voorzien van van de 345 pk sterke motor (uit de Corvette C5), maar later kwam er zelfs een 6.0-motor.
Waarom kom je die nooit tegen? Simpel: ook hier was het erg lastig om de grote luxe Opel in productie te brengen. Er waren allerlei constructies bedacht om het project te financieren. Het idee was simpel, importeer een Holden Monaro, zet het stuur naar links, bekleed het meubelair met fraai leder en herzie de techniek een beetje. Helaas kon men niet voldoende geld binnenhalen. Later probeerde men het nog een keer, toen bleek dat de Pontiac GTO het stuur al aan de goede kant had zitten. Nog voordat alles goed en wel geregeld kon worden, werd het einde van de productie aangekondigd. De auto kon wel gehomologeerd worden, maar de auto zou niet gebouwd worden.
Bitter Vero
2007
Maar de toon was dus gezet: gebruik een auto uit Australië. Daar werden nog de ‘ouderwetse’ luxe Opels gebouwd. Grote slagschepen met enorme achtcilinders. Een perfecte basis om iets fraais van te maken. Sowieso wilde Erich Bitter altijd nog een grote luxe sedan bouwen. Zijn droom leek dan nu toch echt uit te komen met de Bitter Vero. In principe is het een Holden Caprice/Statesman, wat op zijn beurt weer een luxe en grotere Commodore is. De Bitter Vero werd echter geïntroduceerd met een V8 met meer dan 360 pk.
In 2008 kwam er een Vero Sport bij. Normaliter zou je denken dat een ‘sport’-uitvoering een iets sportievere versie is en dat klopt ook deels. De Vero Sport was sportiever, maar ook daadwerkelijk kleiner. In principe was het gewoon een Pontiac G8 GXP, maar dan omgebouwd door Bitter. Standaard had de motor meer dan 400 pk. Deze kon in samenwerking met Tom Walkinshaw Racing voorzien worden van een supercharger. Het resultaat was 550 pk (automaat) of 600 pk (handbak). Helaas duurde ook dit feestje ook niet heel erg lang. Het hele merk Pontiac stopte met bestaan, dus ook de plannen voor de Vero Sport.
Bitter Insignia
2010
Na 10 exemplaren van de Vero zette Bitter er een punt achter. Althans, dat zou je denken. Het ging vaker niet goed dan wel goed. Aan de andere kant, het is nooit saai geweest op het hoofdkantoor. Gelukkig had Bitter een goede relatie met Opel in Duitsland. Deze goede relatie kreeg vorm met een nieuwe label: ‘by Bitter’. Zie het een beetje als wat Daimler gedaan heeft met Maybach.
Dat wist als merk net niet te overleven, maar is ijzersterk als Label. Zo kon je vanaf 2010 een Bitter Insignia kopen. Er zijn 18 stuks omgebouwd. Het ging verder dan alleen een ander logo in de neus. Sterker nog, de neus was compleet afwijkend. Op het kenteken bleven het ditmaal Opels, vandaar dat gekozen werd voor ‘Opel by Bitter’.
By Bitter
2012
Dat label paste nog goed op de Insignia, een zeer dikke auto voor die periode. Het label werd nog een tijdje toegepast op de Opel Adam By Bitter in 2014. Twee jaar later volgde de Opel Mokka By Bitter en in 2018 zag de Opel Cascada by Bitter het levenslicht. Niet veel later werd het label omgezet. In plaats van By Bitter, werd het Bitter Edition.
Bitter edition
De toko wordt nu geleid door Markus Bitter, de neef van Erich Bitter. Van de tweede generatie Opel Insignia is ook een Bitter Edition leverbaar. Er is zelfs een Opel Insignia Gran Sport GSI Bitter Edition met 260 pk en vierwielaandrijving. Daarnaast zijn ook de eerste PSA-Opels (Corsa en Grandland) als Bitter Edition leverbaar. Tot op de dag vandaag kun je nog altijd bij Bitter terecht voor luxe Opels. Check hier de Bitter website!
Roskampies zegt
Ik ken Bitter idd vond het mooi als niche merk. Nooit 1 in het echt gezien.
royaledeluxe zegt
Juist voor Corona een Bitter CD gezien op een oldtimer rally. Wat een prachtige wagen toch. De andere bitters zijn toch nooit zo elegant meer geweest qua design.
Redrum zegt
Zitten wel pareltjes tussen!
Dutchdriftking zegt
Kan nu onder de nieuwe groep Opel/PSA/Fiat wel een mooi label worden naast DS toch?
SpiderIV zegt
Fijn zo’n artikel over toch wat vergeten automobielen! Dank!
galverink zegt
“Zo bracht Ford Europa Duitse Fords onder de naam Merkur aan de man.” Moet denk ik zijn: Ford USA.
vaakbenjetebang zegt
@galverink: Inderdaad, volgens mij probeerde Ford in de USA op die manier Sierra’s en Corpsio’s als ‘premium imports’ in de markt te zetten. Alhier nooit geleverd, tenzij ik me ernstig vergis.
willeme zegt
@galverink: Het gaat om Europese Fords die als premium auto’s (Merkur) verkocht werden in de VS. Dat waren Ford Europa producten die ook daadwerkelijk in Europa werden gebouwd.
sjanbob123 zegt
Ik wist bitter weinig van dit merk. Mooi artikel!
“Bitte ein Bit” zag je vroeger vaak achter op Duitse auto’s staan. Nu begrijp ik pas waarop dat slaat.
Instyle zegt
@sjanbob123: bijna, ‘Bitte ein Bit’ is van Bittburger bier🍺🍻
alassad zegt
@sjanbob123: is dat niet voor een biermerk? Stonden inderdaad vroeger vaak op Duitse autos
pindakoning zegt
@sjanbob123: das waar ja, die stickers zag ik best vaak. Nu zie ik dat eigenlijk nooit meer.. mijn Duitse leraar had destijds ook zo’n sticker haha
Xepcoh zegt
Met name in de Eiffel, nabij de stad Bitburg (vestigingsplaats Bitburger brouwerij) zie je nog veel auto’s met sie sticker.
remarkable zegt
De Bitter CD-II is toch gewoon een kopie van de Fiat Coupé?
T5Power zegt
-edit: dank u, is inmiddels gefixt!-
Verder een leuk artikel.
bouwt zegt
Tot de jaren ’80 waren een heel mooie, elegante wagens. Wat is Tasco een schaamteloze XJ220-kopie, zeg!
marcomanta zegt
Prachtige auto’s, vooral de eerste series. De velgen alleen al zijn een vermogen waard en staan mooi onder een Ascona of Manta 400.
jcjc zegt
Je ziet ze echt bitter weinig
z3cabby zegt
Hulde Willeme! Altijd weer fijn als je een spreekbeurt krijgt en je verhaal 100% goed, leuk, informatief en boeiend is. Top!
Robert zegt
Die Bitter Vero is wel een stoere bak, zeg. Ook nooit zo goed begrepen waarom GM die dingen niet onder de Opel vlag naar Europa heeft gehaald – er had in de basis toch ook een fraaie opvolger van de Omega/Senator in kunnen zitten.
Xepcoh zegt
De GM company regels verboden Opel grotere auto’ s( in ieder geval groter dan Vectra) nog langer te produceren. Dat deel van de markt was exclusief voor GM zustermerk Saab. Betekende het einde voor de Kapteins, Diplomats, Commodores en andere roemruchte Opel modellen. Jammer, mijn ouders hadden ooit een Diplomat en later een Commodore GSE, geweldig. Maar goed… Later verbood GM Opel ook nog eens de overstap naar Azië, was voorbestemd voor GM zuster Daewoo. Betekende in feite exit Opel. Ofwel hoe breng je een succesvol merk om zeep.
schreute01 zegt
Gaaf artikel. Ben altijd een fan van de CD geweest. Als surrogaat daarvoor hoopte ik ooit een SC te kopen bij een bekende handelaar in Soesterberg. Helaas was de kofferbak veranderd in een zwembad en het interieur totaal versleten.
schreute01 zegt
Er is ook nog een interessante liefhebbers-site: bittercars.com
tjorque zegt
Ik vraag me echt af waar die man het geld blijft vandaan toveren om zulke projecten te financieren…
Ze falen quasi allemaal en moeten toch klauwen vol geld kosten?
degrotemuis zegt
Leuk artikel weer Willeme! Vooral de oudere Bitters zijn ook echt plaatjes om te zien. De CD heeft een beetje een Lamborghini Espada vibe van opzij, erg gaaf!
alper zegt
Ik krijg een bitter smaakje hiervan😬
rollingstoned zegt
Leuk artikel weer @willeme. Vooral de CD en SC zijn idd fraaie wagens.
meneerdemeneer zegt
Fijn artikel @willeme !
ericc zegt
In de jaren tachtig had de toenmalige baas van mijn vader een Bitter. Donker groen met crème interieur. Mooie wagen.
tmenges zegt
Op zich wel gave wagens maar als je een een luxemerk op wil richten op basis van een huis tuin en keuken automerk dan is dat toch eigenlijk gedoemd te mislukken? Daarbij klinkt de naam bitter gewoon niet lekker mijns inziens.
Xepcoh zegt
Mwah, ik zou de Opel Diplomat V8 niet echt een huis, tuin en keuken auto willen noemen. Zo waren er meer Opels met techniek uit het GM thuisland.
hartman zegt
In april 1988 stond er een artikel over een Bitter Omega met 3,9 liter 6 in lijn en 210 pk in Auto, Motor & Sport.
jvthof zegt
Staat er sinds (eer)gister 1 op marktplaats toevallig!! Een SC uit 81
https://link.marktplaats.nl/m1736743007?utm_source=ios_social&utm_medium=social&utm_campaign=socialbuttons&utm_content=app_ios