We nemen even een kijkje bij de obscuurdere snelle C segment sedans.
Soms zijn er van die categorieën waar je niet zo snel bij stilstaat. Zoals vandaag: de snelle C segment sedan. Tegenwoordig is dat vooral een premium feestje met deelnemers als de Audi S3, BMW M235i Gran Coupé en de alles overtreffende Mercedes-AMG CLA45S 4Matic. Bijzonder indrukwekkend en prijzige auto’s. Dermate prijzig dat je beter kunt kijken naar een stapje hoger kunt shoppen.
Maar we zijn niet op zoek naar de meest prijzige vlotte C segment sedans. Nee, het moeten een beetje leuke auto’s zijn. Wellicht relatief zeldzaam of onbekend in Nederland. Niet eentje die we al tegenkomen bij elk Autoblog-advies. Nee, we gaan even op zoek naar leuke, obscure, interessante en vermakelijke snelle C segment sedans.
Goed nieuws! We hebben ze gevonden! Middels een lijstje hebben we ze op een rij gezet, speciaal voor jullie op deze maandagochtend na het kerstweekend. Dus pak een glaasje restant van het kerstpakket (Boliviaanse wijn, Luxemburgs speciaalbier of die pruimensap) en ga er maar goed voor zitten, want hier komen ze:
Renault 19 Chamade 16V
1992
Tegenwoordig zijn er sportieve Méganes op basis van de vijfdeurs versie en voorheen werd de ‘coupé’ gebruikt voor de sportieve varianten (alhoewel van de Mégane II ook een vijfdeurs R.S. was). Echter, een Mégane Classic met R.S.-badge hebben we nooit mogen verwelkomen. De Renault 19 Chamade was er wél in 16S-uitvoering (in Nederland 16v). Sterker nog, je kon gewoon kiezen uit de drie- of vijfdeurs hatchback, de sedan of zelfs de cabriolet in het 16S-uitvoering.
Het mooie aan de 16S was niet alleen de krachtige motor (een hitsige 2.0 met zestien kleppen, vandaar de naam), maar ook met de dikke bodykit. Als je de sedan bestelde, kreeg je van Renault een dikke spoiler op de bips. Was je helemaal het mannetje. Met 137 pk op nog geen 1.100 kilogram kwam je goed van je plek. Voluit kon je zelfs 212 km/u halen!
Lancia Dedra Integrale (835)
1993
Volgens Lancia was de Dedra een D segment auto. Het was echter een sedanversie van de Delta, dat op zijn beurt weer een C segment hatchback was. Voor een D segment auto was de Dedra ook behoorlijk smal. Kortom, wij behandelen de Dedra in elk geval in ons lijstje met snelle C segment sedans. Erg gaaf: je kon de Lancia ook bestellen als Integrale! Let wel, Integrale zonder Evoluzione. Zorg dan ook goed ervoor dat je te maken hebt met een Lancia Dedra Integrale HF Turbo.
Dat zijn de leukste varianten, met een 180 pk sterke 2.0 liter. Latere modellen van de Dedra Integrale hadden een atmosferische 1.8 en waren aanzienlijk minder spectaculair. Optioneel kon je ‘m zelfs krijgen met een grote spoiler. Zonder ziet de auto er overigens erg anoniem uit, wat in combinatie met de onbekendheid van de auto wel weer leuk is bij het verkeerslicht.
Mitsubishi Lancer GSR
1994
Zoals gezegd, we houden de hyper-sedans en rally-specials er eventjes buiten in het overzicht van snelle segment sedans. Anders staat het toch vol met Lancers. Maar er zijn ook andere Lancers geweest zonder dat je meteen op een bevleugelde Evolution uitkomt. Onder de kap van deze Mitsubishi zien we niet de legendarische 4G63-motor, maar de 4T93T. Dat is een eenvoudigere 1.8 viercilinder met dubbele bovenliggende nokkenassen én een turbo plus intercooler. Alsnog is deze goed voor zo’n 200 pk. Zie het een beetje als een Impreza WRX concurrent.
Volvo 460 Turbo
1995
Eindelijk: Nederlandse inbreng! Veel Nederlandser dan de Volvo 460 wordt een auto niet. De 460 was degelijk doch saai. Voor een turbo-uitvoering was de motor ook verrassend modaal. Het was een zogenaamde low-pressure turbo. De 1.7 motor (van Renault-origine) was normaliter goed voor 109 pk. En na de montage van zo’n blaasinstrument: 11 pk erbij! Jazeker, met 120 pk is deze auto bij de haren getrokken in het lijstje van snelle C segment sedans.
De prestaties van de achtklepper waren ‘net aan’: 0-100 km/u in 9 tellen en een topsnelheid van 200 km/u. Niet slecht, maar ook niet bijzonder. Gelukkig waren er voldoende Volvo-eigenaren handig met het afstellen van de turbo, waardoor de 460 alsnog een stukje harder ging. Het mooie was dat niemand verwacht dat jouw luxe Daf zo hard liep.
Honda Integra Type R Sedan (DB8)
1995
De Japanners zijn natuurlijk zeer bedreven in dit segment. Sterker nog, alleen met Honda’s kunnen we dit lijstje met gemak vullen. We beginnen met de leukste: de Integra Type-R Sedan. Maar dat was toch een coupé? Dat klopt, maar Honda heeft ook een serie sedans gebouwd. Dat is op zich niet heel erg lastig, want de Integra Coupé (waarvan wij de Type-R in Nederland konden bestellen) was altijd al een afgeleide van de sedan. In technisch opzicht was de sedan bijna identiek, dus met een 1.8 VTEC motor met 200 pk. Wel was de vierdeurs zo’n 50 kilogram zwaarder en was de koets iets minder stijf. Ze zijn alleen geleverd in Japan, dus met de JDM-neus. Dat wil zeggen: twee platte koplampen in plaats van de vier ronde lampjes.
Toyota Corolla RSi 20v
1997
We kunnen in de categorie snelle C segment sedans niet de populairste vergeten. Als het gaat om reguliere sedannetjes is de Toyota Corolla nog altijd een van de meest geziene auto’s. Sterker nog, we kunnen het lijstje vullen met enkel modellen van Toyota. In Nederland valt de populariteit wel mee, maar elders struikel je er over, zowel in Azië als in Amerika. Speciaal voor Zuid-Afrika was er de Corolla RSi 20v. Het bijzondere aan deze auto was de motor: een 1.6 liter twin-cam met 5 kleppen per cilinder: jazeker, een heuse twintigklepper. Het was een motor die je bewust even in de toeren moest jagen om het beste eruit te halen. In Zuid-Afrika werd er ook mee geracet.
Subaru Impreza RS 2.5
1998
Maar rallyspecials horen toch niet thuis in dit lijstje? Klopt, maar de Impreza wás helemaal geen rallyspecial. Althans, de GT Turbo niet. Dat was gewoon een snelle variant. De homologatie-modellen waren de speciale versies, veelal op basis van de (veel snellere) STI’s. De Subaru Impreza GT Turbo was ‘gewoon’ een snelle sedan. In de VS kennen ze deze variant niet. Wel kon je de uitvoering van de GT Turbo combineren met de grotere viercilinder uit de Legacy, wat resulteerde in de Subaru Impreza RS 2.5. Deze had een 165 pk sterke atmosferische boxermotor, maar verder wel de hardware en uitstraling van ‘onze ‘ GT Turbo. Ook mooi, in de VS kon je deze krijgen als coupé, compleet met blauwe lak en gouden velgen!
Fiat Marea Turbo (185)
1999
Je zou ‘m verwachten bij een Volvo, maar stiekem zijn vijfcilinders ook bij de Italianen populair. De Alfa 156, diverse Lancia’s en de Fiat Marea waren leverbaar met een dikke vijfpitter. In de Fiat Marea was ook een vijfcilinder leverbaar. In Nederland was de 155 pk sterke 2.0 vijfpitter het dikst, maar op sommige markten schroefden ze er met liefde een turbo voor je op. Het resultaat was 185 pk op de vooras. De Marea Turbo was niet een auto die het van het betere bochtenwerk moest hebben, zeker niet met zo’n zware vijfcilinder in het vooronder. Wel waren de prestaties op de tussensprint erg vermakelijk. Zeker omdat de motor kinderlijk eenvoudig meer vermogen kon leveren. In de Lancia Kappa leverde het blok 220 pk.
MG ZS 180
2001
Dan nu het hoogtepuntje voor de Michel Breuer fans. De MG ZS180 was een commercieel drama. Een verouderd platform, niet al te hoogwaardig interieur en een dorstige motor. Maar! Het onderstel was uitstekend: veel feedback en lekker strak zonder oncomfortabel te zijn. De motor verbruikte meer dan dat ‘ie vermogen leverbaar. Met andere woorden: het stond niet tot elkaar in verhouding. Als sedan met enorme spoiler was het bijna hilarisch en was de auto nét snel genoeg om zijn uiterlijk waar te maken. Lees alles over deze snelle C segment sedan in deze MG ZS-special.
Seat Toledo 1.8 20VT Sport
2003
Bij Seat zijn veel ‘sedans’ stiekem een vijfdeurs hatchback, zoals de Cordoba en de eerste generatie Toledo. De tweede generatie Toledo was voor Seat een enorm belangrijke auto. Het was de eerste Seat ‘nieuwe stijl’. Ondanks dat Seat het nieuwe Alfa Romeo moest worden, was de Toledo nog niet leverbaar in een sportieve uitvoeringen. De V5 was meer een luxere versie die bovendien niet heel erg sportief was. Gelukkig kwam daar in 2003 de 1.8 20VT Sport, in feite de versie zoals je die al bij de Leon kon krijgen. Er was zelfs een Toledo Cupra studie met dikke bodykit, maar deze haalde helaas nooit de productiefase.
Dodge SRT-4
2003
In de VS zag men de opkomst van snelle Japanse auto’s met lede ogen aan. In De VS is dit de klasse onder de Mustang, dus als je redelijk goed je best had gedaan op school (en je ouders ook), kreeg je voor je rijbewijs halen een Dodge Neon. Als je ook nog eens lief was, kon papa misschien er een SRT-4 van maken. Qua verfijning en comfort was het niet veel, maar er zat een dikke stereo in, je kon drie vrienden en hun bagage meenemen en oh ja: het was een enorm snelle auto. De korte overbrengingen en enorm krachtige 2.4 turbo zorgde voor indrukwekkende sprints en tussensprints. Niet het standaard ‘klassieker materiaal’, maar wel een auto met zijn eigen charme en een dijk van een motor. En is dat niet waar het om draait bij een klassieker?
Volkswagen Jetta GLI (Typ 1K)
2006
Er zijn snelle Jetta’s, Vento’s en Bora’s geweest. Per generatie werden de Volkswagen sedans telkens saaier en saaier. Gelukkig maakte de Jetta een comeback en de snelle Jetta ook. Op sommige markten kwam zelfs de Jetta GLi terug (die bij ons weer Jetta GTX heette). De Jetta GLi kreeg dezelfde smakelijke upgrades als de Volkswagen Golf V GTI. Dus die geweldige vijf-gaats velgen, grille met honingraat en rode bies, dubbele uitlaat en een sportief interieur met ruitjesbekleding. Onder de kap trof je dezelfde 2.0 TSI motor aan met 200 pk en 300 Nm. Voor de liefhebbers van understatement: die motor kon je in Nederland wel bestellen in combinatie met de Highline-uitvoering. Ging net zo snel, maar had niet de onderstelaanpassingen of de smaakvolle opsmuk.
Nissan Sentra SE-R Spec-V
2007
Een van de best bewaarde geheimen in de categorie snelle C segment sedans van Nissan is de Sentra SE-R Spec V. De Sentra is een beetje value-for-money sedannetje die populair is in de VS. Je ziet ze veel als huurauto voorbij komen. Er zijn twee rappe versies: de SE-R en de SE-R Spec-V. Die laatste is serieus leuk speelgoed. Onder de kap vinden we de QR25DE-motor, een potige viercilinder die 200 atmosferische pk’s genereert (de gewone SE-R heet slechts 175 pk). De motor was gekoppeld aan een handgeschakelde zesbak en bracht via een optioneel sper de krachten over op de voorwielen. Met name op de sprint (6,7 tellen naar 96 km/u) en op bochtige wegen was deze auto in zijn element.
por100 zegt
Ik zou niet weten waarom de alfa guilia er niet ook bij kan staan.
OT leuke lijst, de gsr vind ik wel gaaf
monsieurleloure zegt
@por100 ,
Omdat dat een E segmenter is
birdnerd84 zegt
Nee Guilia is D-segment. De Alfa Romeo 169 was E-segment
kennone zegt
@birdnerd84: 166
jpsienen zegt
@birdnerd84: 169?
baserace zegt
@monsieurleloure: E? D segment toch?
A= Up
B= Polo
C= Golf
D= Passat
E= E-Klasse/5-Serie etc.
B00G1E zegt
Ik heb nog nooit een sentra als verhuis auto gezien in de vs? dat gedrocht is een soort micra met een overhang aan alle kanten waar je U tegen zegt.
pivavar zegt
Civic sedan VTi, gewoon in Europa te verkrijgen destijds. 160 pk uit een 1.6 VTEC.
tmenges zegt
@pivavar: was dat geen 5 deurs hatchback?
pivavar zegt
Die kwam daarna, met een 1.8 en 170 pk. Ook in de Aerodeck. De 4drs was er in 1994.
levoi zegt
Was er rond 1999 niet een type Vti met een 1.8 en 170 pk? Destijds ook in de aerodeck. Leuke auto.
pivavar zegt
Inderdaad, maar hatchback. De sedan was er in 1994.
iannuzi zegt
Mijn vader had een witte Lancia Dedra 2.0 met het digitale dashboard en spoiler. Het was een plaatje en de hele straat kwam kijken toen deze voor het eerst op de stoep stond. Begeerlijk en dus veel mooie tekeningen van gemaakt. Maar na een paar jaar begon de ellende… hij zoop, elektrisch niet al te best dus in het laatste jaar van de leaseperiode stond de Dedra vaker bij de garage dan op de stoep.
vaakbenjetebang zegt
Dit zijn de leukere atuo’s, niet per se om te rijden (zo’n Volvo 460 is niet heel inspirerend), maar gewoon omdat ze bestaan hebben. Wie was de doelgroep? Je vraagt het je in sommige gevallen serieus af.
Overigens: was die Renault 19 wel een tweeliter? Uit de tests van destijds staat me bij dat het iets van 1.7 of 1.8 was.
toyotafortuner zegt
@vaakbenjetebang: vwb de 19. Op basis van de kentekenspecs van een zelf gespotte Renault 19 16S (@ Cars & Coffee XXL 2016): een 1.8. Spot hier: https://www.autojunk.nl/2016/11/renault-19-16s
saxoke zegt
@toyotafortuner: ik dacht ook dat het een 1.8 was in die snelle renaultjes van toen
vaakbenjetebang zegt
@saxoke: met uitzondering van de Clio dan, die kwam er wel degelijk ook als tweeliter. Daarom staat het me ook nog bij. Renault leverde een kleinere sportieve auto in de line-up met een grotere motor dan de grotere sportieve auto. Raar vond ik dat toen.
rikrace zegt
Dat was alleen de Clio Williams, die had de 2.0 16V met 150PK @vaakbenjetebang. De gewone Clio 16V was een 1.8 16V, die inderdaad ook in de 19 16V’s lag. Die hadden allemaal 137Pk.
saxoke zegt
@vaakbenjetebang: dat klopt. De 1.8 was de RSi en de Baccara dacht ik. De 2.0 was de Williams
nicolasr zegt
@saxoke: de 1.8 zat met 110 pk en 8 kleppen in de RSi en met iets minder vermogen (95 pk) in de Baccara en ‘gewone’ 1.8.
De 16V was een 1.8 met 137 pk en de Williams had een 150 pk sterke 2.0 16 kleppert.
saxoke zegt
@nicolasr: dat de Baccara en RSi verschillende vermogens hadden wist ik niet. Zo leer ik toch nog iets bij op een doordeweekse dinsdagochtend.
henkp1 zegt
Klopt de 19 zestienkleppers hadden een 1.8 blok, zelfde als in de Clio 16V en het is een doorontwikkeld blok van de 1.7 die dus ook in de genoemde Volvo ligt. De Clio Williams en de Renault Sport Spider hadden een 2.0 zestienkleps motor.
Leuk hoor zo een Chamade 16S, liefst van na de facelift.
Johanneke zegt
Ik ben nog steeds aan het twijfelen of ik de 4g93 in mijn 1993 galant moet om (laten) bouwen naar een 4g93t. Blok is van gietijzer en oersterk, heb er wel eens naar gezocht, schijnt niet al te moeilijk te zijn. Gaat ie van +-130 naar +-200pk, wordt ie echt heel leuk van.
Twijfel, twijfel.
rob5nismo zegt
@Johanneke: meer pk’s is altijd leuk
lavoro zegt
De Alfa 156 had een 5 cylinder diesel. Benzine alleen 4 en 6 cylinders
escort77 zegt
Ipv de Jetta had ik graag een Vento VR6 gezien. Dus op basis van de golf 3, aubergine kleurig, mag je zo bij me voor de deur zetten.
gtke zegt
Voor mij een dedra hf integrale graag!!
ValetE46 zegt
De Lexus is200 past er ook wel in toch? Dacht hier ooit n artikel gelezen te hebben dat die auto ook met sportieve aspiraties is ontwikkeld.
mpgc zegt
Doe mij die R19 maar.
deSjonnies zegt
Lancia Dedra heeft verreweg één van de allermooiste dashboards ooit.
Eigenlijk nog steeds een bijzonder stijlvolle wagen.
SpiderIV zegt
@deSjonnies: bedoel je niet de Trevi? Dash met al die gaten, heel bijzonder.
En met de Volumex motor echt uniek nu.
Dutchdriftking zegt
Bora V6?
pitapita zegt
In de 80er jaren had je ook al een Volvo 360 GLT sedan met 115pk (en achterwielaandrijving). Van het laatste model Ford Orion was er een Ghia Si versie met 130pk (begin jaren 90).
In die tijd echt wel respectabele vermogens. Een pk-tje of 75 was wel zo’n beetje het gemiddelde in het C-segment.
menaz zegt
Leuk lijstje. De Toledo blijft een knappe wagen om te zien. De Marea kan ik ook waarderen.
Misschien nog een eervolle vermelding voor Mazda omdat ze tot de dag van vandaag mooie, snelle versies van de 3 sedan bouwen.
Robert zegt
De voorloper van de Volvo 460 Turbo, de 360 GLT, was ook een weinig opvallende maar ook wel rappe wagen. Met een 2.0 motor, achterwielaandrijving en CVT kwam deze goed van z’n plek. Helaas voor de liefhebbers zijn de meeste inmiddels ‘op’ gereden tijdens o.a. de zomeravondcompetities en de Volvo 360 Cup races.
En andere rappe sedan (mag tevens met de bovengenoemde 360 wedijveren voor de titel ‘ultieme sleeper’) is de Peugeot 309 GTI-16. Qua uiterlijk bleef het, ondanks de ‘sportieve accenten’ (velgen, spoiler op de klep) een ouwelullenbak, maar met 160 pk en een top van 220 kmh reed men er menig sportieve Duitser mee zoek. De populariteit en legendarische status van de ‘kleine broer’ 205 GTI hebben ze nooit weten te benaderen, maar deze deed er weinig tot niets voor onder.
Wat trouwens tegenwoordig de ‘R-Line’, ‘AMG-Line’, ‘M-Line’ en et cetera is voor de turbo-torretjes in de leasemarkt is, was vroeger echt wel die kofferklepspoiler. In m’n studententijd werkte ik de weekeinden bij een benzinepomp annex Renault garage en mijn toenmalige werkgever vond het maar wat mooi dat -ie die dingen voor 1600 gulden voor de Chamade op de accessoirelijst had staan, want ze verkochten als een malle en ze kostten werkelijk geen drol (krap 100 gulden excl. spuiten in kleur, dacht ik).
punt666 zegt
@RRRobert: 309 was een hatchback. De 405 MI-16 had hetzelfde blok en is wel een sedan!
Beide hele leuke auto’s met een fantastisch blok!
Michel-GR zegt
-edit: dank u, is inmiddels gefixt-
horza zegt
De Toyota Corolla RSi 20v is nog steeds een hele populaire auto hier in Zuid Afrika. Paar vrienden van mij hebben er eentje en het is wel leuk rijden hoor 😊
leonlampe zegt
Wat waren auto’s in de jaren 90 toch lelijk
mcshine zegt
En van Limburgse bodem: S40 T4 en Carisma MSX
racerx zegt
Leuk artikel, bijzondere auto’s! Hiervoor kijk ik zo af en toe nog wel eens op Autoblog ;-) Thx!
Dizono zegt
Kleine hoedtik voor Renault, die toch wel grondlegger is van dit segment. Er was al een lauwwarme Dauphine Gordini, maar de R8 en R12 Gordini zijn toch wel kleine bommetjes en gewilde klassiekers. De R9 Turbo uit de jaren 80 was ook al leuk!
En ook de Lotus Cortina mag niet ongenoemd blijven, ook al zo’n rap sedannetje (al is dat een tweedeurs). En telt de Dolomite Sprint nog als C-segment, of is dat net als de originele Giulia TI een segmentje hoger?
AlfaFrankY zegt
Ik zou gaan voor iets Japans, dat blijft tenminste heel. Al vind ik de Dedra en ZS wel fraaier.