De BMW E32 ‘Project Goldfish’ met wilde inkepingen in de koets en V16 onder de kap kende je al. Maar BMW heeft stiekem nóg een bijzondere Siebener met V16 gebouwd, die nu pas het licht ziet.
Vorige week schotelden we je nog een artikel voor over de potentiële dood van de toplimo sedan. Een ontwikkeling die wij zeer zouden betreuren. Onder andere omdat het het einde zou betekenen van de BMW 7-Serie. Nu is het natuurlijk niet heel erg als de splinternieuwe 7-Serie van de aardbol zou verdwijnen. Maar het verleden heeft meerdere keren laten zien wat een Siebener ook kan zijn en misschien ooit weer kan worden. Een strak gesneden, bíjna Italiaans aandoende, gestrekte sedan. De BMW E32 bijvoorbeeld, en de daaropvolgende E38. Prachtig.
Dat de E32 een beetje Italiaanse sfeer uitstraalt, is niet heel gek. De auto werd namelijk ontworpen door Ercole Spada. En het was een blepper die met zijn dubbele priemende koplampen, machtig mooie proporties (zeker als korte versie) en L-vormige achterlichten zeker zijn plaats had naast de legendarische S-Klasse. Die S was nog steeds een stukje beter. Maar in die tijd ook nog echt een slagschip met een hoepel. De BMW kon je daadwerkelijk met enige fun besturen.
BMW had ook een heuse troef in handen. Het kwam namelijk op de proppen met de eerste Duitse na-oorlogse twaalfcilinder voor een auto. Stiekem, is een E32 met een I6 of V8 waarschijnlijk beter. Maar de V12 had prestige en Mercedes was (kortstondig) afgetroefd. Hals over kop werd in Stuttgart ook maar een V12 ontwikkeld. De motor die uiteindelijk in de Pagani Zonda terechtkwam. Met dank aan BMW dus, soort van.
Maar BMW had nóg wildere plannen. Onder het motto ‘meer is beter’, werd er ook nog een V16 ontwikkeld, beter bekend als ‘Project Goldfish‘. Kenners herkennen de E32 uitgerust met deze motor meteen aan de wilde inkepingen in de koets die nodig waren om alle hardware een plek te geven en te koelen.
Uiteindelijk kwam het, waarschijnlijk mede door dit ‘gebrek aan ruimte’, niet tot een productiemodel. Maar nu blijkt, dat BMW nog wel een tweede poging heeft gedaan. Uit de krochten van München is het nu het doek afgetrokken van een prototype uit 1990. Met dus, de V16.
Bijzonder is, dat de auto duidelijk lijkt op de BMW E38 7-Serie die pas in 1994 op de markt kwam. De opvolger van de E32, was vier jaar eerder echter nog in vroege ontwikkeling. Het is een mooi inkijkje in hoe dat destijds ging en hoe modelcycli werk(t)en. De auto lijkt de missende link te zijn tussen de E32 en E38. Aan de voorkant zitten de dubbele koplampen nog niet achter glas, maar wel in een aparte behuizing. Aan de achterkant heb je praktisch de achterlichten van de E38, maar dan nog met een balkje ernaast om toch de L-vorm te behouden.
De motor zit in dit geval zonder wilde inkepingen onder de enorm lange kap. De frontoverhang is netjes kort. De spiegels en deurhendels schreeuwen nog jaren ’80 BMW, maar de rest van de auto hangt rond in de 90s. Het interieur is los van het stuur niet direct herkenbaar en komt bijna Jaguaresque over. Maar het echte Sahnestück, zit natuurlijk onder de kap.
Ten opzichte van de eerste goudvis, is de motor ietwat minder indrukwekkend. Bijzonder genoeg is de cilinderinhoud net ietsje kleiner, met 6.646 cc. De eerste was afgerond een 6.7 en werd daarom ook wel de 767i genoemd. Ook het vermogen is met 348 pk, minder fors dan de 408 pk van de eerste versie. Wellicht omdat men geen wilde koeling wilde toepassen, zoals in het eerdere model. Tenslotte is de tweede aan een vijftraps automaat gekoppeld, in plaats van aan een manuele zesbak(!).
Wellicht door de bescheiden output en het gigantische formaat, kwam de V16 niet tot volle wasdom. De reële voordelen ten opzichte van een V12 zouden vermoedelijk minimaal zijn geweest. Het was eigenlijk vooral gewoon gaaf om een ‘V16’ te hebben, voor het prestige van het merk.
Leuk detail: de auto staat dit weekend nog in Essen op de Techno Classica. BMW heeft ‘m namelijk uit de mottenballen gehaald om aan het publiek te showen. Wel begrijpelijk. De mensen achter het organiseren van de PR van BMW staan natuurlijk ook liever met dit gevaarte op een beurs dan met zo’n nieuwe Siebener. Plus het scheelt weer wat standbeelden opruimen, want als je de nieuwe recht in de grille krijgt, versteen je. Waarvan akte.
rwdftw zegt
Een V16 is toch wel bijzonder. Lijkt me heel aangenaam reizen als je je eigen oliemaatschappij hebt. Heel jammer dat het met de Phantom niet gelukt is. De cliëntele zagen het niet zo zitten.
Robert zegt
Het plaatwerk lijkt in hele matige conditie te zijn, daaruit mag je denk ik wel concluderen dat dit een soort van handgemaakt is. Wat dan weer niet vreemd is voor een prototype, natuurlijk. Het is wel een mooie manier om zo eens een kijkje in de R&D keuken te krijgen.
kuip zegt
Dan ga ik hem toevallig morgen in het echt eens bekijken in Essen, leuk!
mashell zegt
Zulke gekke dingen zullen tegenwoordig ook nog wel bedacht worden maar al in de computer simulatie fase afgeschoten worden voordat er een exemplaar gebouwd wordt. Best jammer eigenlijk.