De Lexus GS is de BMW 5 Serie-killer uit Japan.
De introductie van Lexus bracht heel erg veel teweeg. Dat Toyota in staat was om puike auto’s te bouwen, dat wisten we wel eind jaren ’80, begin jaren ’90. Dat een Camry (bijvoorbeeld) zelfs erg luxe en verfijnd kon zijn, was ook geen verrassing. Dat Lexus echter zo snel de aansluiting gevonden zou hebben, hadden ze niet eens bij Lexus verwacht. De Lexus LS werd dankzij een sterke Yen heel erg duur. Toyota hield er daarom rekening mee dat de LS niet zijn targets zou halen. Niets was minder waar: de LS bleek een succes te zijn.
Inhoudsopgave
Meer modellen
Al snel rees de vraag: waarom niet meer modellen? Mercedes en BMW verkochten immers ook genoeg auto’s die kleiner waren dan de S-Klasse en de 7 Serie. In de VS bracht men de ES250 op de markt, een omgekatte Camry Prominent. De verschillen tussen de Camry Prominent en ES250 waren erg klein. Om de naam Lexus kracht bij te zetten, moest er een échte Lexus komen.
Eerste generatie Lexus GS
Die auto was de Lexus GS (modelcode: S140). De auto arriveerde in 1991. Voor het design (toen nog niet het sterkste punt bij Japanse fabrikanten) klopte Lexus aan bij Giorgetto Giugiaro. De Italiaan paste het ontwerp van de Jaguar Kensington toe. Deze concept car was een vingeroefening met een Jaguar-logo. Aangezien Jaguar geen intentie had om er wat mee te doen, kon Giugiaro het ontwerp opde Lexus GS toepassen. Volgens Giugiaro was men al langer bezig met de compactere Lexus en was het slechts ‘toeval’.
E-segment
De Lexus GS moest het opnemen tegen de luxere auto’s uit het E-segment, zoals de Audi A6, BMW 5 Serie en Mercedes-Benz E-klasse. Aanvankelijk was de Lexus enkel leverbaar met een drie liter zes-in-lijn motor. Deze 24 klepper was goed voor meer dan 220 pk, een serieus hoog aantal voor een atmosferische motor in die periode. In Japan werd de GS verkocht als Toyota Aristo. Deze was daar te koop met de 2JZ-GTE motor, de zes-in-lijn uit de Supra Twin Turbo. In 1992 werd er een 4.0 V8 aan het gamma toegevoegd. In Nederland moesten we het echter doen met de zescilinder.
Tweede generatie Lexus GS
De tweede generatie Lexus GS (de S160 voor intimi) arriveerde in 1997. Dankzij de dubbele koplampen en bolle achterzijde leek de Japanse sedan wel iets op de Mercedes-Benz E-Klasse van de W210-generatie. Nu was dat model nog maar net op de markt en de kost het meestal een paar jaar om een auto te ontwikkelen, maar het was opmerkelijk dat er wederom een Lexus leek op zijn concurrent. Opnieuw heette dit model in Japan de Toyota Aristo (Lexus bestond immers nog niet in Japan in de jaren ’90).
Achtcilinder
In Japan kon men wederom kiezen voor de biturbo zescilinder Supra-motor. Op de Amerikaanse markt was een 4.0 V8 leverbaar. Voor ons Nederlanders was enkel de 300 beschikbaar. Althans, tot 2000. Toen werd het model voorzien van een subtiele facelift. De 4.0 V8 werd vervangen door een 4.3 V8 (uit de LS430). De naam veranderde van GS400 naar GS430. Deze werd wél in Nederland verkocht.
Derde generatie Lexus GS
De derde generatie van de Lexus GS zag in 2005 het levenslicht. Dit model was veel strakker qua styling. Ook had de auto minder elementen van andere merken en dus meer een eigen gezicht. De chroomranden om de koplampen waren een herkenbare feature. Aanvankelijk was er keuze uit twee motoren: een 3.0 V6 met 249 pk verving de 3.0 zes-in-lijn, die inmiddels vrij oud was.
De GS430 behield zijn V8 met 284 pk. In 2006 voegde Lexus de GS450h (345 pk) aan het gamma toe: een combinatie van een dikke V6 én elektromotor. Hierdoor kon je (eventueel) erg zuinig rijden of juist heel erg snel. 0-100 km/u was gedaan in 5,9 seconden. In 2007 werd het model subtiel gefacelift. De GS4320 werd vervangen door de GS560, met een 4.6 liter V8, goed voor 347 pk en een 0-100 km/u van 5,8 tellen. Deze auto’s zijn bijzonder zeldzaam in Europa.
Vierde generatie Lexus GS
In 2014 was het tijd voor een compleet nieuwe Lexus GS. Het design was een stuk meer uitgesproken dan bij zijn wel erg discrete voorganger. Er waren nu slechts twee motoren leverbaar, beide toevallig ook een hybride. De V6 en V8 werden bedankt voor hun diensten.
De GS300h combineerde een 2.5 viercilinder met elektromotor. Deze combinatie was goed voor 223 pk, in principe voldoende voor Nederland, alhoewel de topsnelheid van 190 km/u in deze klasse erg laag is. Dat gold overigens ook voor het verbruik van 1 op 20,4. De GS450h was aanzienlijk minder zuinig, maar ook aanzienlijk sterker en sneller.
GS-F
In 2016 werd het model gefacelift. Nog minder dan voorheen was de Lexus GS onopvallend te noemen. De Spindle-grille was nog groter, de koplampen nog kleiner en platter en de bumper zat vol met vouwen, streepjes en lijntjes. Naast de gebruikelijke hybrides kon je kiezen voor een Lexus GS-F, compleet met 5.0 V8 en 477 pk en 530 Nm.
Dat koppel verraadt al een beetje dat de motor atmosferische was. Dat wil zeggen: geen turbo’s of superchargers. Daarmee was de Lexus GS-F de laatste in zijn soort. In 2018 wordt de Lexus GS uit de Nederlandse prijslijsten geschrapt. Sterker nog: het doek valt wereldwijd voor de GS. De ES, die altijd al enigszins overlapte met de GS, neemt het stokje over in het E-segment.
Artikelen
Meer lezen? Hieronder vind je de laatste artikelen over de Lexus GS.