Alfa Romeo is het liefhebbersmerk bij uitstek, volgens liefhebbers. Alfa Romeo bestaat al sinds 1910 en werd in 1986 ingelijfd door Fiat. Tegenwoordig maakt Alfa Romeo onderdeel uit van het megaconcern Stellantis.
Alfa Romeo nieuws
-
Groene klassieke Alfa Romeo Giulia is hemelse perfectie
Lees meer -
Bottas is een van de 33 Alfa Romeo 33 Stradale-eigenaren
Lees meer -
Deze bruikbare auto’s worden in 2025 een youngtimer
Lees meer
Alfa Romeo videos
Modellen
Inhoudsopgave
Oprichting A.L.F.A.
Als er één merk specifiek gericht is op de petrolhead, dan is het Alfa Romeo wel. Natuurlijk, Ferrari spreekt het meest tot de verbeelding als Italiaans automerk. Het was echter Enzo Ferrari die zijn racecarrière begon in Alfa Romeo’s voordat hij zijn eigen merk ging oprichten.
Alfa wordt in 1910 opgericht. Alfa is een afkorting van Anonima Lombarda Fabbrica Automobile. In eerste instantie bouwen ze auto’s met onderdelen van Darraq. Hun eerste echte eigen auto was de 24HP. In 1915 wordt Nicola Romeo de grote baas bij het merk, die in 1920 zijn achternaam toevoegt aan A.L.F.A, waardoor de naam ‘Alfa Romeo’ werd.
Alfa Romeo richt zich voornamelijk op de sportievere en duurdere auto’s. In 1923 racet Enzo Ferrari met Alfa Romeo en richt in 1929 Scuderia Ferrari op. De Italiaan is beter als teambaas dan coureur. Vanaf 1935 worden er ook bedrijfswagens en bussen gebouwd, waar Alfa al gauw veel succesvoller mee is dan met sportieve auto’s.
Na WO II: betaalbare auto’s
Na de Tweede Wereldoorlog gaat Alfa Romeo verder met de autosport. Daarnaast legt het merk zich toe op meer betaalbare auto’s voor een grotere markt, zoals de 1900 Berlina uit 1950. De 1900 was de eerste Alfa die gebouwd werd op een productielijn, zoals de T-Ford. Dit scheelde aanzienlijk in de kosten en zo kon Alfa er gemakkelijker meer van maken.
De 1900 kon de weg banen voor de auto waarmee Alfa Romeo het meest furore maakte: de Giulietta. Dit model was een stukje kleiner dan de 1900, maar daardoor ook wendbaarder en sportiever. In 1957 lanceerde Alfa de Giulietta T.I., waarmee de sportsedan officieel geboren was.
Introductie Alfa Romeo Giulia
De Alfa Romeo Giulia was de opvolger en herhaalde het succes nog eventjes. De Giulia was iets groter en met grotere motoren leverbaar. Voor de gemiddelde Europeaan was de Giulietta iets aan de krappe kant. De Italiaanse autobouwer zette met deze auto zichzelf wederom op de kaart als bouwer van sportsedans. Ook van de Giulia kwamen sportieve varianten, waaronder de Spider, Sprint, Sprint Speciale, Sprint GT, GTC Spider en Junior Z. Op de circuits maakte Autodelta het de concurrentie lastig met de GTA raceauto’s.
Jaren ’70
In de jaren ’70 legde Alfa Romeo de focus op prototype racers en saaiere auto’s. Alfa was op dat moment staatseigendom en er werden af en toe rare keuzes gemaakt. Dat wil niet zeggen dat de Tipo 33 geen fraaie en succesvolle raceauto was, de lijn met de straatauto’s was gewoon wat dunner.
De overheid had een slim plan bedacht waar beide partijen garen bij konden spinnen. Alfa Romeo had geld nodig en de overheid zat met werkloosheid in het zuiden. Dat werd opgelost met de Alfasud. Speciaal voor deze auto werd er een fabriek en joint venture in Napels opgericht. De Alfasud was voorzien van een compacte boxermotor en voorwielaandrijving.
Alfa Romeo Arna
Ondanks dat de Alfasud een relatief groot succes was, ging het niet al te best met Alfa Romeo. Dit had voornamelijk met de organisatie te maken, een terugkerend fenomeen eigenlijk. De kosten waren simpelweg te hoog en de productiviteit van de medewerkers te laag. Het ziekteverzuim bereikte extreme records en met diverse noodmaatregelen probeerde Alfa de boel boven water te houden. Een van de manieren was de Alfa Romeo Arna, een auto die voortkwam uit een samenwerking tussen Alfa Romeo en Nissan. In plaats van een briljante combinatie Alfa-styling en Nissan-techniek, koost men voor duffe Nissan-ontwerp met matige Alfa-techniek. Het werd een enorme flop.
Overname door Fiat
Gelukkig stonden er twee grote autofabrikanten klaar om Alfa Romeo over te nemen: Fiat en Ford. Ford wilde een gedeelte van Alfa overnemen en opnieuw opbouwen. Fiat wilde het complete bedrijf overnemen. Dit hield in dat Fiat ook de werknemers en salarissen over zou nemen, waardoor de keuze snel gemaakt was.
Vanaf 1986 was Alfa onderdeel van Fiat. In de jaren ’80 werden de laatste Alfa Romeo’s nog op de markt gebracht die onder eigen regie zijn ontwikkeld, zoals de 33 (opvolger van de Alfasud), 75 (opvolger van de Giulietta) en 90 (opvolger van de Alfetta).
Fiat Alfa’s
In 1988 verscheen de eerste Alfa Romeo die onder Fiat-vleugels was ontwikkeld, de 164. Een grote sedan die gebruik maakte van het Tipo 4-platform, een samenwerkingsproject tussen Fiat en Saab. Net als de 164 veroorzaakte de Alfa 155 een enorme trendbreuk, want de auto was voorzien van voorwielaandrijving. Ook de 145 (1994) en 146 (1995) waren gestoeld op Fiat techniek. Zelfs de sportieve Spider en GTV (Coupé) waren nu voorwielaangedreven auto’s.
Desondanks werden de auto’s goed ontvangen door pers en publiek. De wegligging was nog altijd bovengemiddeld sportief. De koetswerken waren veel expressiever dan in de jaren ’80 en de motoren (Twin Spark en Busso’s) waren nog echt Alfa. Tel daarbij op dat de prijzen iets lager waren dan dat van vergelijkbare BMW’s waardoor de auto’s behoorlijk succesvol waren.
Het grote succes: de 156
Het echt grote succes kwam in 1998 met de Alfa 156. Deze sedan volgde de 155. De door Walter de’Silva getekende auto was zeer fraai en gezegend met uitstekende rijeigenschappen. Het was de eerste auto met commonrail-dieselmotor (JTD), de eerste echt prettige diesels. De auto werd een enorme leasehit. De Alfa 147 hatchback deed het nog eens dunnetjes over. Beide Alfa’s werden auto van het jaar (in 1998 en 2001). In principe leek Alfa op weg om terug naar de top te gaan, maar op de achtergrond ging het beduidend minder goed.
Samenwerking General Motors
Fiat ging samenwerken General Motors om kosten te delen. Zo kon GM gebruik maken van de puike Fiat-diesels en kon Fiat gebruik maken van andere techniek van GM. De Fiat Grande Punto, Alfa Romeo Mito en Opel Corsa staan op hetzelfde platform, bijvoorbeeld. Ook de opvolger van de 156 werd ontwikkeld in samenwerking met General Motors. De Alfa 159 moest de 156 en 166 tegelijkertijd opvolgen.
De auto was erg zwaar en de meeste motoren misten de Alfa-magie. De 159 was voor Alfisten te veel een Opel en voor de gemiddelde leaserijder nog te veel een aparte auto. Ook de Mito (2008) en Giulietta (2010) konden voor Alfa Romeo het tij niet keren. In 2012 haalt Alfa de 159 uit productie zonder de auto te voorzien van een opvolger. Ook de Brera, GT, Spider en 166 krijgen allemaal geen opvolger. Alfa Romeo heeft daarmee slechts twee (!) auto’s in de showrooms staan.
2015: terugkeer Alfa Romeo Giulia
Terwijl de situatie zorgelijker wordt, komt Alfa Romeo in 2015 dan eindelijk met een nieuw model: de 4C. Terwijl het merk eigenlijk een D-segmentauto of cross-over nodig heeft, denkt Alfa Romeo dat een lichtgewicht sportwagen met een koolstofvezel chassis de beste oplossing is. Dat blijkt een misvatting. Echter, de auto wordt gebruikt als imagebooster, mede voor de Amerikaanse markt.
Alfa Romeo is namelijk bezig met een nieuw project om in de VS auto’s te gaan verkopen. In 2016 keert Alfa Romeo eindelijk terug met een middenklasser, de Giulia. Deze auto staat op het Giorgio-platform en is een rechtstreekse aanval op de BMW 3 Serie. De achterwielaandrijver is zelfs verkrijgbaar als Quadrifoglio, die de M3 van repliek moest (en kon) dienen.
Stelvio en Tonale
Op hetzelfde platform bouwt Alfa Romeo de Stelvio, een SUV in het middensegment die moet concurreren met de BMW X3 en Audi Q5. De inmiddels stokoude Mito wordt in 2018 uit productie genomen, de Giulietta volgt een paar jaar later. Weer zit Alfa met een te klein modelgamma. In 202 komt er wel uitbreiding in de vorm van de Tonale, het kleine broertje van de Stelvio. De compacte cross-over met plug-in hybride-techniek echter veel te laat, zoal gewoonlijk bij Alfa Romeo.
Plannen en F1-deelname
In de tussentijd zijn er enorm veel plannen. Meer cross-overs, meer coupés, een supercar, een nieuwe cabrio, een grotere sedan met Maserati-techniek en dergelijke. De plannen worden tussentijds toch geschrapt of uitgesteld. Intussen doet Alfa mee aan de Formule 1. Het team fungeert als junior-team van Ferrari. Het is overigens niet écht dat Alfa Romeo bezig is met de F1, ze betalen het Zwitserse Sauber zo’n 30 miljoen per jaar om hun hoofdsponsor te zijn. Daarom is het team omgedoopt tot Alfa Romeo Racing. Het wachten is nu op de volgende creatieve stap van de Italianen.