Klassiekers, een belangrijk onderdeel van de automobielgeschiedenis. Nog steeds zien we ze wel eens rijden: massaal verkochte modellen zoals de DS, de Volvo 121 en de Volkswagen Käfer. Er zijn echter ook veel mensen die deze auto’s niet kunnen waarderen. Te primitief, niet voorzien van gemakken, niet comfortabel, niet vooruitstrevend, en ten slotte vragen sommige exemplaren veel aandacht van de bestuurder en de garagist.
Maar zolang je er zelf niet in hoeft te rijden, who cares?
(Deel 1 en Deel 2 verschenen ruim een jaar geleden)
Alfa-Romeo 1600 Junior Zagato
De gewone Alfa-Romeo Junior is een veel voorkomend model met redelijk conservatieve vormen en eigenlijk niet veel eigenschappen die mijn aandacht eisen. Echter, er was ook nog een Zagato te krijgen, en de letter “Z” op de flanken staat garant voor iets bijzonders. Pininfarina, Bertone en Touring zijn over het algemeen de ontwerpers die de meest gangbare modellen tekenen, Bertone tekende bijvoorbeeld de “simpele” variant van dit model. Zagato maakte er iets aparts van, voor middle-of-the-road-design is deze gerenommeerde Italiaanse ontwerpstudio niet te vinden, het moet iets aparts worden.
Dat betekent ook automatisch dat ze redelijk veel kritiek te verduren hebben, voornamelijk modellen van na de jaren ’60 worden niet unaniem “mooi” genoemd, zoals dit model. Ook de Aston-Martin V8 Vantage Zagato en de Alfa RZ worden niet door iedereen gewaardeerd. Ik kan dan ook niet zelf zeggen dat ik de Junior Zagato echt een verbetering vind ten opzichte van de Junior “Bertone”. De Zagato versie was er als 1.3 en als 1.6, waarvan de 1.6 met 402 gebouwde exemplaren aanzienlijk zeldzamer is dan de 1.3 (1.108 stuks).
Bentley S1
Niet alleen boven de grond is het in Londen altijd feest, ook onder de grond is er genoeg te beleven. Kijk bijvoorbeeld eens in één van de vele parkeergarages, waar je over het algemeen niet raar wordt aangekeken als je er even een kijkje neemt. Deze schitterende S1 was nog niet eens het bijzonderste hier, een verdieping hoger stonden ook nog een Ford GT en een DB7 Zagato! Een goede vangst, eigenlijk te veel om allemaal vast te leggen. Maar deze beeldschone Bentley – één van mijn favoriete klassiekers – kreeg natuurlijk wel aandacht. Het is de eerste serie van de Bentley S-reeks/Rolls-Royce Silver-Cloud reeks, en is dus nog voorzien van een 4,9 liter zescilinder. De opvolger ervan had een achtcilinder, de eerste keer in een serieproduct van Rolls-Royce/Bentley.
In de Phantom IV van 1950 lag er ook al een (niet de 6,2 liter motor uit de S2), maar met 18 exemplaren is dat model nog niet echt een serieproduct te noemen. Tevens is dit het blok dat we nog steeds terugvinden in de Arnage, Azure en Brooklands, echter wel opgeboord tot 6,75 liter (vanaf 1970 standaard in Silver-Shadows), voorzien van twee turbo’s, en met een maximum vermogen van 420-500 pk!
Bentley T1
Deze T1 is van origine Nederlands en woont hier al sinds 1970. Het zal één van de eerste exemplaren geweest zijn met de tot 6,75 liter opgeboorde V8, een motor die toen nog zo’n 220 pk leverde. Zonder turbo natuurlijk, want die kwam er pas op in de jaren ’80. De auto kostte in 1970 zo’n f.88.312 gulden, precies evenveel als de Rolls-Royce Silver Shadow I, dus met het wat “goedkopere” imago van Bentley is deze auto stukken zeldzamer dan de Shadow I. Met deze prijs was het natuurlijk één van de duurste auto’s, alleen de DB6 Volante, de gigantische 600 Pullmann en de DBS kostte nog net iets meer, de laatste zelfs meer dan 100.000 gulden! En 37 jaar inflatie, dat doet erg veel.
Naar een auto met een nieuwprijs van 45.000 euro kijk ik zelf bijvoorbeeld maar vrij zelden om. Van de T1 werden er 1.852 gebouwd (inclusief speciale uitvoeringen), waar de Silver-Shadow I met 20.605 (16.717 standaard exemplaren) tot nu toe de meest succesvolle Rolls ooit is. Voor de Bentley is dat natuurlijk de Continental GT, en de best verkochte “echte” Bentley was de Turbo R.
BMW Isetta
Één van de schattigste autootjes is de Isetta, ze heeft zelfs een hogere aaibaarheidsfactor dan de (nieuwe) 500. Het model kwam in een periode van veel dwergautootjes met motoren van motorfietsen, toen veel mensen met een motor graag de overstap naar een auto wilden maken. Echt een BMW is het trouwens nog niet, want BMW bouwde het model eigenlijk in licentie. Renzo Rivolta bouwde de auto in Livorno, waar ook de Iso Rivolta’s vandaan komen. “Isetta” is dan ook eigenlijk een soort koosnaampje dat letterlijk te “vertalen” is als “kleine Iso”.
De auto is voorzien van een ééncilindermotor van 245 cc, dan wel 298 cc, die nog best hoogtoerig draaide. Respectievelijk brachten de blokjes namelijk 12 pk bij 5.800 tpm en 13 pk bij 5.200 tpm voort. Nog best een respectabel specifiek vermogen. De auto werd tussen 1955 en 1962 geproduceerd, werd 161.728 keer verkocht, en is vrij lastig te spotten. Probeer het eens in Berlijn, waar het afgebeelde exemplaar is gespot, daar rijden er volgens mij wel meer.
Bristol 603
In Berlijn zijn wel meer aparte klassiekers te zien, zoals deze Britse auto die je eerder in een Londens straatbeeld verwacht. Het was de opvolger van de 411, die in 1976 uit productie ging. Die auto had haast dezelfde koets als de 408 uit 1964, dus de 603 was een grote vernieuwing. De auto had namelijk een heel nieuwe koets, die vervolgens nog tot in de late jaren ’90 is gebruikt. Wèl lag er nog steeds een Chrysler V8 voorin, met een inhoud van 5,2 liter voor de E variant en 5,9 liter voor de wat snellere S variant.
Nou had de auto niet bijzonder veel vermogen, maar de remmen waren wel vrij vooruitstrevend. Alle wielen hadden namelijk schijfremmen, waar alleen de achterwielen werden aangedreven. Toen was het echter nog gebruikelijk om alleen de aangedreven wielen te voorzien van (relatief krachtige) schrijfremmen, waar de niet-aangedreven wielen het met trommelremmen moesten doen. Zelfs in de (late) jaren ’90 ging dit voor vrij veel modellen nog op, bijvoorbeeld voor de Volvo 440. Hoeveel er van de 603 zijn gebouwd is niet bekend, maar ik schat in dat het er ongeveer 700 van alle typen bij elkaar zijn.
Cobra
Inderdaad, alleen een typenaam. Ik ben het spoor een beetje bijster wat betreft de meest gerepliceerde auto ter wereld. In ieder geval zijn beide afgebeelde exemplaren niet echt, “G1MP U” is een replica uit 2002 met een V8 van maar liefst 7.660 cc! De 427 badge op de zijkant is puur en alleen om het idee te hebben dat het om iets echts gaat, net als het AC logo. 427 staat namelijk voor 427 cubic inch, wat gelijk staat aan ruim 6,8 liter, 7,0 in de praktijk. De naam AC bestaat overigens nog wel als automerk, maar is in handen van Ford. De grijsbauwe is iets ouder, het is een replica uit 1977 met 5,7 liter motor, iets tussen de 289 en de 472 variant in dus. Deze is echter niet voorzien van AC-logo’s, maar van een Cobra-badge op de neus. Dat is trouwens het logo dat ook op de oorspronkelijke Cobra’s te vinden is.
Jaguar E-Type 4,2 Coupé
Een ander icoon uit de jaren ’60 (en ’70) is de E-Type, een erg populaire sportwagen die in vele varianten te krijgen was. Aanvankelijk met een zescilinder (afgebeelde heeft een 4,2 6-in-lijn, de oudste hebben een 3,8 zes-in-lijn), later met een V12 die we ook kennen uit de XJS. De mooiste zijn de 3,8 versies, die zijn ook het lastigst te spotten heb ik gemerkt. Ze zijn nog niet voorzien van grote bumpers, die bij de V12 versies zelfs voorzien waren van lelijke stukken rubber. Deze zit er mooi tussenin, met chromen bumpers van niet buitensporige grootte. Deze rode coupé komt uit 1968 en woont sinds 1995 in Nederland. Het eerste jaartal zegt dat het om een Series 1½ of 2 gaat. Die was vanaf 1967 leverbaar, en had naar wens een achterbankje. Er zijn er vrij veel van gemaakt (van de Series 1½ en 2 alleen al ruim vierentwintigduizend).
Jensen Interceptor III Convertible
Een favoriet van mij is de Interceptor, voornamelijk de coupé, de schitterende Vignale-belijning is helaas een beetje verloren gegaan op de veel zeldzamere cabriolet. Gek genoeg zien we de cabriolet vaker dan de coupé, heel gek zelfs want de verhouding van productieaantallen is ongeveer 1:14!!! De auto’s worden aangedreven door grote V8 motoren uit de schappen van Chrysler, de cabrio is zelfs alleen geleverd met de 7,2 big block die 330 pk levert, en een gigantisch koppel. Een leuk detail is de grote overeenkomst met Bristol: Beide auto’s waren voorzien van dezelfde 6.3 V8 (de vroege Interceptor Coupé’s hadden dit blok), werden gebouwd in Engeland, en waren conceptueel ongeveer hetzelfde. Luxe 2+2’s met een sportieve achtergrond. De Interceptor werd overigens veel beter verkocht dan de Bristols uit die tijd, onder andere door een redelijk grote afzetmarkt in de VS.
Lotus Esprit Turbo SE
De Esprit is een geboren klassieker. In 1976 zagen we de eerste exemplaren, toen uitgerust met een tweeliter viercilinder. De auto was ontworpen door Giugiaro, werd bekend in “The Spy Who Loved Me”, een James-Bond film waarin de auto zelfs kan zwemmen, en heeft achter schijfremmen van de Citroën SM! Reden genoeg om dit een geweldige auto te noemen. In 1980 kwam er eindelijk een turbo aan de viercilinder, wat resulteerde in 205 pk. Dit was op basis van de 2,2 variant overigens. In dit exemplaar ligt precies die motor, maar natuurlijk niet met de originele 205 pk, hier ligt 265 pk in. De auto is hier nieuw verkocht in 1990, en is dus 10 jaar jonger dan de oer-Turbo. Hiermee is het dus eigenlijk nog een youngtimer, en geen oldtimer. Destijds moest er €29.446 aan bpm voor worden afgestaan, wat neerkomt op een nieuwprijs van ongeveer f.230.000 in 1990, in 1993 was dit f.257.000. Tegenwoordig is een dergelijke auto niet meer/nog niet zo veel waard, maar dat komt zeker nog!
Rolls-Royce Silver Cloud II H.J. Mulliner Drophead Coupé
Een belangrijke bron van inkomsten is de tiplijn. Gewoon even aan een collega vragen waar hij de auto heeft gespot en hem dan zelf opzoeken. Met een tipje kwam ik op Montpellier Square te Londen deze waanzinnig mooie en bijzondere Rolls-Royce tegen. H.J. Mulliner zaagde het dak van een Cloud II af en knutselde wat aan de deuren, en voilá. De auto is wat betreft ontwerp erg conservatief, want het is eigenlijk gewoon een Standard Steel wat betreft koets. Niet veel anders dan de sedan dus. Ook de traditionele vouw in elk achterscherm bleef, dat zien we zelfs nog terug op de Corniche IV van een jaar of tien geleden. Van deze cabrio zijn er 107 geleverd, er zijn ook nog cabrio’s geleverd door andere koetsiers, maar die zijn veel zeldzamer.
Rolls-Royce Silver Wraith
Laren is ook een leuke plaats om eens te gaan spotten. Je stapt de bus uit en meteen heb je al beet. Een bijzonder mooie en grote Rolls-Royce uit de begin jaren ’50 in dit geval. De auto was min of meer de Rolls-Royce analoog van de Bentley Mk VI, maar de uitvoering met korte wielbasis was al ruim 10 centimeter langer dan de Bentley en zat dus niet helemaal in het vaarwater van de Silver Dawn. Die was namelijk exact hetzelfde als de Mk VI.. Wat het idee achter de Wraith was, was niet helemaal duidelijk. De auto onderscheidde zich wel goed van de vergelijkbare modellen in die tijd door leverbaar te zijn met een erg groot aanbod aan spaeciale koetswerken, het was de laatste auto waarbij dat mogelijk was. Ze werden namelijk afgeleverd als losse chassis en dan kon je er zelf ergens een koets op laten bouwen, net als bij de vooroorlogse modellen. De afgebeelde auto is voorzien van een Hooper koetswerk, wat vrij standaard was voor dit model. Andere naoorlogse modellen (Dawn, Cloud, Phantom V en VI) zijn nauwelijks geleverd met een Hooper-body.
YK zegt
“De auto onderscheidde zich wel goed van de vergelijkbare modellen in die tijd door leverbaar te zijn met een erg groot aanbod aan spaeciale koetswerken”
Wat is fout in deze zin?
Arthurke zegt
mooie foto’s , prachtige auto’s !!!!!
gebbetje zegt
Altijd jammer dat je niet meer verder naar beneden kan scrollen. Heerlijke automobielen.
sacha zegt
@YK: Er was helemaal geen groot aanbod aan ruimteschip koetswerken?
Frank deH zegt
Heel fijn dat er hier altijd schoolmeestertjes zijn…
MikeS zegt
@ Rolls-Royce Silver Cloud II H.J. Mulliner Drophead Coupé
Wat een plaatje :)
Mr. Marteen zegt
@ YK het gaat om de strekking van het verhaal , niet om de grammatica.
Overigens is het een leuk stukje om te lezen, jammer dat er geen foto’s zijn van de motoren.
MikeS zegt
@ Frank deH
Ach laat hem, hij heeft een foutje ontdekt en dat wil hij ons graag laten zien. ;)
appeltje zegt
Oh ja, klein typevaudje, spaeciale—>speciale. Inhoudelijk lijkt het me wel okee, overheen gekeken bij het checken anyway.
Citrofiel zegt
Wat een prachtige mobielen toch weer. In die Isetta zou ik me absoluut niet veilig voelen in het verkeer daar, met alle grote taxi’s en zakenauto’s… Overigens worden die dacht ik in Berlijn verhuurd, vandaar dat je ze daar nog wel vind. De lijn van de Rolls-Royce Silver Cloud II H.J. Mulliner Drophead Coupé vind ik prachtig, jammer van die hoekige grille, hoe Rolls hij ook is, van die grille houd ik niet. De S1 is ook prachtig…
zondagsrijder zegt
Erg leuk verhaal en goeie foto’s!
NLX zegt
Die oude Bentleys en Rolls Royces, prachtig, 10x liever zo eentje dan een Continental of een Phantom. Deze klassiekers zijn zo elegant, dat kan je van een lompe Phantom niet zeggen, die autos zijn zeker mooi, maar zeker niet elegant te noemen. Deze spots zijn gewoon tijdloos, geen elektronische onzin wat nu modern is, om vervolgens over 10 jaar verouderd te zijn. Prachtig.
Moritz zegt
@ gebbetje
Idd elke keer jammer als je bij de reacties komt, zou hier gerust een halve dag zoet mee zijn! Mooi werk wederom.
tekkie zegt
vette esprit:)
Markus zegt
Die Esprit is erg mooi, maar als je vandaag de dag met een vermogen van 265pk aankomt kakken dan valt het wel tegen. Toenertijd bijna een supersportwagen, nu eigenlijk gewoon een sportwagen. Die Cobra’s zijn ook schitterend, maar toch jammer dat er zoveel Revell kitjes rondrijden.
Mooi gedaan Appeltje!
Nick-G zegt
Leuk stukje. =) En volgens mij is de E-type een Series II, want de koplampen hebben geen glazen cover eroverheen.
DrDarwin zegt
Mijn broer had vroeger een Triumph Stag.
Ik zie duidelijke overeenkomsten met die Jensen Interceptor III Convertible.
[img]http://www.bmh-ltd.com/images/stag2.jpg[/img]
[img]http://static.autoblog.nl/images/wp2007/gespot/klassiekers/jensen_interceptor-convertible-iii_02.jpg[/img]
DrDarwin zegt
effe testen hoe dit werkt
Svennos zegt
aaaah dat bmw’tje(A)
Japie zegt
Die cobra’s zijn toch wel erug mooi speelgoed hoor,..damn,..!!
Replica of geen replica,…ziet er GOED uit!!
Doe mij er maar eentje!
polomen zegt
Ga maar eens kijken bij HET GALA van Strabrecht College Geldrop kijken.
Heel veel klassiekers.
als ik het geld had . . . zegt
die cobra: schitterend! ! !
die BMW: droog maar wel schattig :D
m5 zegt
z’n BMW Isetta heb ik vroeger ook gehad heb ik met mijn stomme kop in het oudijzer gegooid
Racer X zegt
Ik vind de Lotus Esprit nog steeds een prachtige auto. Hopen dat Lotus snel met een waardige opvolger op de proppen komt.
binkie zegt
Tijd voor een appeltje fanclub. *opricht*
VivelaFRANCE zegt
Prachtige auto’s, paar lelijke zoals die Lotus of Interceptor, maar die Rolls en Jaguar zijn juist weer prachtig.
Slager Korrel zegt
Woooaahhhhh… die Lotus. *kwijl*
Die Rolls Royces en Bentleys doen me niets, geeft u mij maar zo’n hoekige uit de jaren ’80. De jaren Prachtig.
Rick dos zegt
A Cobra for me please!
Klassiekerrally zegt
Ik ben niet zo van de fanclubs, maar van de appeltje fanclub wil ik wel lid worden! ;)
De rode E-type is overigens een serie 2. Te herkennen aan de grote achterlichten onder de achterbumper.
De serie 1 herken je als volgt:
Flatfloor: 3.8 liter motor. Afgedekte koplampen. kleine achterlichten boven de achterbumpers. Aluminium platen op dashboard en transmissietunnel.
Daarna: 4.2 liter motor, schrompellak op dash en (kunst)leder op transmissietunnel
Serie 1 1/2:
Onafgedekte koplampen, zelfde achterlichten als serie 1.
Serie 2:
Zie hierboven (grotere, lelijkere achterlichten onder achterbumper)
Serie 3: veel langere deuren, uitgeklopte wielkasten, V12 (meestal, het schijnt dat er ook een paar 6-cilinders gebouwd zijn, maar dat weet ik niet zeker).
Klassiekerrally zegt
Serie 2 en 3 hebben overigens ook niet-afgedekte koplampen.
gijs zegt
mooi stukje jim!!:D we moeten maar binnenkort weer eens gaan spotten:)
Hidde zegt
ik heb al wel eens een jaguar e-type v12 gezien
Conundrum zegt
je kan in berlijn een isetta huren. De kosten daarvoor zijn echter wel behoorlijk hoog.
carsofcoolhaven.nl zegt
Aah die kleine BMW hoop ik echt nog eens in het eggie tegen te komen. Mooie dikke bakken spotten is leuk, maar zo’n mini-biemie is toch ook wel bijzonder…
Dink zegt
Over Cobra’s: de typen ‘427’ en ‘289’ verschillen uiterlijk nogal. De 427 is wat ‘dikker’ maar hoeft zeker niet altijd de 7 liter voorin te hebben. Dat is eigenlijk ook niet echt nodig want met z’n lage gewicht heb je je handen vol aan bv. 300 pk uit een licht getuned 350 cid / 5.7 liter blok. De 7 liter / 427 is een big block en de 289, 302 of 327 een small block. Dat scheelt voorin behoorlijk qua ruimte en zoals je ziet is de origineel van de AC Aceca afgeleidde Cobra 289 een stuk eleganter:
De dikke 427’s waren echter nog succesvoller dan de 289’s en mede daardoor nu populair om te reppen. De hieronder getoonde rode is heel echt en onwaarschijnlijk kostbaar. Toch gaat de eigenaar er regelmatig de racebaan mee op:
Ik reed afgelopen februari met een dikke Ford 460 Cid een tunnelrun in London:
Deze was niet echt heftig getuned en ging ook maar tot 4500 rpm. Met een dikke Holley Dominator op ’t blok komt er toch zomaar 400 pk uit . . . Je zit keurig rechtop en dicht bij de grond. Best comfortabel met het rechte ruite netjes als windvanger voor je. De vette sidepipes gaven 105 en 108 Db. Als aan een lier ga je als een soort Harley Davidson vooruit: dikke klappen die niet lijken te matchen met de lage toeren van de V8.
Er zijn heel veel reps te kop, maar de hier getoonde witte ‘ratty’ Ram Cobra door Thunder Road uit de UK mag zich een echte Cobra noemen. Ze nummeren ook gewoon door. Wil je de racer zien? Tall deck met 660 pk? Locked door La Source?
Solstice zegt
Prachtfoto’s en – auto’s. En om het cliché maar weer eens voor de dag te halen: zo maken ze ze niet meer tegenwoordig! ;-)
Dink zegt
Etypes blijven prachtige dingen. dit is een US-specced beauty:
De grootste motor:
Ragtop . . .
. . . or hardtop:
Ik zie ze ’t liefst als racers:
SugarFree zegt
Jaaaaaaa, de E-type…
Dè schoonheid! Rank, vloeiend als vrouwelijke lijnen, maar toch vol van masculiene stoerheid :)
VivelaFRANCE zegt
Oooh die E-type, prachtig! Plak er een een Citroën logo op én ik ben verkocht!