Volvo is een Zweeds automerk dat veiligheid erg hoog in het vaandel heeft staan. Van 1999 tot en met 2010 was Volvo eigendom van Ford, maar tegenwoordig is het in handen van het Chinese Geely.
Volvo nieuws
-
Video: Volvo-rijder vergeet in achteruitkijkspiegel te kijken
Lees meer -
Vernieuwde Lynk & Co 01 nu te krijgen bij de Volvo-dealer
Lees meer -
Welke (nieuwe) auto’s kan ik nu kopen met één Bitcoin?
Lees meer
Volvo videos
Modellen
Oprichting Volvo
Volvo is een van de oudere Zweedse automerken. Logisch, want Zweden heeft niet zo’n groot aantal automerken. Volvo wordt in 1915 opgericht, echter niet als automerk. Het is een onderdeel van SKF, de Zweedse kogellagerfabriek. Volvo is het latijn voor ‘Ik rol’, wat de herkomst (kogellagers) eenvoudig verklaart. Bij het aanvragen van het patent was het de bedoeling dat de naam in de automotive sector gebruikt zou worden, maar niet specifiek als merknaam.
De eerste auto van Volvo komt pas twaalf jaar later, in 1927: de Volvo OV4. Een enorm succes wordt het niet. Logisch, de auto is er alleen als cabrio (de O in OV4 staat voor ‘open’). De PV4 met gesloten dak is een stuk populairder in het koude Zweedse klimaat. De OV4 krijgt in eerste instantie geen opvolger, de PV4 wél. Er is een PV650 en een TR670. Die laatste is een taxi-uitvoering. Net als Mercedes maakt Volvo al snel een naam op het gebied van oerdegelijke auto’s en de taximarkt maakt daar uiteraard graag gebruik van.
Carioca
Met de PV 36 ‘Carioca’ probeert Volvo een voet aan de grond te krijgen in het hogere segment. Volvo huurt veel Amerikaanse ontwerpers en ingenieurs in. Dit is te zien aan de Amerikaans aandoende ontwerpen. De PV 36 wordt geen succes, men heeft de grootst mogelijk moeite om er 500 te verkopen. De kleinere PV 51 is een groter succes. Het is het enige model dat Volvo bouwt tijdens de Tweede Wereldoorlog. Volvo denkt in deze periode al aan veiligheid. De eerste PV in 1944 heeft namelijk gelamineerd veiligheidsglas.
Het grote succes komt echter in 1947. Dat is het jaar dat de PV444 wordt geïntroduceerd. Deze auto heeft de bijnaam ‘kattenrug’ vanwege de aflopende achterzijde. Onder de motorkap vinden we bescheiden viercilindermotoren. In 1955 wordt de Amazon aan het gamma toegevoegd. Deze wordt boven de PV444 gepositioneerd. De Duett komt in 1953 op de markt is in feite een stationwagon-versie van de PV-sedan.
PV544
In 1958 loopt de PV444 over naar de PV544. Rond deze periode (in 1959) wordt de veiligheidsgordel gemeengoed. Volvo heeft het patent hierop en geeft het vrij voor andere merken om te gebruiken. Dit model blijft tot 1965 in productie. Er worden 440.000 exemplaren van verkocht. Bijzonder is de in 1962 geïntroduceerde P1800, wederom een Amerikaans gestileerde coupé (en later ook shooting break).
De PV544 wordt opgevolgd door de compleet afwijkende Volvo 140. Deze was er als 142, 144 en 145. Daarbij staat de 1 voor de serie, de 4 voor het aantal cilinders en het laatste getal voor het aantal deuren. Dus een 164 is een 100-Serie met 6 cilinders en 4 deuren, terwijl heen 145 een stationwagon met viercilinder is. Volvo maakt furore met sobere auto’s met hoekige styling.
Overname Daf
In de jaren ’70 neemt Volvo de personenwagendivisie van het Nederlandse Daf over. Dat is ook te zien aan de auto’s. De Daf 66 wordt namelijk de Volvo 66. Een klein, olijk autootje dat nog altijd in Born gebouwd wordt. Zelfs de CVT-automaat (een Daf-uitvinding) is identiek aan de Daf-auto’s. Daf was al behoorlijk ver met een groter model, de Daf 77. Deze zal uiteindelijk als Volvo 343 op de markt verschijnen. De Volvo 343 wordt uiteindelijk opgevolgd door de 340 en 360. Van 1976 tot 1991 worden deze 300-series gebouwd in Nederland.
In de jaren ’70 en ’80 pakt Volvo groots uit met de hoekige auto’s. De 240 is er als sedan, coupé en uiteraard als stationwagon. Ook de 700-serie kan in verschillende carrosserievarianten besteld worden. Er is een 740 met viercilinder en 760 met zescilinder. De 780 heeft geen achtcilinder, maar is de coupé-versie van de 700 met Bertone-koetswerk. Dit is de opvolger van de 262C, die eveneens bij Bertone vandaan kwam.
Volvo 850
De grote ommekeer voor Volvo komt in de jaren ’90. In eerste instantie in 1993 met de Volvo 850. Voor de voorbijganger is het wederom een grote hoekige Zweedse blokkendoos. Echter, de techniek is compleet anders. De stokoude achterwielaangedreven platforms worden vervangen door een nieuw voorwielaangedreven basis. Dit zorgt voor een veiliger weggedrag en (nog) meer ruimte in het interieur. De 700-serie wordt opgevolgd door de 900-serie die wederom als 940 (viercilinder) en 960 (zescilinder) leverbaar is.
De 850 kun je het beste zien als opvolger van de 200-serie. Het meest bijzonder zijn echter de sportieve varianten: de T-5, T-5R en R. Deze hebben vijfcilinder turbomotoren met ver over de 200 pk en dragen bij aan een veel sportiever imago van het merk. Al helemaal als Jan Lammers ermee gaat racen. Op deze manier kan Volvo een iets jonger (of minder oud) publiek aan spreken. Dat doen ze mede met de nieuwe generatie kleine middenklassers.
NedCar Volvo’s
Volvo werkt al sinds de laten jaren ’70 samen met Renault. De motoren uit de Dafjes en daaropvolgende Volvo’s uit de 300- en 400-serie zijn afkomstig van Renault. De twee fabrikanten ondersteunen elkaar daar waar nodig. Zo zijn er diverse Renault-diesels en kun je de Safrane met een vijfcilinder Volvo-motor bestellen. Belangrijker misschien wel is een joint-venture met Mitsubishi. Omdat auto’s importeren vanuit Japan duur is, wil Mitsubishi in Europa voor Europa produceren. Volvo zoekt nog een partner voor de opvolger van de 400-serie. De twee werken samen met het NedCar-project. Dat betekende: in Nederland gebouwde Volvo’s en Mitsubishi’s.
De Volvo S40 en V40 zorgen voor nog een nieuw fenomeen. Er is een nieuwe naamgeving, namelijk. De S staat voor sedans en de V voor Estates. Het cijfer erachter geeft min of meer aan waar de auto in het portfolio gepositioneerd staat. De Volvo 850 wordt gefacelift en mag verder als S70 en V70. Een C70 Cabriolet én Coupé maken die familie compleet. De 900-serie wordt voor een korte periode omgedoopt tot S90 en V90.
Ford
In 1999 wordt Volvo overgenomen door Ford. Dit mist zijn uitwerking niet op het modelgamma. Volvo had al grootste plannen, maar dankzij financiële injecties van Ford kunnen ze sneller op de markt komen. Volvo is er vroeg bij met de Volvo V70 XC, de Cross Country. Dat is een soort cross-over-versie van de V70. Een échte SUV staat in 2002 te schitteren. De Volvo XC90 is een fullsize SUV (in Europa althans). Deze auto is net zo praktisch als een grote terreinwagen, maar aanzienlijk comfortabeler en veiliger. De auto is namelijk niet voorzien van een ladderchassis, maar van een zelfdragende carrosserie. In tegenstelling tot Porsche en BMW (die met de Cayenne en X5 hetzelfde doen) gooit Volvo het niet op maximale prestaties, maar juist op gebruiksvriendelijkheid, comfort en veiligheid. De XC90 is ook uniek en trendsettend vanwege de zeven zitplaatsen, iets wat later gemeengoed zou worden in deze klasse.
Dat Ford eigendom is van Volvo is te zien aan de techniek van de auto’s. De C30/S40/V50/C70 staan op hetzelfde platform als de Focus en de S60/V60/V70/S80/XC60 op een Mondeo-bodemplaat. De samenwerking met Ford is ook de reden waarom je ineens diesels van PSA (Peugeot en Citroën) voorbij ziet komen. Die ontwikkelt Ford namelijk samen met de Fransen. Het grootste succesverhaal van de Ford en Volvo is waarschijnlijk de XC60. Voor lange tijd staat deze auto bovenaan de verkooplijsten in zijn klasse.
Volvo en Ford scheiden in 2010 alweer hun wegen. De financiële crisis hakt er hard in bij de Amerikaanse fabrikanten. General Motors en Chrysler moeten hun hand ophouden. Ford heeft voldoende reserves om te overleven, maar moet zich dan wel ontdoen van enkele automerken. De complete ‘Premier Auto Group’ komt daarmee te vervallen. Aston Martin gaat naar een privé consortium, Jaguar en Land Rover gaan naar Tata en Volvo wordt overgenomen door Geely.
Geely
Onder Geely, een Chinees automerk, kan Volvo zich iets meer uitleven dan onder het juk van Ford. Daarbij is het opvallende dat Volvo zich vrij snel voorbereid op de toekomst. Er komt een nieuw schaalbaar platform dat voorbereid is op kleine verbrandingsmotoren met eventuele ondersteuning van elektrische motoren. Ook wordt er meer aandacht gegeven aan het design van het in- en exterieur. Daarnaast blijft Volvo zich inzetten voor het milieu en veiligheid. Daar worden de auto’s overigens niet leuker van. Zo wordt de maximumsnelheid van Volvo’s begrensd op 180 km/u en is een 2.0 viercilinder het maximum qua verbrandingsmotoren. Diesels worden in de ban gedaan. Dankzij het platform (en het versnelde afscheid van conventies) kan Volvo relatief snel overschakelen naar volledig elektrische auto’s. De eerste is de XC40 Recharge.
Tegelijkertijd richt Volvo ook een apart merk op voor elektrische modellen: Polestar. Die naam kennen we als raceteam en performance label van Volvo. Het eerste model, de Polestar 1, is nog een hybride, maar daarna legt Polestar zich volledig toe op EV’s. Dit betekent niet dat Volvo zelf geen elektrische auto’s uitbrengt. In 2023 is daar de EX90, de eerste zelfstandige EV van Volvo. De EX90 oogt heel vertrouwd, omdat het de opvolger is van de XC90. De futuristische ontwerpen laat Volvo over aan Polestar.