De supercar voor de gentleman: de Aston Martin DB11.
Er is ooit een tijd geweest dat het er niet bepaald florissant uitzag voor het Britse Aston Martin. In de jaren ’80 stond het merk op het randje van faillissement. Natuurlijk was de overname van Ford de redding.
Inhoudsopgave
Aston Martin DB7
Dat kwam met name doordat er toen kapitaal vrijkwam voor een kleiner, goedkoper model: de DB7 in 1994. Naar Aston Martin-maatstaven was de DB7 vrij compact, bescheiden en goedkoop. Er was nu een concurrent van Aston Martin voor auto’s als de Porsche 911 en Mercedes SL. De DB7 was een schot in de roos: er werden er meer dan 7.000 exemplaren van gebouwd.
Aston Martin DB9
In 2004 stond de opvolger klaar: de DB9. Deze was zo mogelijk nog fraaier: laag, breed, eenvoudige lijnen en mooie proporties. In tegenstelling tot de DB7 waren er geen zichtbare onderdelen van andere auto’s, terwijl de DB7 bijvoorbeeld de achterlichten van de Mazda 323F had. De DB9 was tevens de eerste Aston Martin die in de nieuwe fabriek in Gaydon gebouwd werd.
VH-platform
De DB9 was enorm belangrijk voor Aston Martin. Het VH-platform werd gebruik voor een enorm aantal verschillende modellen en derivaten zoals de V8 Vantage, V12 Vantage, Rapide, Virage en Vanquish. In totaal zijn er meer dan 16.500 exemplaren van gebouwd, de diverse afgeleiden níet mee gerekend.
Aston Martin DB10
Als je logisch zou tellen, kom je na DB9 uit op DB10. Toch is de DB10 niet helemaal de opvolger van de DB9. De DB10 is een speciaal geval. De auto werd gebouwd voor de James Bond-film Spectre. Naast de tegenvallende achtervolging was de auto bijzonder slecht gekozen: een Brits geheim agent in een sportwagen waar er slechts tien van gebouwd zijn. Onderhuids is het gewoon een Aston Martin V8 Vantage met langere wielbasis. Er zijn 10 exemplaren aan het publiek gebouwd, waarvan er 8 zijn gebruikt voor de opnames. De overige twee zijn later verkocht aan particulieren.
Aston Martin DB11
In 2016 wordt de DB9 dan ein-de-lijk opgevolgd. De roep om een opvolger is er al wat langer, aangezien het model 11 jaar in productie is. Nu is dat voor een Britse GT niet extreem lang, maar aangezien alle andere Aston Martin-modellen afgeleiden waren van de DB9 en ook de styling voor een groot gedeelte overeenkwam, was men toe aan wat nieuws. Dat kreeg het publiek: de DB11 was namelijk compleet anders. Aan de neus was nog duidelijk de evolutie te zien: een lage motorkap, met fraai welvingen en die karakteristieke grille.
Exterieur
Het was de achterzijde waarbij alles anders was ten opzichte van de DB9. Met name de achterlichten die nu een lange balk lijken te zijn, vielen er op. Ook de C-stijl was minder geprononceerd. Dat effect kon versterkt worden door het dak in het zwart te bestellen. De Aston Martin DB11 is daarmee beduidend minder ingetogen dan zijn voorgangers. Opvallend detail zijn de Aeroblade-intakes. Die zitten direct tegen de voorste wielkasten aan.
Interieur
Ook het interieur van de Aston Martin DB11 was compleet nieuw. Nu was de basis-opzet van het design zeker niet verkeerd en best tijdloos, maar dat gold absoluut niet voor de elektronica en infotainment, die destijds nog van Volvo werden overgenomen. Helaas waren dat ook al ouderwetse systemen in vergelijking met dat van de concurrentie. Dus net als voorheen werd er enorm veel gebruik gemaakt van leer, hout, glas, aluminium en zo min mogelijk plastic. Het geheel werd ook iets bonter vormgegeven.
Nieuwe bodemplaat
In technisch opzicht was de DB11 compleet anders. Ditmaal werd het VH-platform niet gebruikt. In plaats daarvan kreeg de DB11 een nieuwe bodemplaat. Deze is bijna geheel uit aluminium opgetrokken. Ook het koetswerk met de ‘schelpvormige’ motorkap (de zogenaamde clamshell) was grotendeels uit aluminium vervaardigd.
Downsizing
De tijden veranderen en ook dit edele Britse merk moest aan downsizing doen. De atmosferische 6.0 V12 werd bedankt voor zijn diensten en in plaats daarvoor kwam er een compleet nieuwe 5.2 biturbo V12. Dankzij de turbotechniek zijn er drie voordelen: meer vermogen (608 pk), veel meer koppel (700 Nm) en een lager verbruik (1 op 8,8 gemiddeld). Normaliter is het nadeel een geringere geluidsproductie, maar daar was bij de Aston Martin DB11 niet veel van te merken.
AMG V8
In 2017 voegt Aston Martin een nieuwe instapmotor toe aan het gamma van de Aston Martin DB11. De motor is afkomstig van Mercedes–AMG, een 4.0 V8 met twee turbo’s, goed voor 510 pk en 675 Nm. Deze motor kennen we in een soortgelijke specificatie uit de Mercedes-AMG GT en C 63 S. In Nederland is deze variant met ongeveer €230.000 zo’n 45 mille goedkoper dan de V12. Qua prestaties scheelt het niet gek veel: beide gaan in zo’n 4 seconden naar de 100 km/u, op hogere snelheid heeft de V12 meer over. De V12 loopt 322 km/u, de V8 maximaal 300 km/u.
DB11 Volante
De V8 is de enige motorkeuze in de Aston Martin DB11 Volante, de cabriolet. De auto behoudt zijn 2+2 configuratie. Het is ook meer een sportief ingestelde GT dan een echte sportwagen, dus de koppelrijke V8 van AMG past uitstekend bij de auto. De Volante is 100 kg zwaarder dan de coupé en heeft iets minder bagageruimte.
DB11 AMR
De vierde variant is de Aston Martin DB11 AMR. AMR staat voor Aston Martin Racing en is het sportlabel van het Britse merk. De DB11 AMR is gebaseerd op de V12 en vervangt die laatste ook. Op deze manier kan er een iets groter gat geslagen worden tussen de V12 en de V8.
De DB11 AMR heeft 640 pk tot zijn beschikking en is een tandje sneller dan de uitgaande V12, met 0-100-tijd van 3,5 seconden en een top van 335 km/u. Voor wie méér wil, is er ook een DBS Superleggera, maar dat is een ander type auto met een ander prijskaartje.
Artikelen over de Aston Martin D11
Hieronder vind je een overzicht van de artikelen over de Aston Martin DB11 op Autoblog.