Hollands glorie, maar helaas geen succesverhaal.
Na de Tweede Wereldoorlog lag Europa in puin, maar gelukkig stonden her en der tussen de rotzooi oude legertrucks en -jeeps. Het Amerikaanse leger liet ze lekker staan en de Europeanen maakten daar dankbaar gebruik van. Eind jaren ’40, begin jaren ’50 was er echter vraag naar nieuwe lichte terreinwagens, waardoor onder andere de Land Rover en Alfa Romeo 1900M het licht zagen. Maar er was nog een fabrikant die zich waagde aan een lichte terreinwagen en dat ook nog eens op een onconventionele manier aanpakte: ons eigen DAF.
De vrachtwagenfabrikant kreeg in de jaren ’50 diverse orders van het ministerie van defensie, wat onder andere resulteerde in de 1-tons YA-126 en de drietons ‘dikke DAF’ YA-328. Een minder bekende opdracht was die om een lichte terreinwagen te ontwikkelen. In 1951 levert de Eindhovense fabriek een tweetal prototypes af bij het ministerie.
De H-aandrijving van de DAF YA-126 schematisch weergegeven. Het systeem in de YA-054 werkte op een vergelijkbare manier.
Ondanks zijn lengte van slechts 3,55 meter, weegt de DAF YA-054 een flinke 1600 kilo. Dat komt vooral doordat DAF veel techniek uit haar grotere trucks heeft toegepast op de kleine 4×4. Zo beschikt de YA-054 over zogenaamde H-aandrijving, waarbij er één reductiebak en centraal differentieel is, dat de krachten naar een tweetal verdeelkasten stuurt, waaruit weer twee keer twee aandrijfassen de krachten naar de wielen leiden. Een uitvinding van Hub van Doorne, de oprichter van DAF. Het voordeel is dat elk wiel onafhankelijk kan worden opgehangen, wat ook bij de YA-054 het geval is. Daarnaast is een grotere bodemvrijheid mogelijk en maakt het enkele differentieel geen onderdeel uit van het onafgeveerde gewicht.
Ondanks het hoge gewicht, sleurt de 60 pk-sterke Hercules 3,1-liter benzinemotor de DAF elke heuvel op. Met de terreinvaardigheid van de YA-054 is dan ook niets mis. Helaas maakt zijn vooruitstrevende techniek de auto wel duurder dan zijn directe concurrent, de Amerikaanse Willys M38A1. Als de Nederlandse regering dan ook nog met de Amerikanen weet af te spreken dat deze Jeeps in Nederland geassembleerd zullen worden, bij NEKAF (Nederlandse Kaiser-Fraser Fabrieken in Rotterdam), is de kleine DAF kansloos. Helaas zijn beide prototypes zover bekend verloren gegaan.
En dan lopen mensen te zeilen dat de benaming bij bmw tegenwoordig onlogisch is
@wachtmaartotmijnvtecinkicktyo: *zeiken
Geinig ding zo. Ik had ook nog nooit gehoord van dit type aandrijving gehoord. Daar moet ik echt meer van weten.
@lekbak: sterker nog, ik had nog nooit van deze auto gehoord! Tof ding en een leuk artikel!
@lekbak: bezoek het DAF museum in Eindhoven een x; staat veel wat de techniek van DAF (vindingen van Dr Hub van Doorne) duidelijk maakt; bijv de fameuze ‘Trado’ aandrijving.
Hij was me totaal onbekend, goed bezig Dizono!
Er was ook nog een grotere “YA” met 2 achterassen met hetzelfde aandrijflijn met ook tussen de 1e en 2e achteras aandrijfassen. Door die korte aandrijfassen er af te halen veranderde hij van 6×6 in 6×4 aandrijving. http://www.stamantechniek.nl/staman/data/articles/images/lightbox/big/daf-ya-328-artillerie-trekker—bj_-1958_3828_0.jpg
Tsja een beetje over engineered dus, jammer dat hij niet bewaard is gebleven, hij had mooi in de collectie van het DAF museum gepast.
Erg leuk artikel!
Vind dat oude legerauto’s altijd erg gaaf en dacht er een hoop te kennen, maar deze DAF kende ik nog niet.
Mooi verhaal weer.
DAF altijd plus 1
Wat een lelijk ding zeg..
@pinut187: Hij hoeft niet naar een concours d’élegance. Gewoon simpele rechte staalplaat voor militair gebruik. Typisch trouwens dat de Nederlandse regering ook toen al geen benul had van techniek, en oog voor de eigen industrie.
Interessant stuk. Weet iemand of er ook andere auto’s / vrachtwagens die van een H-aandrijving gebruik maken? En wat zijn de nadelen van het systeem? Gewicht me dunkt.
Weer een geschiedenislesje gehad, Weten we dat ook weer.
Gaaf stuk. Vind ook de YP pantserwagens erg stoer. En in Velsen-noord staat bij De Logistiek een dergelijke wagen.