De Hyundai i10 is een bijzonder populaire allemansvriend in Nederland.
De Zuid-Koreaanse automobielindustrie heeft enorme stappen gemaakt in een relatief korte korte tijd. In de jaren ’90 waren Hyundai’s, Kia’s en Daewoo’s nog echte budget-auto’s. Daar was op zich niets mis mee, maar niemand kocht een Koreaan omdat ze er eentje wilde. In veel gevallen kreeg je voor hetzelfde geld een grotere auto, met meer uitrusting en een sterkere motor. Op het gebied van verfijning en imago moest je dan inleveren.
Inhoudsopgave
Betrouwbaarheid
In het geval van Hyundai kwam er nog wat bij kijken: betrouwbaarheid. Net als veel Japanse merken was ook het Zuid-Koreaanse Hyundai er uiterst bedreven in om betrouwbare auto’s te bouwen. Niet heel gek, voor de techniek werkten ze vrij veel samen met Mitsubishi.
De grote Hyundai’s hadden het zwaar in de verkopen: de loerende afschrijving was immens en auto’s als de Elantra, Sonata en XG konden zich niet meten met de Europese en Japanse tegenstrevers. Maar bij kleine auto’s maakt dat veel minder uit. Dan is een lage kilometerkostprijs een belangrijk verkoopargument.
Hyundai Atos
Wat dat betreft scoorde Hyundai een homerun met de Atos, de voorloper van de i10. Van origine heette dit model ‘Atoz’ als in ‘van A tot Z’ (A to Z). Lekker marketing, heren. Het sloeg uiteindelijk niet heel erg aan. De eerste Atos kwam in 1998 op de markt en was een hoog en smal wagentje. In 1998 kwam daar de Atos Spirit bij, deze was iets vlotter vormgegeven. De gewone Atos werd met de komst van de Spirit omgedoopt tot Atos Multi.
In 2003 werden beide modellen opgevolgd door één model dat gewoon ‘Atos’ heette. Ook dit model was een klein hitje. Dankzij de hoge instap en de leverbare automaat was de Hyundai Atos populair bij senioren. Dankzij de lage kosten en vijf aanwezige deuren was het ook een graag geziene tweede gezinsauto.
Eerste generatie Hyundai i10
Ondanks dat de Atos best populair was, was het niet een bijzonder prettige auto. De auto was goedkoop en dat merkte je ook aan alles. Maar Zuid-Koreaanse fabrikanten ontwikkelen enorm snel. In 2007 stond de opvolger al klaar, die nu Hyundai i10 werd genoemd.
Het is goed dat Hyundai koos voor een nieuwe naamgeving. Niet alleen omdat de gehele range over ging op een ‘letter-twee-cijfers’-naamgeving, maar ook omdat het verschil met de Atos immens was. Het leek alsof er een generatie werd overgeslagen.
Gebakje
Natuurlijk, het was nog altijd een relatief smal, hoog en kort gebakje. Maar het interieur was nu veel strakker in elkaar gezet. De zitpositie was beter, het comfort stond op een hoger peil en er was zowaar sprake van geluidsisolatie. De eerste generatie Hyundai i10 (die wordt aangeduid als ‘PA’) was iets meer dan 3,5 meter lang. Dankzij de hoogte en de rechte zitpositie kwam de auto niet over als extreem klein.
Facelift
De extra breedte (70 millimeter ten opzichte van de Atos) zorgde voor een interieur waarin het prettiger vertoeven was. Er was keuze uit een 1.1 of 1.25 motor. Beide motoren kon je krijgen met een automaat. In 2010 werd de i10 grondig gefacelift. De neus was nu aanzienlijk moderner en paste zo keurig bij de rest van de line-up van Hyundai.
De 1.1 werd in 2012 vervangen door een 1.0 motor. Er was altijd een sterkere 1.2 leverbaar. De automaat was nu alleen te verkrijgen op de 1.2. De 1.0 had wel een troef achter de hand: met een vanafprijs van zo’n 9 mille was het destijds een van de goedkoopste auto’s op de Nederlandse markt.
Tweede generatie Hyundai i10
De tweede generatie Hyundai i10 stond in 2013 in de showrooms. Vanwege de ingrijpende facelift van het uitgaande model leek het verschil niet enorm te zijn. Echter, dat kwam voornamelijk door het front. Aan de zijkant was duidelijk te zien dat er wel degelijk verschillen waren. Er was nu geen keuze uit aggregaten, alle i10’s hebben een 1.0 motor met 66 pk.
Een automaatje was wederom mogelijk. Wel ging het verbruik er enorm op achteruit met automaat, waardoor het C-label veranderde naar een G-Label. Aangezien de nieuwprijzen belast worden met CO2-taks, waren de i10’s met automaat ineens veel duurder: zo’n 4.000 euro extra. Dat is een hoop geld voor een auto van 10.000 euro.
De i10 kreeg in 2017 een bescheiden facelift. De automaat was nu alleen leverbaar op de 1.0 Comfort uitvoering en koste bijna 18.000 euro, terwijl de versie met handbak voor iets meer dan 13 mille in de prijslijsten stond.
Derde generatie Hyundai i10
Op kleine auto’s valt relatief weinig te verdienen. De ontwikkelings- en productiekosten van een A-segment-auto zijn niet heel anders ten opzichte van een B-segment auto. Veel fabrikanten keren het A-segment dan ook de rug toe. Zo niet Hyundai, want in 2020 lanceren ze een compleet nieuwe generatie, de i10 ‘LA’. Voor het eerst ziet de i10 er funky uit. Het is nog steeds een functionele hatchback (altijd de USP geweest), maar er is nu iets meer budget vrijgemaakt om het lekker te laten smoelen.
Flink gegroeid
De nieuwe i10 is flink gegroeid en heeft wederom een volwassener interieur met onder andere een 8 inch infotainmentscherm en optioneel zelfs een premium geluidsinstallatie. Er zijn vier motoren voor de i10. Een 1.0i driecilinder (66 pk), een 1.2 viercilinder (niet voor Nederland), een 1.0 T-GDI driecilinder (wel voor ons) en een driecilinder diesel, die dan weer niet naar ons land toekomt. In de tussentijd is de Hyundai i10 de Atos voorbijgestreefd. In Nederland werden er meer dan 40.000 Hyundai’s Atos verkocht, maar van de i10 zijn dat er al meer dan 71.000.
Artikelen
Meer lezen? Hieronder vind je de laatste artikelen over de Hyundai i10.