De snelle Ford Sierra’s zijn de echte blue-collar sportsedans zonder pretenties, maar flinke prestaties.
Het grappige is dat je van sommige auto’s compleet vergeet hoe bijzonder ze eigenlijk zijn vanwege het commerciële succes. De Ford Sierra is zo’n auto. Tegenwoordig kom je ze nauwelijks meer tegen op de Nederlandse wegen, maar dit was een enorm succesvolle auto. De Sierra kwam in 1982 op de markt en was een heuse sensatie die je goed kunt vergelijken met die van de Ford Focus in 1998.
Ford Sierra
Qua design leek Ford een generatie overgeslagen te hebben. Aan de uiterst belegen Taunus zat kraak noch smaak. De Sierra daarentegen was een futuristische auto. En dan niet een bijzondere coupé of roadster, maar een middenklasser! Leuk weetje, de Sierra is de auto waarbij de regengootjes verdwenen. De Sierra heeft ze alleen op het dak. Daarna vervielen ze.
In technisch opzicht was de Ford Sierra absoluut geen moderne auto. Om de auto interessant te houden voor de zakelijke markt, nam men veel aandrijflijnen van de Taunus over. De verkopen van de Sierra waren aanvankelijk niet denderend. Dat kwam door die Taunus, die nog eventjes tegen dumpprijzen werd aangeboden. Ook moest men kennelijk wennen aan het bijzondere design, dat uiteindelijk heel toekomstbestendig bleek te zijn. Ford produceerde de auto namelijk tot 1993!
Snelle varianten
Uiteraard was het gros van die auto’s een 1.6 met handbak en ruitenwissers. Maar Ford gebruikte de Sierra ook als basis voor een hele hoop sportieve varianten. Daarom had @Mc96 een vraag:
Als je tijd en zin hebt, zou een artikel over alle sportieve varianten van de Ford Sierra ook erg op prijs gesteld worden ?!
@Mc96, houdt van sportieve Sierra’s
Nou, maar natuurlijk. Een verzoekje zijn wij niet vies van, zeker niet als het zo’n toffe auto is als de Sierra!
Ford Sierra XR4i
1983 – 1985
In 1983 kwam de snelle uitvoering van de Sierra. Je kon de gewone versie krijgen als L, Laser en als je het goed deed op je werk mocht je een Ghia rijden. Maar de XR4 was de leukste in 1983. Ford paste een heel simpel recept toe. Lepel de grote motor in een compacte auto en kleed de auto lekker dik aan.
De gietijzeren motor kwam uit de Granada en leverde 150 pk. Omdat het de jaren ’80 waren, kleedde Ford de auto lekker dik aan met andere bumpers, grotere wielen en spoilers. Bijzonder was het extra rujtje in de C-stijl, waardoor de XR4i zijn eigen uitstraling heeft.
Ford Sierra XR4 (Argentinië)
1984 – 1988
In Argentinië kwam de auto een jaar later op de markt. Ondanks dat de naam hetzelfde was en de auto er ook op leek, week deze versie behoorlijk af. In plaats van een ietwat luie en zware V6, kreeg je een flink opgepepte viercilinder. De oplettende lezer zal zien dat er geen ‘i’ achter staat. Dat is omdat de 2.3 liter metende viercilinder voorzien is van een enkele Solex-carburateur. Deze was goed voor 120 pk en 177 Nm. Daardoor was de Argentijnse versie iets langzamer, maar ook iets goedkoper.
Ford Sierra XR8
1984
Zuid-Afrika is een raar land qua auto’s. Relatief gezien is er een vrij grote markt voor bijzondere auto’s. Dat leverde de Ford Sierra XR8 op, waarbij die ‘8’ een achtcilinder indiceert. De motor is namelijk een 5.0 Windsor V8 uit de Ford Mustang! Het wordt nog mooier, want in Zuid-Afrika waren de uitstoot-eisen niet zo stringent als in de VS, waardoor de motoren niet geknepen waren. Het leverde een vermogen op van… 216 pk. Dat is een tegenvaller, alhoewel het koppel van 370 Nm veel goed maakt. Tevens omdat dat koppel al bij 3.250 toeren paraat staat stond. Er zijn er 250 stuks van gebouwd, allemaal voor de Zuid-Afrikaanse markt. Dat cijfer was het minimaal benodigde aantal om mee te kunnen doen aan de legendarische Zuid-Afrikaanse toerwagen-kampioenschappen. Alle 250 hebben ze een vijfdeurs carrosserie en de dubbele spoiler.
Ford Sierra XR4x4
1985 – 1986
De Sierra XR4i was een erg leuke auto, maar Ford had na een initieel succesvolle fase de grootst mogelijk moeite om deze wagens uit de showrooms te krijgen. De Sierra was alsnog te bourgeois voor de Mercedes- of BMW-piloot, maar te onpraktisch voor de vermogende Ford-liefhebber. Daarom kwam er een XR4x4 met vierwielaandrijving én vijfdeurs koetswerkvariant.
Nu had Ford met de Sierra XR4x4 een alleskunner van jewelste in huis. Vierwielaandrijving was overigens in deze tijd erg bijzonder, de Audi quattro was er immers pas drie jaar rond deze tijd. Jammer: de dubbele spoiler moest het veld ruimen omdat het volwassen clientèle er niets van begreep. Oranje tintje: onze koning crashte er eentje in 1988!
Merkur XR4Ti
1985 – 1987
Amerikaanse auto’s werden in de jaren ’80 en ’90 compleet anders gebouwd. In de VS waren de eisen compleet afwijkend. De populaire middenklasser aldaar werd de Ford Taurus, maar voordat die auto kwam zag Ford zijn kans schoon om de Sierra op een premium-wijze op de markt te brengen.
Merkur (Mercury, maar dan Duits) werd een nieuw merk dat de Duitse Sierra’s en Scorpio’s moest gaan verkopen. Deze had gek genoeg géén V6, maar een 2.3 viercilinder met turbo, goed voor 170 pk! Er zijn precies 42.464 exemplaren van de Merkus XR4Ti gebouwd. Lees in dit artikel alles dat je moet weten over Merkur!
Ford Sierra RS Cosworth
1986 – 1988
Ford was vroeger een naam die je overal in de autosport tegenkwam. Le Mans (GT40), Formule 1 (DFV8!), toerwagens, rally, Nascar: Ford kon je overal vinden. De RS Cosworth is misschien wel een van hun meest legendarische motorsport-projecten. De race-versie van de Merkur XR4Ti en de XR8 bewezen al dat de Sierra succesvol was als raceauto. Met de RS Cosworth deed Ford mee aan het WTCC én het Group A rally-kampioenschap.
De straatversie, de RS Cosworth was een revelatie. De tweeliter viercilinder met dubbele nokkenassen en enorme turbo (204 pk) stond garant voor uitstekende prestaties. Die 204 pk was overigens vrij bescheiden. Dat niet alleen, meer vermogen was vrij eenvoudig. Met een paar eenvoudige modificaties had je 300 pk tot je beschikking. Van deze serie zijn er 5.042 exemplaren verkocht.
Ford Sierra RS500 Cosworth
1987
Het mooie van Group A race- en rally-kampioenschappen was dat fabrikanten verplicht waren om straatversies te bouwen van hun raceauto’s. Dus als er een evolutie-versie kwam, moesten ook daar auto’s voor de burger beschikbaar komen. De RS500 kreeg een sterker blok met grotere turbo, intercooler, injectoren, brandstofpump en oliekoeler.
Daardoor had je ineens 224 pk tot je beschikking en 277 Nm. Je kan de Sierra RS Cosworth herkennen aan de spoiler onder de spoiler. Nadeel: alle RS500’s hebben het stuur aan de rechterkant. RS500 staat voor het aantal exemplaren dat er van gemaakt zijn, toevallig ook het minimale aantal dat gebouwd moest worden.
Ford Sierra RS500 Cosworth Wolf Racing
1986
De heilige graal van de Sierra-reeks is de Wolf Racing-versie. Wolf kun je het beste zien als de AC Schnitzer van Ford. Deze Ford-dealer runde het DTM-team en was tevens verdienstelijk tuner. Om de successen met de RS Cosworth te vieren werd deze versie gemaakt. Daarbij was het de enige manier om een links-gestuurde RS500 te krijgen. De motor werd opgevoerd tot een verdienstelijke 300pk met andere zuigers, injectoren, competitie-wastegate en nieuwe sportuitlaat. Je kan de Wolf herkennen aan de 16 inch gouden velgen. De auto is niet simpel een getunede Sierra, maar kreeg de goedkeuring van Ford. Er zijn er 10 stuks van gebouwd.
Ford Sierra Ghia 2.9i 4×4
1987
Huishoudelijke mededeling! In 1987 kreeg de Ford Sierra een vrij rigoreuze facelift. Opvallend genoeg werd de auto ietsje conventioneler vormgegeven. Qua carrosserievarianten veranderde er ook wat. De driedeurs hatchback kwam te vervallen. In plaats daarvan was er nu een vierdeurs sedan, een vijfdeurs hatchback en een stationwagon. Er kwam een nieuwe 2.9 liter V6 voor de luxe Ghia-uitvoeringen. De Sierra 4×4 Ghia was een soort luxe alleskunner met een klein sportief randje.
Ford Sierra Sapphire RS Cosworth
1988 – 1990
In 1988 kreeft de RS Cosworth een opvolger. In plaats van het bijzonder uitgesproken driedeurs design, moest Ford overschakelen. Daarvoor koos men de sedan vanwege het gewicht en de stijfheid. Nog een reden, de sedan was nog aerodynamischer. De Cw-waarde was slechts 0,33.
Dat is erg laag voor een sportief topmodel met dikke wielen, spoilers en luchtinlaten (alle cijfers die je in persberichten ziet staan zijn van de instappers met kleine wieltjes). Door de betere aerodynamica was de sedanversie ook ietsje sneller dan de hatchback was. Er zijn er 13.140 exemplaren van gebouwd.
Ford Sierra Sapphire RS Cosworth Rouse Sport
1990
Dit is een beetje de Britse tegenhanger van de Wolf-versie. Waar in Duitsland de race-Sierra’s door Wolf werden aangepakt, deed Andy Rouse dat in het Verenigd Koninkrijk. De Rouse Sport modellen kregen een grotere Garett T25-turbo en een gewijzigde in- en uitlaat. Dit zorgde voor zo’n 265 pk aan vermogen.
Rouse kleedde het model aan met een lekker dikke RS-bodykit. Er zijn twee versies, de 302-R (achterwielaandrijving) en de 304-R (vierwielaandrijving). Van die eerste zijn er slechts 6 gebouwd, van de tweede 72 stuks. Wederom is het niet zomaar een tuning-speciaaltje, je kon ze met garantie kopen bij geselecteerde Ford-dealers in het Verenigd Koninkrijk.
Ford Sierra Cosworth 4×4
1990 – 1993
Het zal je zijn opgevallen dat Ford nog niet alles gecombineerd had qua motoren en andere delen van de aandrijflijn. Dat gebeurde in 1990. Toen zagen ze het licht en combineerden ze de RS Cosworth met vierwielaandrijving. De reden dat we er zo lang op moesten wachten had te maken met de transmissie.
Er was geen bak geschikt voor AWD die het grote vermogen en koppel aankon. Tot 1990 dus, toen men de Ferguson MT75 kon gebruiken. De versies met vierwielaandrijving waren zo’n 100 kg zwaarder en kregen meer vermogen (220 pk) om het te compenseren.
Ford Escort RS Cosworth
1993-1998
Maar hey, dit is toch geen Sierra? Jawel! In 1993 kwam de Ford Mondeo. Deze auto was echter voorzien van voorwielaandrijving en een overdwars geplaatste motor. Dit terwijl de basis van de Sierra achterwielaangedreven was met achterwielaandrijving. De opvolger van de Sierra RS Cosworth was niet de Mondeo, maar de Escort RS Cosworth.
Kort door de bocht monteerde men het koetswerk van de Escort op een Sierra-platform. De techniek van de Sierra werd gebruikt tot 1996 (toen de straatuitvoering uit productie ging) en tot 1998 (toen de rally-versie niet meer gebouwd werd).
Meer lezen? Dit zijn alle sportieve varianten van de Ford Fiesta!
Nog meer lezen? Dit zijn de 13 gaafste straatauto’s met Cosworth motor!
Ook verzoekjes voor lijstjes op Autoblog? Laat het weten, in de comments!
mjpamsterdam zegt
Het is natuurlijk een Taunus in een nieuw kleedje. Maar zo’n 5-deurs Ghia 4×4 ! Als ik er 1 tegenkom (zal niet gebeuren want te zeldzaam) is de koop gesloten. Maar eerlijk; een goeie Cosworth sedan spuug ik ook niet op. Off subject ; voor een Focus ST170 geldt ook, hebben & nogmaals hebben!
Dutchdriftking zegt
@mjpamsterdamL Wat dacht je van een ST70 Wagon?
kennone zegt
Toen ik 18 was ooit een testrit gehad in een 88 sedan Cossie met een nette 350PK’s door de flink versleten achterbanden brak hij met met een tussen sprint op de snelweg alsnog uit! Was dus verkocht! Echter was ik een student en arm en werd het een knalrode (€400,-) Sierra GT die overigens heel makkelijk dwars ging. Powerfilter er op voor min 10PK maar wel een serieus geluid en een rollout Mongoose style sierstuk voelde ik mij echt de koning op de weg toen.
Hier nog een mooi filmpje van hoe ik met de Sierra dwars ging, let niet op de kwaliteit want toendertijd was ik erg hip met mijn schuif-Samsung D500
https://youtu.be/ALYqQfFleMo
Robert zegt
@kennone: upload 5 september 2008. Wow. Tof dat je die ook nog online laat staan.
kennone zegt
Tuurlijk, iets wat mooi is, is zonde om te verwijderen toch :)
Gulli zegt
Duimpje omhoog, goeie drift :)
levoi zegt
Dat was ook mijn eerste auto. DV-TN- nog iets. Uitgerust met ongelooflijk beroerde d-merk banden waardoor ik de eerste rit in de regen bijna verongelukte. ( En wielspin in z’n twee als het nat was). Oja en een met rood gespoten aluminium tape dichtgeplakte dorpel. En toch was het leuk. Ik kon ten minste zeggen dat ik een rode, achterwiel aangedreven coupé had, beginnend met een F. :)
dawwg zegt
Where pixels ? Maar wat zal het een lol-bak geweest zijn; die goede oude tijd waarbij de auto jou nog de baas lieten zijn en je ESP en dergelijke nog gewoon uit kon zetten … als het er al op zat :)
tmenges zegt
Leuk artikel dit! Voor mij was het nog wel leuk geweest de 0-100 en topsnelheden erbij te vermelden maar verder helemaal mooi!
kniesoor zegt
Van de Cosworth 4×4 : 0-100 in 6,6 seconden, officiële topsnelheid 230 km/u, in de test (van AMS) 242,6 km/u. Toen deden ze zulke metingen – wegens nog geen GPS beschikbaar – nog met een Peiselerrad.
#goeieouwetijd
992 zegt
Super mooi artikel!
Als klein jongetje altijd heel erg onder de indruk van de RS cosworth met taartschep. In mijn ogen was die auto toen zo snel als een raket…..
mat1980 zegt
Leuk artikel! Fijn dat de specials weer terug zijn!
mc96 zegt
Mooi kadootje zo op de maandag avond. Heel erg bedankt willeme! Je hebt ze volgens mij echt allemaal besproken! Er is vlak voor de facelift nog een 2.0i S geweest (met een injectie versie van de Pinto motor) maar die was niet echt snel 😄. Mijn favoriet is de XR4x4 die zelfs ook nog naast de RS Cosworth is ingezet als groep A rallyauto (ook in NL). Wel met enorm korte bakverhoudingen om het gebrek aan vermogen te compenseren 😄
eklasse zegt
De 2.0iS was mijn tweede auto én tweede siërra. Voor mij als 20 jarige destijds een serieus snelle auto. Ik kon er in geval mee rijden alsof ik om een rally kampioenschap streed.
mc96 zegt
Was niet lullig bedoeld hoor! 😄 Die 2.0iS was een mooie uitvoering (verlaagd, rood biesje en de Ghia koplampen, sportstuur). Destijds stond er nog een rapportage in het Ford Magazine met Sig Andervang achter het stuur (toen de rallyrijder van de Ford importeur).
arthur75 zegt
Hier hetzelfde. Ook mijn 2e auto, na een seat ibiza 0.9 echt een racekanon in mijn 21 jarige ogen. Ex politie-auto, TR-54-KT. In Staphorst zag ik jaren later nog het broertje, TR-55-KT in dienst van de plaatselijke veldwachter rijden.
sntial zegt
Op een dag in 2020 is @willeme wakker geworden en heeft gezegd, gedaan met specials, its lijstjes-time!
ramshoek zegt
Artikelen als deze zijn erg leuk voor mannen van een ‘zekere leeftijd’.
Een vriend van mij is al z’n hele leven Ford man. Zijn eerste auto was een Escort met zo’n 1.3 CHV motor. Die verbruikte voldoende olie om jaarlijks verversen onnodig te maken. Gewoon wekelijks bijvullen. Was je iets te laat met bijvullen dan begon het blokje vrolijk tikkende geluiden te maken op rotondes. Iets later klaagde mijn stagebegeleider over dergelijke tikgeluiden. Nog indruk kunnen maken met mijn advies eens olie bij te vullen.
Enniewee, Sierra. Zijn tweede auto was een Sierra 1.6. En die had 30 jaar geleden al Pops and Bangs. Tunneltje inrijden, contact onderbreken, carburateurtje vol open met het gaspedaal en als die tegenligger naast je reed het contact weer inschakelen…
Als jonge gast kwam ik toen veel bij hem thuis. Overdag sleutelen en ’s avonds darten en bier drinken. Ook nog eens ’s winters bij minus 5 overdag – dat had je toen nog – op een boerenerf een 2.8 V6 uit een Scorpio geschroefd, welke voor jaren onder een werkbank belandde. Toen er jaren later weer een Sierra kwam, heeft hij die erin gelegd. Gastank erop, en gaan! Tot hij aanliep tegen de aandrijflijn van een Sierra 4×4. Die eronder en klaar. Tot hij een 24 kleps 2,9 V6 vond. Die erin en klaar. Tot hij een gezin kreeg en toen was de Sierra klaar…
bischero zegt
Mooi, dank voor deze optekening!
Toen geluk nog heel gewoon was. Mooie tijden om met maten in de garage dit soort projecten in elkaar te knutselen. Vervang Ford door Alfa en je zit dicht bij de ervaring van ondergetekende 😁
SanderB zegt
Mooie herinneringen. Toen ik opgroeide had mijn vader een zwarte Sierra 2.0 ik vond dat toen de beste auto die er bestond. Later in 2006 elf nog een Sierra 2.0 gekocht voor 600 euro om een race cursus mee te doen. 3 geweledige dagen mee gehad waarbij ik bijna meer door mijn zijruit heb gekeken dan de vooruit, ding brak al uit als je naar het stuur keek.
kniesoor zegt
Heb een 1990 4×4 gehad, dus met ‘de groene kop’, dwz 220 peekaa. Daar kon je in die tijd de meeste oto’s aardig mee voorblijven. Een Monuta edition, oftewel zwart met zwartleren Recaro’s. Met schuifdak. Maar zonder airco, waardoor het hoogzomer niet te harden was in dat ding. Enfin, hij reed als een malle en daar ging het om 🙂
Gulli zegt
Hier een XR4i die 30 jaar heeft stilgestaan in een Engelse garage en waar Johnny Smith even overheen mag kwijlen :)
https://www.youtube.com/watch?v=ZpBWHAegid8