Eens een keer geen dikke BMW, maar een heuse exoot op Marktplaats. Pik jij deze Maserati Kyalami op?
Net als heel Nederland worden wij autobloggers er altijd van beticht alleen maar van dik en Duits te houden. Stiekem is dat natuurlijk helemaal niet waar. Wij willen allemaal een Jaaaaaag, Maserati of Alfa Romeo rijden. Afhankelijk van voor welk tijdsgewricht je kiest, hebben die auto’s echter ook de nodige nadelen. Soms zijn ze bijvoorbeeld gewoon niet leverbaar, weggeroest, peperduur in onderhoud of een combinatie van alledrie.
Wat daarbij niet meehelpt is dat als je weinig auto’s verkoopt, je ook niet zoveel geld hebt om iets nieuws te ontwikkelen. Daarom is het ook zonde dat de Alfa Romeo Giulia veel te slecht verkoopt. De Italianen hebben daarmee eindelijk weer eens de knip getrokken en iets fabelachtigs gemaakt. Maar ja, de markt is er niet klaar voor en nu moeten we maar weer zien of er een opvolger komt.
Bij Maserati is het meestal niet anders geweest. De laatste Ghibli en Quattroporte zijn omgekatte Chryslers. Op zich nog best knap omgekat, maar toch. Daarbij illustreert M539 op jijbuis met zijn Quattroporte VI mooi wat het probleem is; het is allemaal best moeilijk en duur om rijdend te houden.
In de jaren ’70, was dit al niet veel anders. Maserati was toen een tijdje van Citroën geweest. Een gevalletje de lamme leidt de blinde zoals we dat dezer dagen ook weer zien bij Stellantis. De Maserati Merak en Bora waren net zo geniaal als ze hopeloos warne om te onderhouden. Citroën deed Maserati van de hand aan Alejandro De Tomaso.
Deze Argentijnse topper had hetzelfde idee als veel grote namen na hem. Namelijk de naam Maserati gebruiken op een bestaand platform om met een budget van pet snel dikke winst te maken. Alejandro gaf Pietro Frua de opdracht een nieuw koetswerk de bouwen op het platform van de DeTomaso Longchamp.
Pietro deed dat vervolgens, maar toch ook weer niet. In geheel Italiaanse wijze, deelde de resulterende Maserati Kyalami geen enkel plaatwerkdeel met de Longchamp. Toch zag de auto eruit als een DeTomaso Longchamp met dubbele ronde koplampen. Niet dat dat nou per se een slecht ding was; de door Tom Tjaarda ontworpen DeTomaso was ook een blepper. Alleen, Maserati-diehards waren niet per se onder de indruk.
Ondanks dat de Maser in tegenstelling tot de DeTomaso een echt Italiaans hart had in de vorm van de 4.2 liter of 4.9 liter grote V8, sloeg ‘ie niet aan. Ook het feit dat de naam ‘Kyalami’ verwees naar het belachelijke succes van de Cooper-Maserati T81 in de F1 Grand Prix van 1967 op het gelijknamige Zuid-Afrikaanse circuit mocht niet baten. Van 1976 tot en met 1983 werden er slechts 210 verkocht. Ter vergelijk: de van 1972 tot 1981 leverbare Mercedes SLC deed…62.888 stuks. Snelle rekenaars hebben door dat dat er 62.678 meer zijn. The more things change, the more they stay the same.
Het was dan ook niet te ontkennen dat de SLC een veel betere auto was. Ook Caro Emerald vindt dat bijvoorbeeld. Helemaal niet gek ook, gezien het ontwikkelingsbudget van Mercedes. Maar ja, als je echt iets speciaals wil, is de Maser de aangewezen keuze. Koop jij dit origineel in Nederland geleverde exemplaar met originele lak?
tenaci zegt
Ik zag hem van de week net voorbij komen op MP. En eerlijk gezegd: ik kende hem niet, maar moest inderdaad meteen aan de Longchamp denken!