McLaren is een prestigieus raceteam én sportwagenbouwer. Na de legendarische McLaren F1 en de SLR McLaren timmeren ze sinds 2010 hard aan de weg als supercarbouwer. McLaren heeft inmiddels een uitgebreid modellengamma.
McLaren nieuws
-
Je hoeft geen McLaren W1 te hebben om dit horloge te scoren
Lees meer -
McLaren Senna, hoe rijdt dat eigenlijk?
Lees meer -
Deze 10 snoepjes verschenen vorige maand op kenteken!
Lees meer
McLaren videos
Modellen
Inhoudsopgave
Oprichting McLaren
McLaren kun je in principe zien als een soort Brits Ferrari. Net als bij Ferrari staat de autosport in eerste instantie bovenaan, de straatauto’s komen later pas. McLaren wordt in 1963 opgericht door de Bruce McLaren, een Nieuw-Zeelander. Het raceteam richt zich op Formule 1 en de spectaculaire Can-Am competitie.
Met name aan het einde van de jaren ’60 gaat het McLaren voor de wind. Vanaf 1967 begint de dominantie in het Can-Am kampioenschap en in 1968 wordt de eerste GP gewonnen. Helaas komt Bruce McLaren te overlijden tijdens een crash in 1970. Entrepeneur Teddy Mayer neemt de leiding van het bedrijf over en zet de sportieve successen voort.
Can-Am Racing – M6GT
Helaas zette Mayer niet het straatauto-programma voort. Bruce McLaren had namelijk de M6GT ontwikkeld. Dat was bijna een raceauto voor de straat. De M6GT was gebaseerd op de M6A, een open Can-AM racer. De GT-versie had een dak en het idee was om de auto aan te passen voor de Group 4-raceklasse, waaronder Le Mans. Zover zou het nooit komen helaas. Er zijn twee M6GT’s omgebouwd tot straatauto. De motor was een 5.7 liter V8 met zo’n 400 pk. Het gewicht van de auto was enorm laag, waardoor het de snelst accelererende auto van zijn tijd zou zijn geweest. Helaas nam Teddy Mayer de straatauto-plannen niet mee.
Ron Dennis
In de jaren ’70 beleeft McLaren al behoorlijk successen, maar de gouden periode breekt aan in 1982, wanneer Ron Dennis om de hoek komt kijken. De Brit fuseert zijn ‘Project Four Racing’ met McLaren. Vandaar dat de McLaren’s sinds die periode ‘MP4’ hebben aan het begin van de naam. De wereldkampioenschappen worden dankzij stercoureurs als Lauda, Prost en Senna aan elkaar geregen. In 1988 is het team dermate dominant, dat ze maar één race niet winnen: de GP van Italië.
McLaren F1
In de jaren ’90 heeft het McLaren F1 team een beetje last om het gemis van de Honda-motoren op te vangen. Het hoogtepunt is op de openbare weg: in 1992 wordt namelijk de McLaren F1 gelanceerd. Designer Gordon Murray is al sinds de late jaren ’80 bezig met het ontwerpen van een driezits supersportwagen die het Ferrari’s en Lamborghini’s lastig moet gaan maken.
Vanwege de link met Honda kan Murray kennismaken met hun sportwagen, de NSX. Murray besluit dat de McLaren zoiets moet zijn, maar dan met meer vermogen. Daarvoor klopt hij aan bij Paul Rosche van BMW Motorsport. Aanvankelijk was het de bedoeling om de auto zo’n 450 pk te geven, maar de 6.1 V12 is goed voor 627 pk. De McLaren F1 is heel erg licht en vrij compact. Het zou uitgroeien tot de snelste auto ter wereld voor langere tijd. Ook wordt de 24 uur van Le Mans met de auto gewonnen.
Mercedes-Benz SLR McLaren
In de Formule 1 komt ook alles goed, mede dankzij de komst van Adrian Newey (weggekocht bij concurrent Williams). In 1998 en 1999 pakt Mika Häkkinen de wereldtitel. De McLaren F1 is dan alweer uit productie, maar Mercedes (de motorenleverancier in de F1) en McLaren werken samen aan de SLR. Ondanks de kwaliteiten van de auto, wordt deze minder goed ontvangen dan de Ferrari Enzo en Porsche Carrera GT. Dat is nu te zien aan de prijzen.
McLaren MP4-12C
Hoewel McLaren zich dus al meerdere keren heeft bezig gehouden met straatauto’s, is het aantal sportwagens van het merk op kenteken erg laag. Onder leiding van Ron Dennis moet dat veranderen. Het idee is om een sportwagen op de markt te brengen die kan concurreren met sportwagens van Ferrari en Porsche. Niet zozeer de gelimiteerd hypercars, maar juist de (iets) betaalbaardere auto’s. Het resultaat is de McLaren MP4-12C. Deze supercar concurreert met de Ferrari 458 Italia en Porsche 911 Turbo qua prestaties en prijs. De motor is een door Ricardo omgebouwde V8 (waarvan de basis van Nissan komt) met een automaat met dubbele koppeling en een bijzondere wielophanging. Het idee erachter is dat de auto vooral heel erg bruikbaar en comfortabel moet zijn én zeer capabel op het circuit.
De MP4-12C voldoet daar helemaal aan. Het enige wat de auto te verweten wordt is dat ‘ie iets te klinisch en perfect is. De open versie (MP4-12C Spider) is al iets leuker. Dankzij het ultra-stijve koolstofvezel chassis, hoeft er nauwelijks extra gewicht ter versteviging toegevoegd te worden. Helaas blijven de sportieve Formule 1-prestaties achter en wordt Ron Dennis opzij geschoven. Omdat ‘MP4’ van origine een link is met Ron Dennis, wordt de MP4-12C omgedoopt tot 12C. Niet heel erg chic richting de man die van McLaren een enorm bedrijf heeft gemaakt.
McLaren P1
De kritiek van pers en publiek werd ter harte genomen. De klinische 12C krijgt gezelschap van de meer flamboyante 650S. Deze auto is voor een groot deel identiek aan de 12C, maar heeft een expressiever koetswerk. Je zou het bijna kunnen zien als een ingrijpende facelift. Ook van de 650S verschijnt er een Spider. In 2014 lanceert McLaren een model bóven de 650S, de P1. Gezien de specificaties zou je kunnen aannemen dat het gaat om een opvolger van de McLaren F1. De P1 is wel een ander type auto dan de F1. Net als de 918 Spyder en LaFerrari is het een heuse hybride. De auto heeft meer dan 900 pk en een enorm potentieel.
Drie series
McLaren probeert de modellen te segmenteren in drie delen: Sports Series, Super Series en Ultimate Series. De 650S zit in de ‘Super Series’, de P1 in de ‘Ultimate Series’ en de nieuwste aanwinst, de 570S, valt in de ‘Sport Series’. Van alle modellen verschijnen namelijk een enorm aantal verschillende varianten. Het getal representeert elke keer het vermogen. De 570S krijgt gezelschap van de 540C, 570GT, 600LT en 620R.
In de Sport Series wordt de 650S bijgestaan door een 675LT. Beide worden op hun beurt vervangen door de 720S en 765LT, om zo een grotere afstand te creëren met de 570S-varianten. Het wordt nog wat ingewikkelder met de Ultimate Series. De P1 is de eerste, maar er volgen ook een P1 GTR en een P1 LM voor op het circuit. Bovendien is er de brute Senna en de aerodynamische Speedtail.
Al die extra uitvoeringen maken het gamma er niet overzichtelijker op. Zeker niet als je nagaat dat in principe alle McLarens gebruik maken van min of meer de zelfde biturbo V8, min of meer hetzelfde carbon chassis én een transmissie met dubbele koppeling.
Formule 1
Daarnaast is er blijkbaar iets minder aandacht voor de Formule 1-activiteiten. In 2008 wordt met Lewis Hamilton de laatste wereldtitel binnengehaald. Het team draait tot en met 2013 geregeld mee vooraan het veld. Dat verandert in 2014. Dan breekt het V6 hybride turbo-tijdperk aan. Iets wat niet goed uitpakt. McLaren werkt wederom samen met Honda (als enige team), maar in het verleden behaalde prestaties bieden geen garantie voor de toekomst. De samenwerking wordt een deceptie en McLaren eindigt het seizoen 2015 als negende. In 2016 en 2017 gaat het al aanzienlijk beter, maar McLaren stapt over naar Renault-motoren, om in 2021 over te gaan naar Mercedes-krachtbronnen, net als in de latere jaren ’90.
Artura
Qua auto’s stapt McLaren in 2021 eindelijk over op V6 hybride motoren. De Artura is de eerste van de nieuwe stijl McLarens. Het design is strakker en minder flamboyant. De motor is een compacte V6 die in eigen huis ontwikkeld is. De Artura is ook een van de eerste McLarens met een naam (in plaats van een cijfer-lettercombinatie). Uiteindelijk moeten alle McLarens dat krijgen.