De lage vaste lasten van een EV zijn een verzachtende factor voor de vaak torenhoge aanschafprijs. Wegenbelasting die bij een elektrische auto precies nul euro per maand is, helpt daar goed bij. Maar blijft die belasting op elektrische voertuigen altijd niets, of gaat dat in de toekomst omhoog?
Het is een flinke inkomstenbron van de landelijke overheid en provincies: de motorrijtuigenbelasting (mrb). Of, zoals het in de volksmond beter bekend is: de wegenbelasting. In 2021 betaalden Nederlanders zo’n 6,1 miljard euro aan wegenbelasting, zo meldt het CBS. En hoeveel daarvan kwam van stekkeraars? Geen enkele eurocent.
Tot en met 2024 is de korting op de wegenbelasting voor een elektrische auto namelijk honderd procent. Of, in woorden die wat lekkerder lezen: EV-eigenaren betalen nu geen euro aan MRB. De overheid wil hiermee het elektrisch rijden stimuleren. De aanschaf van een elektrische auto is immers al duur genoeg. Als de maandelijkse lasten dan dalen, wordt het misschien wél financieel aantrekkelijk om een EV aan te schaffen, zo is de gedachte.
BPM
In dit belastingplan staan meer financiële voordelen van elektrische auto’s beschreven. Neem de BPM, die voor EV’s nul ook is. De BPM wordt berekend over de CO2-uitstoot van een auto. Het is dan daarom niet gek dat deze aanschafbelasting nihil is. Wel frappant: vanaf 2025 gaat die BPM omhoog naar 360 euro. Ook het verlaagde bijtellingstarief van 16 procent tot de catalogusprijs van 35.000 euro is onderdeel van dit plan.
EV’s zijn in dit opzicht niet uniek: ook bij plug-in hybrides zijn er financiële prikkels om voor een ‘schonere’ uitvoering te gaan. Bij plug-ins (PHEV’s) is er korting op de wegenbelasting. Bij PHEV’s is de wegenbelasting niet gratis, daarbij is (tot en met 2024) de korting 50 procent. Dit is gebaseerd op het tarief van een ‘gewone’ personenauto. Met andere woorden, rijd je rond in een benzine PHEV, dan is je wegenbelasting de helft van wat een benzineauto in die gewichtsklasse zou zijn.
Het probleem van financiële prikkels is dat ze ook té populair kunnen zijn. Neem de Belastingdienst, waar iets te veel werknemers gebruik maakten van een vertrekregeling en de problemen bij het overheidsonderdeel alleen maar groter zijn geworden. Als iedereen straks aan de EV gaat en de MRB-inkomsten zakken van bijna zes miljard euro per jaar naar nul, hebben de overheid en vooral alle provincies een flink probleem.
Wegenbelasting op EV’s vanaf 2025
Vanaf 2025 moeten daarom ook degenen met een elektrische auto wegenbelasting gaan betalen. In 2025 betalen EV-rijders een kwart van de wegenbelasting, in 2026 betalen ze de volledige belasting. Die zal niet heel laag uitvallen, aangezien de wegenbelasting gebaseerd is op gewicht.
Een Tesla Model 3 weegt bijvoorbeeld 1.831 kg. Een benzineauto met dat gewicht kost qua MRB in Noord-Holland in 2023 €286 per kwartaal. Dat betekent dat een Tesla Model 3 in 2026 in die provincie ruim €90 per maand gaat kosten, ervan uitgaande dat die cijfers niet stijgen (Wat ze vrijwel zeker zullen doen). Ter vergelijking: een BMW 320i weegt 1.535 kg en kost in 2023 ruim €69 per maand in Noord-Holland.
Vanaf 2026 loont het in de meeste gevallen dus – puur qua wegenbelasting – om een benzineauto te kiezen over een EV. Dit is ergens een beetje opvallend. Een dieselauto is nu qua MRB bijvoorbeeld duurder, net als LPG en andere vormen van brandstof. De overheid heeft dus in het verleden mensen milieutechnisch proberen te beïnvloeden met verschillende MRB-tarieven, maar kiest er in het geval van de EV voor om dit niet te doen.
Aan de andere kant: 2026 is nog jaren (en minstens één verkiezing) weg. In die tijd kan er dus nog van alles veranderen. Tóch een extra MRB-categorie voor elektrische auto’s, bijvoorbeeld.
Wegenbelasting op PHEV’s
Plug-in hybrides hebben qua wegenbelasting een vergelijkbaar toekomstperspectief als de volledig elektrische auto. Tot 2024 betaal je de helft van de ‘normale’ wegenbelasting. Bij PHEV’s is het aanwijzen van de ‘normale’ wegenbelasting eenvoudiger dan bij EV’s: plug-ins hebben immers altijd een verbrandingsmotor aan boord. Daardoor weet je ook wat de normale wegenbelasting is van die auto.
Een voorbeeld: iemand heeft in Noord-Holland een Volkswagen Golf GTE gekocht. Dit is een PHEV met een benzinemotor die 1.500 kilo weegt. De provincie is hier relevant vanwege de provinciale opcenten, die per provincie verschillen. Deze provinciale opcenten zijn een deel van de wegenbelasting dat direct naar de provincie gaat.
Omdat je weet dat een PHEV de helft kost van de ‘normale’ variant, moet je in dit geval kijken naar de MRB van een benzineauto die 1.500 kg weegt. In Noord-Holland betaal je voor zo’n auto in 2022: €217 per kwartaal. De helft daarvan is weer €18,50 en dus het MRB-bedrag van een Golf GTE in Noord-Holland.
Ook dit gaat de overheid veranderen. In 2025 gaat de wegenbelasting op een PHEV omhoog van 50% naar 75% van het ‘normale tarief’. Zo’n Golf GTE kost dan per kwartaal €162,75, uitgaande van de huidige cijfers. Een jaar later is de korting op de MRB zelfs helemaal weg. Dan betaal je als PHEV-eigenaar dus precies hetzelfde als iemand in een benzineauto.
Conclusie
De conclusie is dat EV’s (en plug-ins) in ieder geval qua wegenbelasting aantrekkelijk zijn voor particulieren. Een elektrische auto kost qua wegenbelasting immers geen ene cent. Daar komt alleen wel verandering in, want vanaf 2026 is die speciale positie voor elektrische auto’s helemaal weg. Een EV gaat dan qua mrb hetzelfde kosten als een doodnormale benzineauto. Sterker nog, omdat een elektrische auto vaak zwaarder is, gaan ze qua wegenbelasting eigenlijk meer kosten dan de benzinevariant. Dit geldt ook – weliswaar in mindere mate – voor de plug-in-hybride.
Zoals gezegd kan de overheid dit nog veranderen. Mogelijk is deze waarschuwing dus over 3 jaar niet meer zo relevant. Maar het is wel iets om in het achterhoofd te houden, als je een elektrische auto of PHEV voor op de lange termijn wil aanschaffen.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.