Zo. In theorie waren we er wel zo’n beetje: in Italië ontworpen, handgebouwde Britse eigenzinnigheid en luxe met een uit de kluiten gewassen Amerikaanse V8. De GT zoals je hem wilde. Desondanks werden er niet meer dan zo’n 7.000 stuks gebouwd van deze schitterende Gentleman’s Express: de Jensen Interceptor.
Het merk blijkt taaier dan de auto. Pas na twee maal ter ziele te zijn gegaan verdween de Britse autobouwer uiteindelijk van het toneel. En zelfs dat was nog niet definitief: rond 2011 was er sprake van een revival van dit oude merk en die geruchten doen nog steeds de ronde. Graag, liever een comeback van deze zuipschuit dan die van Bonnie S. Dat wil niemand.
Een Interceptor wel, en dan het liefst een Mark Ⅲ. De meest uitgebalanceerde en geëvolueerde versie van de Interceptor serie, die in 1950 startte met de eerste variant. In 7 jaar tijd werden daar slechts 88 exemplaren van gebouwd, op een verlengd Austin A70 chassis. Van datzelfde merk werden ook veel andere componenten gebruikt, want Jensen had nauwe banden met Austin: al voor WOⅡ begonnen Allan en Richard Jensen met het fabriceren van carrosserieën voor dit Britse merk. Dat deden ze blijkbaar erg goed, want later bouwden ze ook koetswerken voor de Volvo P1800, Austin Healey en Sunbeam Tiger.
Daarnaast bouwde Jensen een keur aan eigen modellen en als laatste deze Interceptor. Het chassis was in de basis afkomstig van zijn voorganger, de C-V8. Die had een kunststof carrosserie, Jensen was pionier op dat gebied, maar voor de Interceptor werd de koets van staal vervaardigd. Het ontwerp was van Carrozzeria Touring, de finishing touch van Vignale en gezamenlijk waren zij verantwoordelijk voor de bijzondere 2+2 coupévorm met zijn lage ruitlijn en grote achterruit. In eerste instantie werden de complete carrosserieën ook bij Vignale in Italië gebouwd en verscheept naar de UK, later ging Jensen ze in eigen huis bouwen en evolueerde de Italiaanse gelijnde schoonheid langzaam in de verbeterde Interceptor Mark Ⅱ. Een enkele Braziliaan kwam de vorm trouwens wel erg bekend voor: die herkende er onmiddellijk de Brasinca Uirapuru in. Wij niet.
Begrijpelijk, die Brasinca was ook maar 77 keer gebouwd en uitsluitend in zijn thuisland verkocht. Hier wilde natuurlijk niemand een auto die Oeirapoeroe heette. Of zoiets. Interceptor klonk vele malen beter en dat gold al helemaal voor zijn powerhouse: een niet te kinderachtige en uitbundig gorgelende V8 van Amerikaanse komaf. Bij zijn introductie in 1966 was dat Chrysler’s Mopar-V8 met een inhoud van 6,3 liter, leverbaar met een handgeschakelde vierbak of drietraps automaat. Slechts 22 keer leek het iemand inderdaad wel een goed idee om voortdurend zelf in de weer te zijn met die tandwielen. De rest bestelde, al moe van het idee, de Chrysler TorqueFlite Automatic en liet het schakelen liever aan de techniek over. Als ze vervolgens het gaspedaal diep in het dikke wollen tapijt trapten, haalden ze met de 325 beschikbare PK’s in minder dan 8 seconden de 100 km/u.
Dat was bloedsnel in zijn tijd. Net zo snel als een Jaguar E-type en zelfs nog iets rapper dan een Aston Martin DB6. En een Porsche 911S was maar een fractie sneller dan de Jensen. In 1971 verscheen de bruutste Interceptor ten tonele: de SP met een schaamteloos vette 7,2 liter V8 met 3 dubbele carburateurs, het “Six Pack”. Met zijn 385 PK was het vermogen aanzienlijk toegenomen, het verbruik net zo. De SP liep met zijn specs vooruit op de introductie van de Mark Ⅲ . Die werd iets minder gulzig, want Chrysler kneep in ‘72 de mastodont af tot een wat minder sterk ontbladerende 300 PK. Op zich best een prestatie om zo weinig vermogen uit zo’n enorm blok te halen. De verkeerde kant op tunen, je doet het zo.
Het deed de levensduur van het blok goed: er was voor de grote achtcilinder vrijwel nooit een reden om meer dan halfslachtig werk te leveren. Hij kon alles aan op koppel. De elektronica en bedrading konden wat minder hebben. Want vervaardigd door Lucas, niet voor niets berucht onder de naam Prince of Darkness, wilde er nog wel eens een of ander elektrisch storinkje optreden op momenten dat dat nogal inconvenient was. Britse humor, zullen we maar zeggen. De liefhebbers noemen het karakter.
Dat had de Interceptor zeker, in al zijn varianten. Er was bijvoorbeeld ook de unieke vierwielaangedreven versie. Deze Ferguson Formula, de FF, was zijn tijd ver vooruit met 4WD, ABS en schijfremmen rondom. Hij werd gebouwd op een aangepast chassis en was daardoor ook 10 cm langer en herkenbaar aan de extra kieuwen in de voorspatborden. Voor de zonaanbidders introduceerde Jensen in 1974 de Interceptor Convertible. Want zo noemen we dat in deze kringen, we zeggen natuurlijk geen kaabriejoo. Er werden ook nog 54 coupévarianten gebouwd op basis van de Convertible, tot Jensen in 1976 failliet ging. Maar die Coupé moeten we misschien maar vergeten. Het zag er best rommelig uit met de nogal uit de toon vallende achterruit van een Jaguar XJ6 in erin gefrommeld. Geen goed idee.
In tegenstelling tot het aansprekende concept van de Interceptor: een welgevormde, typische Brit met overdadige luxe in prachtige materialen en dat on-Engelse achtcilinder bravourestuk in het vooronder. Best begrijpelijk dat er een aantal pogingen zijn ondernomen om de Jensen Interceptor nieuw leven in te blazen, onder andere in 1984 met de Interceptor S4. Die was naar verhouding wel wat ondergemotoriseerd, met zijn slechts 5,9 liter metende V8. Het past daarentegen goed in de huidige trend: er bestaan wel treuriger gevallen van downsizing.
E34M5Touring zegt
Toen ik een klein menneke was zat er een British classic dealer bij ons in’t dorp. Die had er altijd wel een paar staan. Sindsdien echt verliefd op het model. Echt een fraaie auto en en met die MOPAR power ook best snel nog. De Interceptor tribute van Top Gear vind ik nog steeds een van hun beste stukjes.
E34M5Touring zegt
@E34M5Touring: Mooi geschreven stuk ook trouwens! Erg leuk om te lezen altijd.
spidermann zegt
AMS kwam bij de Jensen Interceptor cabrio met de 7.3 ltr motor tot een gemiddeld verbruik van 27-28 liter per 100km, zie de uitgave van 2 weken geleden met de terugblik.
sabrerator zegt
@spidermann: allemachtig! Daarbij vergeleken is een Jaguar V12 ineens zuinig. Wel de HE versie dan. Die doen nog 1:6.
schuimbekje3 zegt
@sabrerator: Mijn Opel 1.2 8V deed ook 1:6, dus dan toch liever een Jag dan een slopel.
Maar in Nederland gaat het zowiezo niet werken.
Wilde laatst nog een Engelse V8 importeren maar de BPM zou 70.000 euro zijn voor een auto die 18.000 pond nieuw kostte.
Als ik dat aan een auto wilde spenderen had ik wel een nieuwe STi gekocht of 10 oude STi’s.
thefmanl zegt
Prachtige auto, een echte klassieker past gewoon in het rijtje met die ferrari’s en porche’s
123bat zegt
Ja! Moet haast wel mijn favoriete auto zijn. Kende ‘m al, maar door die ene Top Gear (kent u dat programma nog??) aflevering met het ‘nieuwe’ model echt helemaal verliefd geworden.
Iemand toevallig geïnteresseerd in mijn linker of rechternier? Kan er vast wel eentje missen voor een Interceptor…
henrie zegt
@123bat: Ik zou de rechter knie doen, anders kun je de koppeling van je Interceptor niet meer bedienen…
moveyourmind zegt
Topartikel!
Iedere keer weer erg interessant om over bekend en minder bekend automobiel erfgoed te lezen. Én erg fijn dat er sinds kort interieurfoto’s bij staan, dat maakt het verhaal nog completer.
jeppie zegt
Ik heb ooit eens een cabrio gespot. Zal ik zo wel uppen
gerjan zegt
Vroeger waren auto veel mooier. Echt mooie auto’s worden niet meer gemaakt op een enkele uitzondering na.
amgsoixanttrois zegt
@gerjan: je kan ook overdrijven. Ik noem een jaguar f-type, aston martins, mercedes s-klasse (coupe), pagani etc.
desjonnies zegt
Probleem is dat Jensen nooooit geld genoeg had en dat ze voor onderdelen moesten shoppen bij anders Britse fabrikanten, zo zijn de stuurhuizen soms Triumph en soms een ander Brits merk hetzelfde geldt voor veel delen van deze Jensens
Dat er zo iets moois uit schuurtjes is gekomen is me een raadsel al heb ik diepe bewondering voor de mensen die ze in elkaar flansden.
Want weescht eerlijk, onder het mohair tapijt, het gepolitoerde houtwerk, lag natuurlijk een eerste klas etter van een wagen, waarvan de eigenaar tevens test-rijder was !
Wel een reden om weer even ’the interceptors’ uit de kast te halen drie heren die een nogal bekend voorkomen hebben !
https://www.youtube.com/watch?v=qLp4FhDAfQk
schuimbekje3 zegt
@desjonnies: dat maakte voor TVR en Saab ook niets uit. Ow wacht, laat maar.
HZW zegt
Weergaloze auto, toen ik klein was ook altijd één in mijn buurt gezien, een licht blauwe.
rocky zegt
Eindelijk een artikel over de Jensen… Een hele mooie auto toen en nu nog steeds in mijn ogen!
@larssb: top artikel, hoor! Zulke artikelen lees ik heel erg graag: dus vooral doorgaan!
larssb zegt
@rocky: Dank! En don’t worry: er is zoveel moois gemaakt, en ook zoveel bagger waar ik dan graag over schrijf. We komen de zaterdagavonden voorlopig wel door!
philipf zegt
Prachtige wagens! Wat ben ik blij dat ik er vaak van kan genieten! :)
yipikaye zegt
Wat klinkt dat heerlijk “7.2 liter V8”
Uitstervende glorie, helaas.
philipf zegt
@yipikaye: Het blok zelf klinkt nog lekkerder:)
alfablog zegt
Mooi stukje weer.
Dutchdriftking zegt
Het is altijd jammer als een auto fabrikant failliet gaat, maar om eerlijk te zijn zal ik deze niet missen.
dwersbongel zegt
Het blijft een lekker begin van de avond om met een bakkie koffie te lezen over een bijzondere auto waar @larssb over schreef. En de aanvullingen van de bekende reaguurders natuurlijk.
cpp1 zegt
@dwersbongel: precies, maar dan wel liever met een speciaalbiertje ipv zo’n smerige bak koffie…
silver zegt
Fantastische auto om te zien. Het exemplaar dat ik toen bijna gekocht heb, in Gunmetal Grey, reed alleen een stuk minder goed dan de looks beloofden.. Voor mijn gevoel waren er van die 300 paarden een stuk of 200 weggelopen. Of moet ik zeggen “verzopen”??
lekbak zegt
@silver: als dat alles was had je dat ding gelijk moeten kopen. Die motoren zijn best simpel en goedkoop te maken. Als er één auto is die je niet hoeft te laten staan vanwege motorproblemen is deze het wel.
Al heb ik zomaar het gevoel dat er wel wat meer mis mee was.
danmar zegt
Er staat me iets bij dat ze de Interceptor zo knullig hadden ontworpen, dat er geen linksgestuurde variant kon worden gebouwd omdat er geen ruimte was voor het stuurhuis. Was dat wellicht de MKI?
nord zegt
Jensen! Het imago staat nog als een huis! Echt een merk wat smeekt om een revival, ja weeer een..
4×4, Italiaanse styling, degelijk handwerk, Engelse gedistingeerdheid, echt iets voor Henrick Fisker..
koeckenbacker zegt
Ik heb dit altijd een erg mooie imposante wagen gevonden!
Gaaf!
toyotafortuner zegt
Heerlijk toch:
Sexy lijnen en een boterzachte Amerikanen V8!
Dank voor weer een prachtig stuk @larssb!
davelepeef zegt
Sorry, is gewoon niet mooi.
Pallas zegt
Fijn! Eindelijk voldoende foto’s bij het artikel, heb dat vaak anders gezien bij klassiekeritems. Top dit, moet ook gezegd worden.
pepijn2611 zegt
Zeker gave wagen, goeie vriend van mij heeft er eentje. Motor was compleet dood, heeft er later een oude v12 ingestopt.
87sandyd zegt
Slaapt @gtwillem al? Zit te wachten op zijn toevoegingen ;)
lekbak zegt
@87sandyd: zaterdagavond, dan zit hij in een klein kamertje in zijn huis. Met allemaal wierrook rond zich te mediteren. Hij gooit dan een informatief boek over een bepaalde auto op het vuur en inhaleert de rook die daarvan af komt. Op die manier wordt alle informatie in dat boek tot het kleinste detail voor eeuwig opgeslagen in zijn hersenen.
Aldus de legende…
henkhupelschoten zegt
Back to the mancave!!!
pinut187 zegt
Die paarse graag!
postzegel zegt
Auto vind ik best mooi. De kont is heel mooi. Maar die naam: fantastisch! Interceptor.
bartbanaan zegt
Als mannetje van 15 stond er eentje bij ons op de parkeerplaats. Van een Engelsman die bij ons in de straat woonde. Prachtige auto. Wat me het meest bij is gebleven is dat als hij hem in zijn achteruit zette om uit te parkeren, de wielen bij een beetje gas als begonnen te spinnen op de (gladde) parkeerplaats.
Klonk geweldig die auto en zag er echt indrukwekkend uit.
Een echte classic die mij altijd is bijgebleven!