De Volvo S60 is de spannendste auto die de Zweden bouwen, nog altijd heel degelijk.
Voor langere tijd weet Volvo perfect ‘tussen de segmenten’ in een auto aan te bieden. Neem de Volvo 850 bijvoorbeeld. De auto verving de 700-serie. De auto zat een beetje tussen een Audi A4– en Audi A6-concurrent in. Qua luxe, ruimte en comfort schurkte de auto dicht tegen een A6 aan, maar de prijsstelling lag meer in het midden van die twee.
Inhoudsopgave
BMW 3 Serie-alternatief
De opvolger van de 850, de V70, deed dat kunstje over. Premium E segment ruimte voor iets meer dan een D segment prijs. Met de sedans daarentegen, concurreerde Volvo wél direct met e concurrentie. De S80 was een directe tegenstrever van de BMW 5 Serie en de in 2000 te verschijnen S60 was een 3 Serie-concurrent.
Introductie Volvo S60
De Volvo S60 kwam in 2000 op de markt. Het was in feite een sedan-versie van de V70, dat op zijn beurt weer een stationwagon-versie was van de Volvo S80. De eerste generatie ‘P2’ had net als de V70 en S80 een McPherson-ophanging voor en multilink-ophanging achter. Qua maatvoering was de S60 4,57 meter lang, 1,80 meter breed en 1,42 meter hoog. De S60 was weliswaar korter en lager dan de V70, de breedte was krek eender.
Vijfcilinders
Net als de V70 was de S60 louter leverbaar met vijfcilinders. De instapper was een 2.4 liter met 140 pk, een versie met 170 pk ws tevens leverbaar. Je kon kiezen tussen een automaat en handbak. De meeste gebruikte S60’s die verkocht waren hebben deze motoren onder de kap. Er waren twee krachtigere versies: een 2.4T (200 pk) en een T5 (250 pk). De 2.4T was tevens met vierwielaandrijving leverbaar, de 2.4 met 140 pk als LPG-versie (en later zelfs CNG!).
Volvo S60 R
In 2001 lanceerde Volvo zijn eerste echte eigen zelfontbrander, de D5. Deze vijfcilinder diesel was destijds een enorme stap vooruit ten opzichte van de concurrentie. De vijfcilinder was zeer krachtig, behoorlijk zuinig en vooral belangrijk: heel erg welgemanierd. Minder krachtigere 2.4D versies kwamen later. De leukste en dikste versie was natuurlijk de S60 R. Het was een sport-variant met een 2.5 liter grote turbomotor met 300 pk en 400 Nm. Deze was voorzien van een zesbak en vierwielaandrijving. In 5,7 seconden kon je naar de 100 km/u knallen en de topsnelheid was begrensd op 250 km/u. De eerste generatie S60 werd in 2004 gefacelift en af en toe ietsje bijgeslepen. Pas in 2009 ging dit type uit productie.
Tweede generatie Volvo S60
De tweede generatie S60 (P3) werd geïntroduceerd in 2009 en de levering startte in mei 2010. Het eerste dat opviel was het design. De eerste S60 was naar Volvo-begrippen sexy en sportief, maar deze generatie ging nog een stap of twee verder. De neus was voor velen even wennen, maar die achterkant met brede schouders was duidelijk Volvo. Dat gold ook voor het interieur dat strak, fraai en hoogwaardig was. Opvallend genoeg is het technisch gezien eigenlijk géén Volvo.
EUCD-platform
De auto staat namelijk op het EUCD-platform van Ford Motor Company. Ford was nog eigenaar ten tijde van de ontwikkeling van de auto. De Volvo maakt gebruik van hetzelfde platform als de Ford S-Max, Mondeo en Galaxy. De eerste Volvo met dit onderstel was de S80 in 2006, de V70 volgde in 2007 de S60 dus in 2010. Nu was de Mondeo een van de beter rijdende auto’s in zijn segment, dus een schande is het absoluut niet.
Vier- en zescilinders
Qua motoren werd het ietsje diverser bij de S60. Denk aan vier- en zescilinder-motoren, naast de vertrouwde vijfcilinder. De T3 (150 pk) en T4 (200 pk) en T5 (240 pk) waren nu viercilinders. De T6 was een 3.0 zes-in-lijn turbo met 306 pk. Wilde je een vijfcilinder, dan moest je een diesel kiezen. De Drive en D2 motoren waren voorzien van een 1.6 diesel die je eigenlijk altijd moet vermijden: niet betrouwbaar en niet krachtig voldoende. De D3 (163 pk) werd rond 2012 opgevolgd door de D4, die ook 163 pk had. De D5 leverde meteen 205 pk, eventueel zelfs naar de voor- en achterwielen. Met de jaren werden deze motoren allemaal iets aangepast. In 2013 werd de S60 gefacelift waarbij met name het front wat rustiger vormgegeven was, meer zoals men van een Volvo verwacht. De leukste uitvoering was de Polestar. Eerst met een 350 pk sterke zescilinder, later met een 367 pk sterke viercilinder met turbo én compressor.
Minder Ford-genen
Die laatste motor zien we terug komen bij de derde generatie S60. Volvo was inmiddels overgenomen door Geely. Er waren dus telkens minder Ford-genen. De eerste auto die geheel los van Ford werd ontwikkeld was de XC90. De derde generatie S60 verscheen in 2019 en was volgens de zelfde leest geschoeid. Dus een zeer strak doch sierlijk ontwerp, Thor-koplampen en een zeer fraai interieur dat meer weg heeft van een luxe lounge dan een autointerieur. De derde generatie S60 wordt in de VS geproduceerd.
Louter benzine
Het is de eerste Volvo die niet met een dieselmotor wordt aangeboden. Allemaal zijn het viercilinder met 163, 197 of 250 pk (T3, T4 of T5, later aangeduid met een B in plaats van T). De vorige S60 was niet als PHEV leverbaar, in tegenstelling tot de vorige V60. De S60 is er met drie plug-in hybride aandrijflijnen. De eerste is de T6, die met een systeemvermogen van 340 pk meer dan voldoende krachtig is. Toch is er ook een S60 T8, die zelfs 390 pk tot zijn beschikking heeft. De S60 Polestar Engineered is de snelste en sportiefste versie. Deze levert 415 pk. Alle PHEV S60’s hebben vierwielaandrijving.
