2025 markeert dat auto’s uit het illustere jaar 2000 hun zilveren jubileum vieren.
Het zal je niet ontgaan zijn: we leven inmiddels in 2025. Het jaar waarin toch even het besef komt dat we al een kwart eeuw leven in het huidige millennium, 25 jaar na het bijzondere jaar 2000. En dat auto’s die rond die tijd hagelnieuw en futuristisch leken, nu ineens 25 jaar oud zijn. Een kwart eeuw.
Bijzondere auto’s die hun zilveren jubileum vieren
Auto’s van rond die tijd en hun bijzondere, vooruitstrevende en wel/niet toekomstbestendige designs, die hebben we recent al eens besproken. Het jaar 2000 was bijzonder, want zo’n nieuw millenniumwisseling maak je maar één keer mee (en dit is pas de tweede keer dat het überhaupt gebeurde sinds de Christelijke jaartelling). Auto’s waren daarom ook ietwat bijzonder, in ieder geval omdat het toch een beetje voelde als een kantelpunt. Dit keer pakken we niet ‘ongeveer’ 2000, dit zijn de auto’s die precies in 2000 ontstonden en daardoor in 2025 precies 25 jaar oud zijn. Met als thema: van alles en nog wat.
BMW Z8 (E52)
Het gebeurt niet bizar vaak dat BMW een nogal exotisch uitstapje maakt. In 2000 deed het merk dat met de Z8. Deze werd al voorgesteld als concept genaamd Z07, een combinatie tussen de nieuwe Z-letter van BMW (voor Zukunft: toekomst) en de 507, de roadster uit de jaren ’60 van BMW. Henrik Fisker tekende de Z07 om in 2000 als Z8 in productie te gaan. Aandrijving werd verzorgd door de S62B50 V8 uit de BMW M5 (E39). De combinatie van klassiek lijnenspel met een futuristische insteek (de achterlichten waren van neon, bijvoorbeeld) werkte goed, anno 2025 ziet het ding er nog steeds bijzonder uit. Het bijzondere design gaf de auto ook een rol in de James Bond-film The World is Not Enough. Vandaar het persmateriaal met Pierce Brosnan.
Ford Mondeo II
Ford nam in Y2K de tweede generatie van de Mondeo in productie. De eerste Mondeo volgde de Sierra op als grote middenklasser van het merk. Volgens de nieuwe New Edge-designtaal moest de tweede Mondeo ietsje moderner worden dan de eerste, en dat is gelukt. Beschikbaar als sedan en estate, optioneel voorzien van de 2.5 en 3.0 liter Duratec V6 (dat kon toen nog) en geroemd rijgedrag. Dat laatste maakte van de topversie, de ST220, een absoluut feestje. Het blijft jammer dat Ford de Mondeo nu in 2025 niet meer bouwt.
Hyundai Santa Fe (SM)
Iconisch is misschien een grote term voor de eerste Hyundai Santa Fe. ‘Trendsettend’ is een betere term. De Santa Fe was in de basis een bonkige terreinwagen en een capabele offroader, maar het leek een beetje op een budgetversie van auto’s als de Mercedes M-Klasse en BMW X5. Vandaar dat Hyundai begon met experimenteren met auto’s als de Santa Fe om ze iets meer… voor de straat te maken. Helemaal de kleine broer genaamd Tucson onderstreepte dat. Voor weinig geld een stoer ogende SUV die helemaal niet zo capabel hoeft te zijn? Een nieuwe trend was geboren. En kijk waar we nu zijn in 2025.
Lotus Exige Series I
De Lotus Elise is misschien wel de auto die de kernwaarden van Lotus beter dan ooit onderstreepte. En dat terwijl het ding pas uit de late jaren ’90 stamt. Uit de Elise vloeide de Exige voort. Recent kende je die als de verbrede Elise waar de Toyota V6 achterin ligt, vroegâh deelde die het gros van zijn techniek met de Elise. De in 2000 geïntroduceerde Exige Series I gebruikte net als de Elise de 1.8 liter Rover K-Series-motor. Lotus noemde dit blok voor de Exige de ‘VHPD’: Very High Performance Derivative. Ook al ging het om 180 pk, dat was voor een leeggewicht van 780 kg aardig high performance. De Exige was te herkennen aan een hertekende bodykit, vaste hardtop met luchthapper op het dak en een joekel van een spoiler.
Mercedes C-Klasse (W203)
Mercedes vierde recent al het 30-jarige bestaan van de W210 E-Klasse, een auto die het hele gamma ineens ouderwets liet voelen. Weg waren de hoekige iconische designs, die werden verruild voor rondere ontwerpen met die herkenbare dubbele ovalen koplampen. Vijf jaar later deed Mercedes hetzelfde met de C-Klasse (W202) omdat in 2000 de W203 ten tonele trad. Van buiten en van binnen een auto die een enorm veel moderner lijkt dan zijn voorganger, wat de W203 eigenlijk nog net ietsje beter doet dan de W210. De tweede C-Klasse was er als sedan, T-modell en ‘Sportcoupe’, hetzelfde idee als BMW’s 3 Serie Compact. Deze auto’s profiteerden ook van het nu bij Mercedes geïntegreerde AMG met initieel de C32 AMG met de 354 pk sterke 3.2 liter grote V6. Na de modelpflege werd dit de C55 AMG met de 5.4 liter V8 zonder compressor en 367 pk, waarvoor de C55 de neus van de CLK moest lenen. Alle drie de varianten, dus ook de Sportcoupe, waren er zelfs nog als 231 pk sterke C30 CDI AMG.
Morgan Aero 8 Series I
We kennen (of kenden) Morgan als dat ene merk dat hun traditionele manier van bouwen wel heel serieus neemt. Het merk vond het in 2000 tijd om om die klassieke insteek eens te combineren met een wat moderner, aerodynamisch design. Vandaar de toepasselijke naam ‘Aero’. Met de 8 die staat voor het gebruik van de BMW M62 V8. Waardoor we de Aero 8 vooral nog op het netvlies hebben staan: de lampen van een Volkswagen New Beetle werden gebruikt, maar door het bijzondere plaatwerk voorop moesten die ‘omgekeerd’ gebruikt worden. Als je koplampen als ogen ziet, kijkt de Aero 8 scheel.
Opel Agila (H00)
En dan had je nog de Opel Agila, het eerste project van Opel om iets onder de Corsa te hebben. Middels de Concept A werd al een voorproefje gegeven, want Opel wilde er een soort Japans lijkende kleine ‘MPV’ van maken.
Wat gezien de productieversie niet zo’n gekke gedachte is, want dankzij de banden die GM had met Suzuki kon de Agila in productievorm een rebadge van de Suzuki Wagon R+ worden. Wederom durven we het niet iconisch te noemen, maar het liet wel zien dat het A-segment ineens een hot item werd. En de geinige Japans/Duits/Amerikaanse kruisbestuiving was ook ietwat bijzonder voor Opel.
Spyker C8 Laviolette
2000 was ook nog eens het jaar dat een toen nog nieuw Nederlands merk op de proppen kwam met hun eerste en technisch gezien enige wapenfeit. De Spyker C8 Laviolette was de eerste supercar van ons bloedeigen Spyker, wat de wereld over ging als een bijzondere supercar met zeer uniek design. Zo waren alle aluminium exterieurdelen bijzonder voor het type auto en het interieur, met bijvoorbeeld het volledig zichtbare transmissiemechaniek en het bijzondere vierspaaks stuurwiel. Spyker zou de in 2000 gepresenteerde C8 pas in 2002 officieel uitleveren en na doodgeboren derivaten als de Aileron en Preliator (wat in de basis nog steeds dezelfde C8 was) ging het merk op de fles. Let wel dat ze anno 2005 al een extreem luxueuze SUV hadden bedacht om de verkoopcijfers op te krikken. En nu in 2025 is het merk helaas niet meer onder ons.
Subaru Impreza (GD)
Net als het tweede hoofdstuk Mondeo was 2000 ook het jaar voor het tweede hoofdstuk Subaru Impreza. Deze voor en door de rally geboren compacte sedan van Subaru was qua techniek zo leuk als het zou worden voor het Japanse merk, dankzij de boxermotoren met turbo en het zijn van een rallyauto voor de straat. Al waren reguliere niet-sportieve versies en zelfs een stationwagon ook te bestellen. Waar de Impreza altijd een beetje op controverse heeft kunnen rekenen is vanwege het design, de eerste iteratie van de tweede generatie (‘bugeye’ voor intimi) werd slecht ontvangen. Een facelift al zo vroeg als 2002 (‘blobeye’ voor intimi) moest dit verhelpen.
Volvo S60
Ten slotte een kleine revolutie voor Volvo die in 2025 precies 25 jaar geleden is. Het merk had het gamma al ietwat omgegooid met behulp van hun S- en V-benamingen. De facelift van de 850 werd daardoor de S70, om hem parallel te houden aan de V70. Toen dit tweetal aan vervanging toe was, werd de V70 nog ietwat traditioneel gehouden met zijn hoekige achterkant. In tegenstelling tot de S70-opvolger die nu S60 zou gaan heten. Net als de toen kersverse Volvo S80 in het hogere segment moest de S60 gedag zeggen tegen de hoekige Volvo-sedans en werd er met meer rondingen gewerkt. De aflopende daklijn die in een vloeiende lijn overgaat naar de achterkant, maar dan aan de zijkant sterk ‘afdruipt’ (wat je ook ziet in de vorm van de achterlichten) is briljant gevonden en maakt een S60 herkenbaar. Net als een V70 R kwam er een S60 R met de 300 pk sterke 2.5.
Andreivierfunf zegt
Die S60 is mijns inziens het begin van een trend in de automotive. Een sedan hoefde niet meer een klassieke three box te zijn maar mocht meer leunen op vormen van een coupe. 5 jaar later deed Volvo het nog een keer met de P3 S80, al is het minder “revolutionair” omdat de verhoudingen bij de grote broer toch anders zijn.
De S60 lijkt een eerste confectie-exercitie voor de sedancoupe. Al heeft de CLS uit die tijd natuurlijk een veel sneller aflopende daklijn.
Robert zegt
Volvo S60 is een Trendsetter? Kijk voor de aardigheid eens naar de daklijn, c-stijl en achterschermen van de Honda Accord van de vijfde generatie (1993-1998). Alsof de engineers van Volvo er een stukje carbonpapier overheen getrokken hebben. Alleen de totaal afwijkende vorm van de achterlichten doet dat goed camoufleren.
rrk147 zegt
Kijk dan voor de aardigheid eens naar de Volvo ECC uit 1992, das een vroege S80, al wel met de heupen enz. Daarna kwam de S80, en wat later deze S60
Wolflow zegt
Blijft jammer dat door het milieu geneuzel (ja, toen ook al) Impreza zo weinig is verkocht
Motomoto zegt
Een S60 D5 in bezit gehad. Wat een heerlijke reisauto was dat!
outlook zegt
Echt een feestje idd! Ik vind de Lotus nog altijd een actueel voorkomen hebben.
reactief zegt
Ik zou de Z8 en Exige graag aan mijn denkbeeldige garage toevoegen!
Fantastische auto’s.
marcus zegt
Goede herinneringen aan mijn oude lease Mondeo; Facelift model Ghia 2.0 TDCI hatchback. In het lease zilver uiteraard. Volgens mij op 15 of 16″ velgjes. Mooie reisauto…
bmw318i zegt
Doe mij de spyker en de Z8 maar.